Een pensioen voor collaborateurs? ‘Ze verdienen dat niet’

De commissie Buitenlandse Betrekkingen heeft een resolutie goedgekeurd die uitkeringen voor collaborateurs of hun weduwen in vraagt stelt. 22 mensen zouden nog zo’n Duits ‘pensioen’ krijgen.

Eveline Vergauwen

De Belgische regering moet volgens de resolutie bij de Duitse autoriteiten een lijst vragen met de namen van personen die een Duits pensioen ontvangen nadat ze zijn veroordeeld voor collaboratie met de nazi's. Op die manier moet er een einde komen aan de uitbetaling van die pensioenen.

Collaborateurs, vrijwilligers die tijdens de Tweede Wereldoorlog deel uitmaakten van de Wehrmacht of de Waffen SS, krijgen tot op vandaag een uitkering van de Duitse deelstaten. In juni vorig jaar al trok de commissie Buitenlandse Zaken naar Berlijn om de kwestie er aan te kaarten. Indien Duitsland het been zou stijf houden, kan de Kamer het dossier opnieuw in handen nemen.

In die resolutie vraagt het parlement aan de regering om diplomatieke stappen te nemen zodat opnieuw ‘billijke fiscale en sociale regeling wordt toegepast’. Onderwerp van de resolutie is een twintigtal collaborateurs. De namen zijn bekend voor de Duitse ambassade, niet voor de federale regering. Daardoor is het onmogelijk om de pensioenen te belasten.

Maar het maakt het ook onmogelijk om de pensioenen stop te zetten. In de resolutie noemen de indieners van DEFI en PS het oorlogspensioen ‘totaal onaanvaardbaar’. Ook SP.A, CDH en MR sloten zich bij de tekst aan.

Tegen de mensheid

‘Door een decreet van Hitler uit 1941 krijgen deze mensen al jarenlang een vergoeding, terwijl slachtoffers van het regime niets krijgen van Duitsland. Ik denk wel dat het duidelijk is dat mensen die misdaden tegen de mensheid hebben gepleegd, dat niet verdienen’, zegt Dirk Van der Maelen (SP.A), voorzitter van de commissie. Het zou gaan om bedragen van 300 euro tot meer dan 1.000 euro per maand. De Duitse ambassadeur verzekerde vorig jaar in Apache wel dat wie misdaden tegen de mensheid beging geen pensioen kreeg. Er zou een grondig onderzoek gevoerd zijn. Toch is er over dat onderzoek weinig geweten.

Dat merkt ook Dirk Luyten, van Cegesoma, een onderdeel van het Rijksarchief, op. 'Eigenlijk is naar de hele kwestie geen grondig onderzoek gedaan. We weten enkel fragmenten. We weten dus dat de Duitsers een pensioen geven aan hun eigen militairen, en dat dat pensioen tijdens de Tweede Wereldoorlog uitgebreid is naar militaire collaborateurs in de bezette gebieden. Later heeft de Duitse overheid die beslissing gehonoreerd.'

Dat het maar om zo’n 22 mensen meer gaat, vindt Dirk Van der Maelen geen argument om erover te zwijgen. ‘Ik vind zeker dat het de moeite is om actie te ondernemen. We zijn toch ook nog bezig met het wangedrag van Leopold II in Congo?’ De SP.A'er denkt dat de tijd rijp is om een wetenschappelijk comité op te richten, met Belgen en Duitsers, die informatie over collaborateurs en rechthebbenden van een pensioen delen.