Een jaar eerder, in 2015, namen leerkrachten gemiddeld 16 ziektedagen op. Het gaat dus om een lichte stijging. De meeste ziektegevallen zijn het gevolg van griep. De meeste ziektedagen zijn, zoals in de voorbije jaren, het gevolg van stress, depressie of een burn-out.

Het goede nieuws is dat meer leerkrachten weer deeltijds aan de slag zijn gegaan. Dit kan gedurende zes maanden. In 2016 deden liefst 2.100 leerkrachten dat. Negen op de tien kozen voor een tewerkstellingspercentage van 50 tot 75 procent.

Nog eens 1.113 leerkrachten gingen langdurig aan de slag in een verminderde prestatie, wat wil zeggen dat ze niet van plan zijn de job weer voltijds op te nemen. De dagen waarop in deze beide stelsels niet wordt gewerkt, tellen ook mee als ziektedagen en zijn deels verantwoordelijk voor de stijging van de gemiddelde afwezigheid. Als die dagen niet zouden worden meegeteld, bedraagt de gemiddelde afwezigheid 15,7 dagen per leerkracht.

Het hoogste ziektepercentage ligt bij de leeftijdsgroep 56-65 jaar, een groep die geleidelijk aan groter wordt omdat er langer gewerkt moet worden. Maar in deze leeftijdscategorie was ook 44 procent geen enkele dag afwezig door ziekte.

Minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) zegt dat de evolutie van het ziekteverzuim niet uniek is voor het onderwijsveld. Ook in andere sectoren doet zich een stijging voor.