Stakingsweek in Franstalig onderwijs: "Situatie is erger dan een malaise"
In het Franstalig onderwijs wordt de hele week gestaakt. Elke dag is een andere provincie aan de beurt waar de meeste scholen dan dicht zullen blijven. Met de stakingsweek verzetten de vakbonden zich tegen de hervormingen die de Franse Gemeenschapsregering wil doorvoeren.
In Vlaanderen is het nu paasvakantie, in Franstalig België begint de lentevakantie pas op het einde van deze maand. Toch zullen heel wat scholen in Wallonië deze week dicht blijven, te beginnen vandaag in de provincies Luik en Luxemburg.
Net als in Vlaanderen kampt het onderwijs in Franstalig België met een groot lerarentekort en de kwaliteit van het onderwijs staat er zwaar onder druk. De Franse gemeenschap eindigt in recente internationale onderzoeken meestal bij de laatste Europese landen. "Het is erger dan een malaise", zegt Luc Toussaint, voorzitter van de Franstalige socialistische onderwijsbond.
Komt daarbij dat ook de budgettaire situatie, zacht gezegd, niet rooskleurig is. Bevoegd minister Valérie Glatigny (MR) neemt daarom maatregelen, maar daar kunnen de bonden zich niet in vinden. "We gaan akkoord met de conclusies van de regering dat de kwaliteit omhoog moet en dat er te weinig leerkrachten zijn. Maar de maatregelen die de minister voorstelt, gaan te ver en bieden geen antwoord", stelt vakbondssecretaris Jorre Dewitte.
Afschaffen 7e jaar
Zo is beslist om in het technisch en beroepsonderwijs het zevende jaar te schrappen of sterk in te perken. Volgens minister Glatigny is dat in de eerste plaats om pedagogische redenen.
"Meerderjarige leerlingen van 20, 21, 22 jaar zien we liever in het volwassenenonderwijs dan dat ze hun studies hernemen bij minderjarige leerlingen van 16 jaar." Al geeft de liberale minister toe dat de maatregel ook een besparing oplevert.
De socialistische bond verzet zich daartegen. "Veel leerlingen zullen volgend jaar zonder school vallen. Die zullen dan naar het volwassenenonderwijs of de privésector moeten gaan voor een opleiding. Besparingen", schetst Dewitte. "Daar bovenop komt er nog een besparing van 3 procent op de omkadering van de leerlingen waardoor de klassen groter zullen worden."
Vaste benoeming of een contract?
Om de job van leraar aantrekkelijk te maken, wil Glatigny pas afgestudeerde leerkrachten onmiddellijk een contract van onbepaalde duur en meer loon geven, in plaats van een vaste benoeming later tijdens de carrière. "We willen de situatie van de jonge leerkrachten stabiliseren", aldus de minister. "Dat is voor mij belangrijker dan een einde te maken aan de vaste benoemingen", voegt ze er nog aan toe.
Nu vertrekken veel jonge leraren alweer snel uit het onderwijs, omdat ze vaak slechts korte vervangingen mogen doen of plaats moeten maken voor een vastbenoemde. De minister wil hen met een contract van onbepaalde duur perspectief geven.
Maar de vakbonden vrezen dat het onderwijs daardoor te veel gaat lijken op de "privésector waar het de bedoeling is om winst te maken op koopwaren en diensten", dixit vakbondssecretaris Jorre Dewitte. "We vrezen dat leerlingen dan gaan beschouwd worden als koopwaar."
De socialistische bond ziet liever investeringen in betere schoolgebouwen, kleinere klassen en een planlastvermindering om leerkrachten aan te trekken.
"De hervormingen zijn nodig"
Minister Glatigny betreurt de staking. "Leerlingen zullen lesuren verliezen", zegt ze. "Ik begrijp wel dat er bezorgdheden zijn, maar de hervormingen zijn echt nodig." Al staat de minister open voor verdere dialoog.
