Onze reporter vond twee flessen wijn uit 1948 in haar kelder en trok op onderzoek: zouden die iets waard zijn?

© DBA

Wie het huis van zijn (groot)ouders van boven tot onder leegmaakt, vindt al eens iets. Geen verhoopte Delvaux-handtas op zolder, in ons ­geval. Wel, in de gemetselde vakjes achter de keldertrap, een paar kartonnen dozen. “Een schoon cadeau” van oma’s ouders voor haar trouw: twee flessen Vieux Château Certan uit 1948. Zijn die iets waard, of toch vooral lekker?

Liesbet Aelvoet

© DBA

“Het was toen, in 1952, al niet de gewone tafelwijn die mijn ouders in hun café in Etikhove schonken”, zegt oma over de flessen van wijnhuis Thienpont, gelegen in datzelfde dorp in de Vlaamse Ardennen. “Mijn moeder gaf ze om in te schenken als er eens volk kwam. Dat is er dus nooit van gekomen. Jacques Thienpont kwam rond met de schaal in de mis en ik heb hem altijd willen vertellen dat ik die nog in de kelder had liggen, maar het was precies nooit het moment. Wat zouden we ermee doen? Uitgieten? Da’s toch niet meer goed.”

Is dat zo? Zou dit niet onze familieschat kunnen zijn? Of dan toch iets onvoorstelbaar lekkers? Dat wil ik eerst eens uitpluizen. Maar zet ik die vooraan in de auto met de blazer erop gericht? En leg ik die dan thuis in de kelder, of heeft mijn man, die oppert dat onze slaapkamer waarschijnlijk constanter is van temperatuur, gelijk?

Stap 1: Terug naar de bron, bij wijnhuis Thienpont

Met de flessen in de koffer rijd ik in Etikhove het erf van het Hof te Catte­beke op, waar de familie Thienpont al 400 jaar woont. Elk jaar brengt hun ­domein in Pomerol, in Frankrijk, nog altijd 40 à 60.000 flessen Vieux Château Certan voort, sinds grootvader Georges het kocht in 1924. Binnen, op de schoorsteenmantel in het witte landhuis, staat eenzelfde fles, vier jaar jonger. En hé, leeg is die ook best decoratief, onthoud ik. “Onlangs nog gedronken”, zegt Jacques Thienpont. “Ik plan binnenkort nog zo’n proeverij, onder vrienden. Ik vermoed dat ik die van 1948 ook al gedronken heb, maar dat zal lang geleden zijn. ’48 is een beetje out of the line, daar wordt weinig over gesproken.”

In de kelder liggen nog “enkele” flessen van alle jaargangen. Ontbreekt er een, dan koopt echt­genote Fiona Morrison, zelf master of wine, ze wel op een veiling. Zoals enkele jaren geleden met die ontbrekende fles uit 1982 van hun andere wijn, paradepaardje Le Pin. “Hier in Etikhove ligt meer dan in het Certan-kasteel in Pomerol, dat neef Alexandre runt”, zegt Thienpont. “De mise en bouteille au château op het etiket? Dat zal wel à Etikhove geweest zijn. Mijn grootvader heeft die waarschijnlijk hier gebotteld. Maar toen mocht hij dat er nog opzetten omdat hij de eigenaar van het domein was. De flessen zijn verschillend – op de ene staat 75 cl, op de andere niet. Dat moet recuperatiemateriaal van na de oorlog zijn. Toen was het nog veel goedkoper om wijn in bulk per vat in te voeren dan in flessen. Om onze glasindustrie te beschermen.”

© DBA

Zegt die roze capsule daar ook iets over? “Mijn grootvader deed eigenlijk aan marketing nog voor het bestond. Dat is omdat je in de kelder of de winkel meteen aan de dop zou zien: Ah, da’s een Certan. Ik zeg altijd: Waarschijnlijk was dat de kleur van het ondergoed van zijn vrouw.”

Wat zou hij met de flessen doen? “Drink ze toch samen op met je oma. Het kan zeer goed, middelmatig of slecht zijn. Je zult moeten proeven. Want wat is een goede wijn? Voor mij is dat de fles die ik leegdrink en waarvan ik een tweede vraag. Niet die waardoor je naar water of bier snakt. Verkopen? Daar is wijn niet voor gemaakt. Ik denk dat je voor deze 180 à 200 euro zou kunnen krijgen. Voor die ene waar het niveau minder gezakt is iets meer.”

Stap 2: Waar kan ik die vandaag proeven?

Zou ik de wijn ergens kunnen proeven? Café ’t Oud Gemeentehuis is er al lang niet meer in Etikhove, en voor een glas Vieux Château Certan moet je tegenwoordig veeleer in sterrenzaken dan in dorpscafés zijn. Zoals The Glorious in Antwerpen, dat van oude wijnen zijn specialiteit heeft gemaakt. Momenteel staan daar een jaargang 1996 en een 1975 op de kaart, zegt sommelier Ludwig Aerts. “Uit ongeveer dezelfde periode als die van jou hebben we een Meursault uit 1947, een witte bourgogne. En we bieden hier zelfs nog oudere wijn aan: een Clos de Vougeot uit 1923. Van Thienpont staat ook een Le Pin uit 1979 op de kaart.” De fles van 1996 (75 cl) kost 246 euro, die van 1975 is 215 euro voor 37,5 cl, of430 euro voor 75 cl. Dat is bijna zoals goud drinken. Is het dat eigenlijk wel waard? Ik ga te rade bij onze wijnkenner.

Stap 3: Van de kelder naar de kenner

“Niet mis hoor, jouw flessen”, zegt Alain ­Bloeykens. “1948 blijkt toch een uitstekend jaar te zijn geweest. In de proefnotities van wijnautoriteit ­Robert Parker krijgt hij, herproefd in oktober 1994, een score van liefst 98/100, met de vermelding ­outstanding. Ideaal is dat het niveau van de wijn nog tot aan de versmalling van de fles geraakt. Door al die jaren, door de rijping en het verouderen gaat een deel door de kurk verdampen. Een onbeschadigd etiket is ook een voorwaarde – hier zie ik stof en schimmel. Lagen die los in de kelder misschien? Een tip voor mensen die wijn kopen om te bewaren: laat ze altijd in de kist. Blijf eraf. Een kist van twaalf flessen, ongeopend, dat is zoals een jackpot winnen.”

© DBA

Geen jackpot dus, maar wel raak in het glas dan? “In het beste geval is dit drinkbaar, sorry”, zegt Bloeykens. “De kleur zal dakpan zijn, bruinrood; de geur belegen, niet prettig. Die neigt naar stal, of putje. Tertiaire aroma’s zijn dat, en die kunnen serieus stinken. In het beste geval ruikt deze wijn naar overrijpe pruimen, vijgen, met portotoetsen. In de mond zal het fruit weg zijn, en vind je hopelijk nog een evenwicht tussen die ingerijpte tannines en de frisheid van de wijn. Maar wat is het eindstadium van ­elke wijn? Azijn.”

Wanneer hadden we ze dan het best opgedronken? “Ik schat dat deze wijn het meeste potentieel had in de jaren zestig. Natuurlijk, als er nu íets is wat onvoorspelbaar is, is het de evolutie in de fles. Een tip voor mensen die wijn kopen om te bewaren: koop voldoende. Zodat je na twee, drie jaar eens een flesje kunt opentrekken om te zien hoe die wijn evolueert. Er zomaar lukraak van uitgaan: O, die wijn blijft zeker twintig jaar goed, om dan na twintig jaar te moeten vaststellen dat die al lang versleten is? Zonde. Wijn moet je opvolgen. Net daarom hebben zo veel Belgen lijken in hun kelder liggen.”

“Oude wijn is ook niet simpel om te proeven. Dat kun je trainen door er frequent te drinken, maar wie heeft dat liggen? Op de tien wijnen die vandaag gemaakt worden, zijn er zeven om binnen de twee jaar op te drinken, twee voor binnen de twee à vijf jaar en maar eentje die bedoeld is om langer dan vijf jaar te bewaren. Wijn wordt gemaakt om sneller gedronken te worden. Om economische redenen – ’t is beter dat consumenten om de twee jaar bij jou een fles komen kopen – maar ook omdat onze smaak veranderd is. We eten een ander type voedsel. Fusion style, een veelvoud aan smaken, en dat past niet bij de oude wijn. En vergeet niet: heel wat van die oude wijnen waren in het begin al slecht. Pas de voorbije twee decennia vind je technisch gezien quasi geen foute wijnen meer. Vroeger wist men niet beter.”

“Het is meer iets emotioneels. Om die wijn nu te kopen om te drinken, dat zal niemand meer doen. Samen uitdrinken met je oma? Qua waarde zouden we volgens mij toch wel aan 1.200 euro per fles zitten. Áls ze in perfecte staat waren. Maar door dat gedaalde niveau zal het wel enkele eurootjes schelen.”

© DBA

Stap 4: Toch laten veilen, dan?

Voor zo’n bedrag zouden we al eens naar een veiling durven te trekken. Maar net daar ziet Alain Bloeykens het probleem: om ze in veiling te brengen moet je minstens een kist hebben. “Bij twee flessen loont het door de hoge kosten amper de moeite”, zegt hij. Dat horen we ook bij veilinghuis ­Christie’s, waar in november 2016 in Hongkong vier flessen Vieux Château Certan uit 1948 onder de hamer gingen voor 39.200 Hongkongse dollar (zo’n 4.322 euro), zo meldt hoofd wijnverkoop voor Continentaal Europa Edwin Vos. “Jouw twee flessen zouden zeker in aanmerking komen om te veilen. Alleen doen we dat normaal niet met twee flessen. Tien procent veilingkosten, en nog verzekering erbovenop, is relatief veel op een inbreng van twee flessen. En door het niveau schat ik ze ook wel lager in dan degene die we in Hongkong verkochten: op zo’n 500 à 700 euro per fles.”

Vooral iets emotioneels, blijkt onze vondst dus. Dan toch niet langer wachten en samen met de familie opentrekken? Oma doet het liever niet. En dus liggen ze er nu weer, in de gemetselde vakjes van een andere kelder. En doen we voorlopig met de flessen waar zij zo goed in is: bewaren. Misschien zijn ze op een dag een schoon trouwcadeau voor een van haar vier achterkleinkinderen.

© DBA

Zo drink je oude wijn

Zet de fles een dag op voorhand recht zodat alle ­bezinksel kan zakken.

Doe ze een kwartier/twintig minuten voor je ze wilt ­opdrinken open. Gebruik daarbij een vijskurkentrekker met open schroef.

Drink de wijn niet te warm, maximaal 16 à 17 graden. ­Chambreren? Neem dat met een korrel zout. De huizen vandaag zijn veel te warm.

Ruik, draai, proef. De wijn zal nog een halfuur, drie kwartier verbeteren. Daarna zakt het snel.

Zorg dat je een alternatief achter de hand hebt. Dat het de pret niet bederft als ie echt nergens naar smaakt.

Zit er echt niets meer in? Giet een vingerdik vintage port, liefst van één oogstjaar, in een karaf en schenk er je ingezakte wijn bij. Drink dat wel binnen de twee uur uit, daarna is het voorgoed gedaan.

Zo bewaar je wijn

Laat de flessen altijd in hun kist. Niet iedereen heeft de perfecte kelder en zo liggen ze toch beschermd.

Wat is een goede kelder? Eén waar de temperatuur constant rond de 12 graden ligt. Wijn mag de seizoenen voelen, maar fikse schommelingen ‘killen’ de wijn.

70 procent is de ideale vochtigheidsgraad. Droger en kurken kunnen afbrokkelen, terwijl te vochtig schimmel en lekkages kan veroorzaken.

Het hoeft niet pikdonker te zijn, maar neonlicht is ­nefast voor wijn.

Geluid- en trillingvrij. Flessen horen niet te liggen ­dansen.

Geurvrij. Bewaar aardappelen, ajuinen of schoonmaak­producten op een andere plaats.

Zo weet je of jouw fles iets waard is, volgens onze kenner Alain Bloeykens

Weet dat het over amper twee handenvol namen gaat. In Bordeaux zijn dat de grands crus classés van de ­Médoc: Château Latour, Mouton-Rothschild, Lafite-Rothschild, Haut-Brion en Margaux, in Pomerol heb je ­Pétrus en Le Pin, in Saint-Émilion Château Angélus en Cheval Blanc, Ausone en Pavie.

Ken de namen. Een Château Margaux is niet hetzelfde als appellation Margaux. Er is maar één château, terwijl er een paar honderd appellations zijn.

Tegenwoordig zijn er goede websites om waardes op te zoeken, 90pluswines.com is er zo een. Daar kun je ­grafieken volgen gebaseerd op veilingen.

Maak je geen illusies. Jammer genoeg liggen in de meeste kelders alleen maar lijken.

Aangeboden door onze partners

Meer lifestyle

Aangeboden door onze partners

Meer over Wijn

Hoofdpunten

Keuze van de redactie