Direct naar artikelinhoud
Vluchtelingen

Waar zijn al die verdwenen kinderen? "In het beste geval bij familie, in het slechtste gedood voor hun organen"

Vluchtelingenkamp de ‘Jungle’ in Calais in 2016. Je vond er veel minderjarigen die wilden doorreizen naar Groot-Brittannië.Beeld Eric de Mildt

Met 618 zijn ze. De niet-begeleide minderjarigen die vorig jaar in België van de radar verdwenen. Elk jaar stijgt hun aantal, en bijna niemand die het weet of er echt wat aan doet. 

"Als iemands hond of kat verdwenen is, verschijnen er opsporingsacties op Facebook", zegt Europarlementslid Hilde Vautmans (Open Vld). "Gaat het over vermiste vluchtelingenkinderen, dan zie ik nergens foto's of affiches. Maar waar zijn die allemaal? Wat is er met hen gebeurd?" In België gaat het in 2017 om meer dan 600 verdwijningen volgens de Dienst Voogdij van de Federale Overheidsdienst Justitie. In heel Europa zijn er zeker 10.000 verdwijningen. 

"In het beste geval zijn de kinderen naar een ander land of zitten ze bij familie", zegt Brian Donald, stafchef bij Europol. Veel jonge vluchtelingen willen absoluut doorreizen naar Groot-Brittannië, dat bij vluchtelingen het statuut van Eldorado heeft. Maar het zijn zeker niet allemaal gelukzoekers die hun eigen lot in handen willen nemen. "Die vermiste kinderen worden ook gebruikt voor kinderarbeid en/of prostitutie, of worden gedood voor hun organen." Bij Child Focus bevestigen ze dat ze soms vluchtelingenkinderen zien die een orgaan missen, maar dat zij daar niks over durven zeggen.

Lees ook het standpunt van Bart Eeckhout: Elke dag zwerft een kinderkaravaan van minderjarige vluchtelingen door Europa

Cijferchaos

Het vreemde is dat Child Focus voor ons land met heel andere cijfers komt dan de dienst Voogdij. Zij noteerden vorig jaar 124 verdwijningen. Daarvan zijn er 66 nog niet opgelost. Dat er zo'n groot verschil ligt tussen de cijfers van de Dienst Voogdij en die van Child Focus, is een eerste pijnpunt. Niemand heeft echt zicht op de exacte omvang van deze problematiek. De cijfers stijgen bovendien jaar na jaar, maar daar is evenmin een sluitende verklaring voor (zie grafiek). 

Er verblijven meer vluchtelingenkinderen in onze federale asielcentra en de politie krijgt meer aanmeldingen dan vroeger, maar dat kan niet de volledige stijging verklaren. "Ik vermoed ook sterk dat de werkelijke cijfers nog hoger liggen", zegt Heidi De Pauw, algemeen directeur van Child Focus. "Dit is slechts het topje van de ijsberg." 

Bij de Dienst Voogdij nuanceren ze die alarmkreet. "Het klinkt absurd, maar eigenlijk is die stijging positief", zegt Edward Landtsheere van de Dienst Voogdij van de Federale Overheidsdienst Justitie. "Omdat we nu meer proberen om jonge transitmigranten op te vangen in onze centra. Die jongeren zijn echter ook diegenen die snel verdwijnen omdat ze naar een ander land willen of helemaal geen opvang wensen."

'Ik vermoed dat de werkelijke cijfers nog hoger liggen. Dit is slechts het topje van de ijsberg'
Heidi De Pauw, algemeen directeur Child Focus

Blijft het feit dat er te weinig naar deze kinderen wordt gezocht. "Het meest choquerende is dat in 36 dossiers pas na 8 tot 14 dagen een melding binnen kwam bij de politie", zegt Vautmans. "Hoe ga je ze dan nog zoeken? Iedereen weet toch dat bij een verdwijning de eerste uren cruciaal zijn? Bij een Belgisch kind gebeurt er binnen de 24 uur een melding op het commissariaat, bij een vluchteling sturen ze gewoon een mailtje. Als het al gebeurt." 

Wanneer het asielcentrum of de voogd een verdwijning meldt bij de politie, is de zoektocht geen vanzelfsprekendheid. Soms is het gevaarlijk om foto's van jonge vluchtelingen te verspreiden. Hun mensensmokkelaars kunnen hen dan traceren en extra geld eisen of nog zwaardere represailles nemen. Of de juiste informatie ontbreekt over de kinderen: hun leeftijd, hun echte naam, hun precieze achtergrond. 

"Een andere reden is het gebrek aan motivatie bij de politie", zegt De Pauw. "Ik wil het geen racisme noemen, maar we krijgen dingen te horen als: 'Ach, die komt helemaal uit Afghanistan, dus hij zal zijn plan wel trekken.' Minstens gaat het om grote onverschilligheid." Vautmans: "Of ze zeggen: dat is er weer eentje minder, we gaan onze tijd niet verspillen met ernaar te zoeken."

Weg met de onverschilligheid

Volgende week dient de liberale uit Limburg in het Europees Parlement een resolutie in over deze vermiste vluchtelingenkinderen. Vandaag komt ze met haar boek 'Waar zijn ze?', met getuigenissen van vluchtelingen kinderen en aanbevelingen van betrokken politici en mensen uit het veld. "In de eerste plaats moeten we werk maken van een beter registratiesysteem", zegt ze. "Wat mij betreft, kunnen we best hun vingerafdrukken nemen bij aankomst. Voorwaarde is wel dat we ze op dat moment niet als criminelen behandelen." 

De bevoegde EU-commissaris Věra Jourová sluit zich daarbij aan. "Zo kunnen we minderjarigen tenminste volgen vanaf het moment dat ze de Schengenzone binnenkomen. Want zodra ze verdwijnen, is dat een ticket naar de hel. We moeten echt opletten dat we geen verloren generatie creëren. Ten eerste voor de kinderen zelf, maar ook voor onze eigen veiligheid. Een verloren jongere is eerder vatbaar voor radicalisering."

'Zodra ze verdwijnen, is dat een ticket naar de hel. We moeten echt opletten dat we geen verloren generatie creëren'
Věra Jourová, EU-commissaris

Experts dringen erop aan dat kinderen in alle rust moeten kunnen aankomen en hun asielaanvraag moeten kunnen indienen. Want de meeste verdwijningen gebeuren in de eerste 48 uur. Veel kinderen hebben in hun thuisland en tijdens hun tocht trauma's opgelopen, waardoor ze nog nauwelijks mensen in vertrouwen durven nemen. Vautmans: "Mensensmokkelaars trekken soms politie-uniformen aan en slaan of verkrachten kinderen zodat ze bang worden van elk officieel gezag. Het is hun manier om zich te beschermen tegen verklikkers." 

Child Focus heeft een simpele tip om het wantrouwen te doorbreken: "Was de kleren van het kind en hang ze buiten te drogen. Heel vaak zijn de kleren het enige wat die kinderen nog hebben van thuis. De kans dat ze zonder vertrekken, is klein. Praat in de tussentijd met hem, dan week je info los, die je bij een verdwijning later kunt gebruiken." 

Meer voogden

Nog een manco: een kind op de vlucht zou zo snel mogelijk een voogd – een vertrouwenspersoon die hem kan bijstaan tijdens zijn asielprocedure – moeten krijgen. Zou, want er is een schrijnend tekort aan voogden. "Jonge vluchtelingen moeten ook sneller weten waar ze aan toe zijn", zegt Vautmans nog. "Een kind zou geen zes maanden moeten wachten vooraleer het naar zijn ouders in een van onze buurlanden kan. Binnen de week moet het kind weten waar het aan toe is." 

Bij Europol, waar de Belgische Cathérine De Bolle binnenkort de orders uitdeelt, dringen ze aan op een betere uitwisseling van data tussen de Europese politiediensten zodat ze vermiste vluchtelingenkinderen beter kunnen opsporen. "Een Europese aanpak is noodzakelijk om succesvol te zijn", zegt De Bolle. De gevluchte kinderen moet ook zelf meer en vooral begrijpelijke informatie krijgen. Op 11 april lanceerde de organisatie Missing Children Europa al de app Miniila, Arabisch voor 'van... naar'. Jongeren kunnen via die app in hun eigen taal correcte informatie vinden over hun procedure.

'Een kind zou geen zes maanden moeten wachten vooraleer het naar zijn ouders in een van onze buurlanden kan'
Hilde Vautmans

Doet staatssecretaris Theo Francken (N-VA) genoeg? Aan het begin van de legislatuur zei hij dat de niet-begeleide minderjarigen voor hem een prioriteit vormen, maar daar is de laatste tijd nog maar weinig over opgevangen. Hij heeft wel lof voor het werk van Vautmans en zegt dat we meer actie moeten ondernemen tegen de onrustwekkende verdwijningen. "België speelt een voortrekkersrol op het internationale toneel", benadrukt hij. Een concrete timing of plannen heeft hij wel niet.

"Dat er nog honderden vluchtelingenkinderen verdwijnen in ons land, zegt echter genoeg", merkt Vautmans op. "Geen enkel land doet op dit moment voldoende." Maar mogen we ook niet te naïef zijn? Er zijn verhalen van vluchtelingenkinderen die liegen over hun herkomst of zich veel jonger voordoen dan ze zijn. "Kinderen worden vaak gedwongen door hun ouders of de mensensmokkelaars om te liegen", zegt Vautmans. "En welk asielbeleid je ook uitdraagt, een kind is een kind, ongeacht of het de juiste papieren heeft of niet. Dit is geen vrijbrief om ze allemaal hier te laten. We kunnen ons niet permitteren dat er kinderen verdwijnen en in kelders bij een nieuwe Dutroux belanden of door louche smokkelaars  worden uitgebuit." 

***************

Saïd (Afghanistan) moest liegen over zijn leeftijd

Anders dan veel lot­genoten is Saïd veilig. Hij woont bij een pleeg­gezin. Hij heeft echter weinig contact met zijn ouders.Beeld © Bart Leye ©Bleye

Saïd arriveerde in de herfst van 2015 vanuit Afghanistan in België. Hij was door zijn ouders naar Europa gestuurd, en moest van hen liegen over zijn leeftijd, in de hoop dat ze zo makkelijker gezinshereniging zouden krijgen.

“Samen met mijn neef ben ik naar Europa vertrokken", vertelt Saïd. "Onze ouders betaalden de smokkelaars, die ons tot in Brussel zouden brengen. Ik was toen 13 jaar. We vertrokken met de bus naar Pakistan, van daaruit ging de reis verder met de auto en per boot. In Turkije moest ik liegen, had mijn papa in Afghanistan gezegd. Ik moest zeggen dat ik in Turkije mijn ouders was kwijt geraakt. Ook over mijn leeftijd moest ik liegen. Ik was 9, geen 13."

"In Brussel stond de broer van mijn mama op ons te wachten. Hij toonde waar we ons moesten inschrijven en onze vingerafdrukken geven. Daarna zijn mijn neef en ik in een instelling van Bijzondere Jeugdzorg terechtgekomen."

Na zes maanden belandde Saïd bij een pleeggezin. Eerst in de weekends en de schoolvakanties, daarna voltijds. "Hij was wel wat groot voor 9 jaar, maar verder stonden we er niet bij stil", zegt Brenda Van Hyfte, de pleegmoeder van Saïd.

"Algauw werd het duidelijk", zegt Pol Wauters, de pleegvader. "Op school stak hij met kop en schouders boven de anderen van zijn klas uit. Hij was duidelijk geen kind meer, maar een beginnende puber. Zijn tanden waren allemaal gewisseld en hij begon een klein snorretje te krijgen.”

Wanneer Saïd vertelt hoe oud hij echt is, vallen de puzzelstukken in elkaar. "Hoe jonger de leeftijd van een kind dat in België aankomt," zegt de pleegmoeder, "hoe meer tijd er is voor de ouders om te proberen een gezinshereniging te regelen zodat ze ook naar België kunnen."

De ouders van Saïd kregen uiteindelijk geen papieren. Dat ze hun zoon lieten liegen over zijn leeftijd, speelde wellicht mee in de weigering. "Nu hoor ik ze bijna niet meer", zegt Saïd. "Heel soms telefoneren we nog." Het is nog niet zeker of Saïd in ons land kan blijven. "Ik hoop het wel, want ik wil kapper worden en ik eet graag boterhammen met choco."