Hoe we in 2024 kritisch gingen kijken naar ons smartphonegebruik (en nu is het aan de techbedrijven om daarop in te spelen)
Het smartphoneverbod in de Vlaamse scholen past helemaal in de nieuwe tijdsgeest rond sociale media. Dat zegt professor Digitale Cultuur Mariek Vanden Abeele. In 2024 kwamen steeds meer overheden met striktere regels. Maar ook gebruikers werden zich bewuster van wat sociale media met hen doen. “Het is aan de technologiebedrijven om die boodschap op te pikken en aanpassingen te doen.”
Mariek Vanden Abeele (UGent) viel niet van haar stoel toen het Vlaamse smartphoneverbod vrijdag werd aangekondigd. “We voelden het aankomen. De tijdgeest is veranderd. Steeds meer landen voeren een smartphoneverbod op school in." In Australië is er zelfs een algemeen verbod op sociale media voor wie nog geen 16 is. En die trend wordt ook hier in België gevolgd.
“Heel veel scholen hadden eigenlijk al een vrij streng smartphonebeleid. Er is eensgezindheid bij wetenschappers dat die smartphone jongeren -maar ook volwassenen- afleidt.” Dat heeft volgens Vanden Abeele te maken met de technologie die vaak sneller evolueert dan de regulering. “Die technologie met zijn verslavende design is in onze samenleving gekomen en we zijn daar allemaal heel snel afhankelijk van geworden. En de regelgeving hinkt dan achterop.”
De onderstroom van het ‘digitaal ontkoppelen’ is al een tijdje aan de gang, maar zit nu echt in een stroomversnelling
“Wat we het afgelopen jaar zagen gebeuren, is dat die regulering in een versneld tempo aan een inhaalbeweging is begonnen. We zien dat hier met het smartphonebeleid, maar ook op Europees niveau heb je nu de ‘Digital Services Act’, waarin verslavend design expliciet wordt benoemd als een risico voor de burgers”
De controle terug
Niet alleen in de regelgeving, ook bij de gebruikers zelf ziet Vanden Abeele een mentaliteitswijziging. “We hebben 20 jaar ongebreidelde vooruitgang gezien, waarbij we de technologiesector de vrije teugels gegeven hebben. En nu willen mensen graag de controle terugnemen. Die onderstroom van het ‘digitaal ontkoppelen’ is al een tijdje aan de gang, maar zit nu echt in een stroomversnelling. Er is ook steeds meer kritiek op de bedrijven die deze verslavende producten hebben gemaakt.”
En net van die bedrijven verwacht professor Vanden Abeele een antwoord op dat ongenoegen. “De gebruiker zegt: het is genoeg geweest. En ik ben zeer hoopvol dat de technologiesector door al die nieuwe regelgeving het verslavende aspect een stukje uit zijn producten kan halen. Ik denk bijvoorbeeld aan videoreels op Instagram of TikTok die heel erg op basis van dat verslavende design werken. Daarvan denk ik: dit moet eruit.”
Al blijft het de vraag in hoeverre -bijvoorbeeld- de nieuwe Europese regels effect zullen hebben. “Het zijn letters die op papier staan. De ‘proof of the pudding’ zal zijn als iemand een klacht indient. En wat er dan mee gebeurt.”
Niet overreageren
Toch wil Vanden Abeele niet doemdenken over smartphones en sociale media. “We moeten opletten dat we niet gaan overreageren. Er worden soms forse uitspraken gedaan over een angst- en depressie-epidemie door sociale media. Maar dat is intellectueel oneerlijk, want er is weinig bewijs voor.”
Dat onze hersenen naar de knoppen zijn door ons smartphonegebruik, wil ze niet gezegd hebben. Belgische jongeren ondervinden volgens internationaal onderzoek zelfs minder vaak problemen door sociale media dan hun leeftijdsgenoten uit andere landen.
“Het is niet zo dat de hersenen van jongeren daardoor definitief geruïneerd zijn. Het is wel zo dat ze bepaalde gewoonten ontwikkelen waarbij elke prikkel - extern, zoals een notificatie, maar ook intern, zoals een gevoel van verveling- genoeg kan zijn om naar die smartphone te grijpen.”
Bij koekjes kan je zeggen: ik koop ze niet, ik eet ze niet. Maar bij technologie gaat dat niet
Volgens Vanden Abeele is minder dan 3 procent van de jongeren effectief verslaafd, in de klinische betekenis van het woord. “Maar dat is natuurlijk geen zwart-witverhaal. Er is ook een vrij grote groep die misschien niet klinisch verslaafd is en een therapeut nodig heeft, maar die wel echt moeite heeft met het controleren van schermgebruik."
"Dat zijn meestal dezelfde personen die ook moeite hebben met het controleren van eten, of met gokken of met impulsief geld uitgeven. Zeker voor hen is die technologie een probleem. Bij koekjes kan je zeggen: ik koop ze niet, ik eet ze niet. Maar bij technologie gaat dat niet. Want alles gaat via die smartphone.”
Leeftijdsgrens?
Bij elke nieuwe regelgeving rond smartphones en sociale media krijgt professor Vanden Abeele de vraag: moeten we strikte leeftijdsgrenzen gaan hanteren? En zo ja, wat zijn die dan?
“Ik vind het heel moeilijk om daar een leeftijd op te plakken. Wat ik heel belangrijk vind is dat je die smartphone inzet als een instrument om de autonomie van het kind te ondersteunen. En niet als een ‘digitale leidband’. Stel dat een kind soms alleen thuis is of alleen naar school wandelt. Je moet echt gaan kijken naar de specifieke situatie van een kind en een gezin.”
“En er zijn ook echt wel voordelen. Ik denk aan kinderen met gescheiden ouders die contact kunnen houden met de afwezige ouder. Kinderen die misschien met zichzelf worstelen en die online echt een uitlaatklep vinden om zichzelf te ontplooien en er inspiratie vinden. Er zijn heel veel mooie dingen aan die technologie.”
Beluister het gesprek met Mariek Vanden Abeele in De Ochtend op Radio 1 over het Vlaamse smartphoneverbod op scholen: