Brinkman, die in de afgelopen tijd met kuitproblemen kampte, stapte na 15 kilometer uit. Het was haar laatste kans om aan de limiet van 2:26.50 te voldoen en daarmee een ticket voor de Olympische Spelen in Parijs te bemachtigen.
"Ik had natuurlijk geen optimale loopvoorbereiding", refereerde de dertigjarige Brinkman naderhand aan haar blessureproblemen. "Maar ik dacht dat ik spijt zou krijgen als ik het niet zou proberen."
Brinkman voelde zich aanvankelijk "best oké" tijdens de wedstrijd in Hamburg, maar gaandeweg nam de pijn de overhand bij de Nederlandse. Na een tijdje bleek dat ze de olympische limiet niet zou gaan halen.
"De schok van het lopen zat me in de weg", zei ze. "Ik kreeg heel erg last van mijn benen, een soort spierpijn. Ik kon op een gegeven moment mijn benen niet meer goed bewegen en toen heeft mijn coach me uit de wedstrijd gehaald. Het is geen blessure, gewoon te kort tijd."
Brinkman liep vorig jaar in Boston 2:24.58, maar op dat parcours worden tijden niet officieel erkend. Haar persoonlijk record is 2:22.51. Voor Nederland hebben Sifan Hassan (2:13.44) en Anne Luijten (2:26.36) de olympische limiet wel gehaald. Per land mogen maximaal drie atleten meedoen aan de marathon in Parijs.