Direct naar artikelinhoud

Slachtoffers kritisch over aanpak onderzoek seksueel misbruik in de sport

Vandaag komt de commissie-De Vries met aanbevelingen om seksueel misbruik in de sport tegen te gaan. Slachtoffers en betrokkenen zijn kritisch over de aanpak van het onderzoek. Van de negen slachtoffers die de Volkskrant de afgelopen weken naar het onderzoek vroeg, hebben er vijf zich niet bij De Vries en zijn team gemeld.

Oud-minister Klaas de Vries, voorzitter van de onderzoekscommissie naar seksuele intimidatie en misbruik in de sport, in mei bij een toelichting op de onderzoeksopzet.Beeld anp

Op een dinsdagavond in september staat oud-minister Klaas de Vries in een sportcentrum op Papendal voor een volle zaal met sportbestuurders. Hij vertelt over het onderzoek dat hij momenteel leidt. Al een paar maanden is hij nu bezig seksueel misbruik in de Nederlandse sportwereld in kaart te brengen.

'Hoeveel meldingen hebben jullie binnen?', vraagt integrity officer Wouter Boshuis van voetbalbond KNVB vanuit de zaal. De Vries schudt zijn hoofd. 'Daar wil ik nog geen antwoord op geven', zegt hij geërgerd. Zijn onderzoek is nog niet af. Maar Boshuis houdt aan. De sportbonden willen weten wat ze straks kunnen verwachten.

Na enige tijd gaat de oud-minister overstag. 'De commissie heeft honderd rechtstreekse berichten gehad', zegt hij. Meer wil hij niet kwijt.

In de zaal ontstaat geroezemoes.

De bondsbestuurders zijn verbijsterd. Ze hadden meer verwacht. Hoe is het mogelijk dat er nu pas honderd meldingen binnen zijn?

Vier maanden daarvoor is Klaas de Vries aan zijn onderzoek begonnen. Hij is samen met oud-staatssecretaris Clémence Ross-Van Dorp en oud-rechter Egbert Myjer aangesteld door sportkoepel NOCNSF.

Aanleiding voor het onderzoek zijn getuigenissen door tientallen sporters over misbruik, in verschillende media. Uit hun verhalen blijkt dat ze vaak geen idee hadden waar ze hun misbruikzaak hadden moeten melden. Degenen die naar NOCNSF stapten met hun verhaal waren vaak ontevreden over de afhandeling. Het vertrouwenspunt van de sportkoepel zou fungeren als een doofpot.

De commissie-De Vries moet daarom onderzoeken hoe het bestaande beleid wordt uitgevoerd en wat de aard en omvang is van seksuele intimidatie en misbruik in de sport. Om een beter beeld van de problematiek te krijgen wordt een meldpunt geopend, zodat verborgen slachtoffers alsnog naar voren kunnen treden.

Bij het onderzoek zou een medewerker van NOCNSF betrokken zijn, terwijl die instantie juist wordt onderzocht

Twan Huys is kritisch

Bij zijn aantreden benadrukt De Vries dat het meldpunt cruciaal is. 'Het onderzoek kan alleen een succes worden als mensen met ons mee gaan denken', zegt hij. 'Meldingen zijn daarbij van het grootst mogelijke belang.'

Hoe hij dat meldpunt onder de aandacht gaat krijgen, zonder budget voor campagnes? De Vries: 'Daarvoor hebben we de media nodig.'

Nog diezelfde avond zet De Vries zijn woorden kracht bij en schuift hij aan bij Nieuwsuur. Maar reclame voor zijn meldpunt wordt het allerminst. Presentator Twan Huys is kritisch. De oud-minister slaat zijn armen over elkaar en reageert steeds defensiever. 'Wat heeft uw commissie aan de slachtoffers te bieden?', vraagt Huys.

'Nou', zegt De Vries met zichtbare irritatie, 'deze commissie heeft alleen maar de inspanning die ze nu gaat verrichten te bieden en de aanbevelingen die er straks uitkomen.'

Vraagtekens

Het optreden van De Vries, dat door sommigen als regentesk wordt bestempeld, stuit meerdere slachtoffers tegen de borst en doet hen besluiten niet naar de commissie te stappen. 'Het was niet vertrouwenwekkend', stelt een slachtoffer. 'Daar bij Nieuwsuur zat een man met zoveel weerstand', zegt ze. 'Voor mij was het niet duidelijk wat hij met mijn melding zou gaan doen, dus heb ik me niet gemeld.' De veronderstelde dader in haar zaak is nog altijd actief.

Ook onderzoekers Marjan Olfers en Tine Vertommen, die bij het onderzoek betrokken zijn, fronsen hun wenkbrauwen bij het zien van de uitzending. Als deskundigen op het gebied van seksueel misbruik weten ze hoe belangrijk vertrouwen voor slachtoffers is.

Olfers, hoogleraar sport en recht, heeft al voor ze haar medewerking toezegde zorgen geuit over de opzet van het onderzoek. Ze vraagt zich af of de commissie wel onafhankelijk genoeg is: bij het onderzoek zou een medewerker van NOCNSF betrokken zijn, terwijl die instantie juist wordt onderzocht. Ook zet ze vraagtekens bij de keuze om slachtoffers geen compensatie te bieden voor hun leed. En verder betwijfelt ze of slachtoffers wel goed worden opgevangen. Als dit misgaat, kunnen slachtoffers zich opnieuw in de kou gezet voelen.

Klaas de Vries geeft, als voorzitter van de Onderzoekscommissie die seksuele intimidatie en misbruik in de sport onderzoekt, een toelichting op de onderzoeksopzet.Beeld anp

In drie A4'tjes heeft ze haar zorgen geuit. Maar op dat moment slaagt Klaas de Vries er nog in die weg te nemen. En dus belooft Olfers in kaart te brengen hoe het tuchtrecht functioneert.

Ondertussen verloopt de zoektocht naar slachtoffers moeizaam. De Vries stuurt brieven naar de hoofdredacties van media met de vraag of ze de slachtoffers naar hem kunnen doorverwijzen. Maar de Volkskrant en Nieuwsuur, die beide onderzoek doen naar seksueel misbruik in de sport, willen eerst weten wat slachtoffers te wachten staat. Bert Kreemers, secretaris van de commissie, belooft een afspraak te maken om dat uit te leggen. Dat laat hij in ieder geval bij de Volkskrant na.

De Volkskrant, die tientallen slachtoffers sprak, bevroeg de afgelopen weken negen van hen over de commissie-De Vries. Vijf hebben zich niet gemeld. Sommigen uit onwetendheid, anderen wegens gebrek aan vertrouwen.

'Ik had er geen fiducie in dat dit me iets zou brengen', stelt een man die meldt als jongetje te zijn misbruikt door zijn voetbaltrainer. De zaak is verjaard, maar er zijn aanwijzingen dat deze trainer nog altijd met kinderen werkt.

Ik werd bedankt voor mijn brief. Er is nog één procedurele vraag gesteld, en dat was het. Ik ben niet uitgenodigd. Dat vond ik teleurstellend
De vader van een meisje dat werd misbruikt door haar volleybaltrainer

Geen antwoord

Er zijn ook slachtoffers die wél contact hebben opgenomen met de commissie. Zo stuurt de vader van een meisje dat werd misbruikt door haar volleybaltrainer een lange mail waarin hij nadrukkelijk stelt dat hij graag wil toelichten wat de rol van de ouders kan zijn. Het is iets waarover hij lang heeft nagedacht, omdat hij er zelf zo mee heeft geworsteld. 'Juist de mensen om een kind heen kunnen zoiets vroegtijdig signaleren', zegt hij.


Maar hij krijgt geen inhoudelijke reactie, alleen een aantal updates van het onderzoek. 'Ik werd bedankt voor mijn brief. Er is nog één procedurele vraag gesteld, en dat was het. Ik ben niet uitgenodigd. Dat vond ik teleurstellend. Want ik heb echt een verhaal te vertellen.'

Ook de moeder van Ela Hutten, een getalenteerde zwemster die werd misbruikt door haar trainer, benadert de commissie, op verzoek van hoogleraar Olfers. De moeder stuurt de commissie een manuscript met daarin het uitgebreide verhaal van haar dochter, die onder meer beschrijft hoe het jaren duurde voordat de dader werd veroordeeld.

Er komt geen antwoord. Ze wordt niet uitgenodigd om te praten, volgens de commissie omdat ze haar contactgegevens niet hebben. Zo hoort de commissie bijvoorbeeld niet dat de veronderstelde dader mogelijk nog altijd actief is in de zwemwereld.

Pas maanden later komt Ela Hutten op een borrel bij toeval secretaris Kreemers van de commissie tegen. 'Hij zei tegen me dat een deel van mijn verhaal was gebruikt als leidraad voor het onderzoek.'

Verbaasd hoort ze hem aan: ze weet van niets. Maar ze wil nog niet over het onderzoek oordelen. 'Ik ben wel blij dat ze mijn verhaal hebben gebruikt.'

Positieve reacties

Een ander slachtoffer, Renald Majoor, die in de jeugdopleiding van profclub Vitesse is misbruikt, is positief over de commissie. Hij sprak De Vries en Kreemers, die zich volgens hem goed hadden ingelezen. 'Ze waren geschrokken van mijn verhaal en vroegen of ik me als slachtoffer voldoende gesteund had gevoeld. Nou, niet dus. Ik heb ze verteld over de stichting die ik aan het opzetten ben om misbruik te voorkomen en slachtoffers bij te staan.'

De commissie spreekt uiteindelijk met een dertigtal slachtoffers. De inhoud van die gesprekken wordt niet gedeeld met de externe onderzoekers Olfers en Vertommen, die zich op afstand gehouden voelen. Er is weinig tot geen overleg en updates over de uitkomsten blijven uit.

Olfers: 'Ik ben niet gekend in de onderzoeksopzet, niet in de onderzoeksmethode, niet in de aanbevelingen en conclusies en ik heb zelfs geen conceptrapportage gezien. Alleen de onderzoekscommissie kan verantwoordelijkheid nemen voor de uiteindelijke rapportage.' Daarmee sluit Olfers niet uit dat het onderzoek van waarde kan zijn. 'Maar', zegt ze, 'ik vrees dat een aantal slachtoffers geen goed gevoel aan het onderzoek heeft overgehouden'.


Wat wij eerder schreven over seksueel misbruik in de sport

Onderzoekscommissie misbruik in sport vraagt slachtoffers zich te melden
De commissie onder leiding van oud-minister Klaas de Vries die seksueel misbruik binnen de sport onderzoekt, vraagt slachtoffers zich te melden. 'Een van de belangrijkste dingen is dat mensen zich niet door het taboe laten bedreigen, maar het doorbreken', aldus De Vries. 'Meldingen zijn voor ons van het grootst mogelijke belang.'

'Hij hield mijn hand vast en bewoog hem heen en weer'
De intense band tussen pupil en coach en het vaak grote vertrouwen van ouders in begeleiders maken dat veel slachtoffers van seksueel misbruik in de sport hun leven lang zwijgen. Vier van hen doen nu hun verhaal. 'Het taboe moet worden doorbroken.' (+)

Seksueel misbruik bij PSV en Vitesse: twee oud-jeugdspelers treden naar buiten
Voor het eerst treden slachtoffers van seksueel misbruik in het Nederlandse profvoetbal naar buiten. Het gaat om twee oud-jeugdspelers van PSV en Vitesse.

Waarom slagen onderzoek naar misbruik in sport niet gegarandeerd is
'Mensen moeten niet het idee krijgen dat ze voor een tribunaal worden gezet' (+)

Reactie van Commissie-De Vries

'De commissie heeft nooit het idee gehad om aard en omvang zelf te onderzoeken. Dat geldt ook voor de andere onderwerpen die zij aan wetenschappers heeft opgedragen als studie. (...) Wat betreft het aantal meldingen: het is algemeen bekend dat slachtoffers niet vaak een melding doen. Dit wordt in het onderzoek uitgebreid behandeld.

'Uitnodiging van slachtoffers voor een gesprek vond plaats als de commissie aanleiding zag om te veronderstellen dat een gesprek zou toevoegen aan de informatie die de melder had verstrekt en ook als er een dringende wens was om een gesprek te voeren. Melders zijn regelmatig op de hoogte gehouden van de voortgang.

'Met alle onderzoekers is kort na aanvang van het onderzoek gesproken over hun rol in het onderzoeksproces. De commissie zou echter zelf de volle verantwoordelijkheid voor het rapport dragen en die verantwoordelijkheid niet delen met anderen die deelstudies zouden verrichten.

'Met mevrouw Olfers is verschillende malen intensief over haar opvattingen gesproken. De afgelopen maanden is zij voor de commissie helaas moeilijk bereikbaar geweest. Haar rapport is ook pas op 27 november ontvangen. Het rapport van de commissie was toen praktisch gereed. Daarom is haar rapport vooral als toetssteen gebruikt.'