vandaag: Harm Bosma, Redacteur
Aan de ketting: Vergezichten en Friese folklore
Het reizen met de trein duurde net zo lang als de fietstocht zelf, maar dat was het dubbel en dwars waard. Wat is Nederland toch een prachtig land.
Ik had woensdag de eer om te starten in Dronten, in het noorden van Flevoland. Niet een omgeving die ik goed ken. Ja, vroeger moest ik er wel eens voetballen, maar dat zijn lang vervlogen tijden – zelfs de uitslagen weet ik niet meer. Dit is zo’n typisch stukje Nederland waar je tot in de eindeloosheid om je heen kunt kijken. Prachtige vergezichten verschijnen in mijn blikveld wanneer ik Dronten uitfiets. Mijn eindbestemming moet Heerenveen worden, maar of ik dat ga halen … het is toch een behoorlijk stukje doortrappen.
bij het Ketelmeer
Vol goede moed passeer ik Swifterbant. Ik wil er meteen een flinke snok aan geven, dus ik zet vaart richting Urk. De zon weerkaatst prettig over het platte landschap en wanneer ik bij het Ketelmeer aankom, tref ik meteen een van de mooiste uitzichten van de dag. Water blijft iets magisch hebben, zeker voor een jongen die op de Veluwe woont en is opgegroeid in Overijssel. Om de Noordoostpolder te bereiken, moet ik de Ketelbrug over. Die staat open, dus ik benut de tijd om een slokje water te drinken. Dan stopt er een bananenfiets naast me. Althans, zo noem ik het. ‘Je zou het ook een velomobiel kunnen noemen’, zegt de man die uitstapt. Ook hij neemt een slok water. Wanneer ik hem vertel dat ik voor het Nederlands Dagblad onderweg ben, reageert hij verrast: ‘Die krant lees ik en de rubriek ‘Aan de ketting’ vind ik erg leuk. Wat mooi zeg!’ We begroeten elkaar. Wytze Bijleveld (ik hoop van harte dat ik zijn naam goed spel, want kort na onze ontmoeting verloor ik mijn aantekeningen – domkop die ik ben) woont in Lelystad en is op weg naar een werkafspraak in Heerenveen. ‘Dit ding fietst lekker’, vertelt hij. ‘Ik haal snelheden van 39 kilometer per uur.’
Na een kort en spontaan babbeltje vervolgt Bijleveld zijn weg. Ik laat hem gaan, want ik ben geen Tom Dumoulin.
Na een stevig stuk met tegenwind kom ik aan op Urk. Ik dwaal een kwartiertje rond in de knusse straten van het vissersdorp, waarna ik Albert Post ontmoet. Hij is bezig met het repareren van een vissersnet. Een secuur klusje dat geduld vergt. Gepassioneerd vertelt Post dat hij netten repareert die door de politie in beslag zijn genomen – ‘illegale netten’. Ze voldoen niet aan de Nederlandse norm, maar weggooien is zonde. De Stichting Vissers voor Vissers knapt deze netten op en schenkt ze aan derdewereldlanden. Die kunnen ze goed gebruiken. ‘Dit net gaat naar de Filipijnen’, vertelt Post, die als vrijwilliger aan de stichting verbonden is en vroeger zelf op zee zat. Nadat ik een kop koffie heb gedronken met Post – een nuchtere man met veel humor – fiets ik snel door.
skûtsjesilen
Via het Urkerbos en pittoreske dorpjes als Espel, Creil en Rutten duik ik Friesland in. Ik tref het, want eenmaal aangekomen in Lemmer barst het van de mensen. Het circus van het populaire skûtsjesilen blijkt in Lemmer te zijn neergestreken. Dat is een Friese zeilwedstrijd met veertien skûtsjes, verdeeld over verschillende etappes in verschillende dorpen en steden in Friesland. Nadat ik heb besloten de polonaise en de helaholala-muziek aan me voorbij te laten gaan, fiets ik naar de baai van Lemmer. Daar krijg ik goed zicht op de schepen. Duizenden mensen kijken in strand- en tuinstoelen toe. De wedstrijd leeft, zeker ook bij een groepje uit Grou. Dat dorp won vorig jaar de titel.
Volgens Anneke van der Berg is het Skûtsjesilen een stukje folklore dat bij Friesland hoort. ‘Skûtsjes zijn prachtige boten, ze zijn gemaakt voor de Friese wateren. Ze dragen een grote historie met zich mee.’ De groep uit Grou leeft intens mee, ik laat ze verder met rust. Temeer ook omdat ik Heerenveen nog moet halen.
Na een heel aantal moeizame laatste kilometers, maar wel langs een mooie route met veel kleine dorpjes, kom ik aan in de geboorteplaats van Abe Lenstra. Het is mooi geweest. Ik heb weer een fraai stukje Nederland mogen ontdekken. Op naar huis, op naar een frisse douche.
traject:
Dronten, Urk, Lemmer, Echtenerbrug, Rottum, Heerenveen, 81 km
totaal afgelegd: 1808 km
uitspraak van de dag
Een klein meisje deelt gratis appels uit, waarop een Fries zegt: ‘Heb je geen spareribs?’
nooit geweten
Dat skûtsjesilen zo’n grote happening is.
lekker fietsweer
Kon niet beter. Lekker temperatuurtje en zo nu en dan zon.
glimlach van de dag:
Het moment dat ik mijn kladblokje niet kon vinden. Die ligt in een toilet op Urk.
volg de volgende fietser:
Petra Noordhuis