Direct naar artikelinhoud
Opinie

Brief aan Brussel: "Mijn dochter is de negativiteit rond jouw persoontje grondig beu"

De voetgangerszone van Brussel, aan de Beurs.Beeld Photo News

Laurent Vandensande werkt op de communicatiedienst sp.a. Hij schrijft dit stuk in eigen naam - vooral als papa van een Brussels tienermeisje

Beste Brussel,

Al een jaar nu fladdert ze door jouw straten. Elke weekdag opnieuw springt ze op haar stalen ros en fietst ze richting metro. Twintig minuten later stapt ze uit daar waar volgens velen jouw kloppende hart zich bevindt. Eerlijk toegegeven: je hebt haar al op de proef gesteld. Elke keer wanneer een zebrapad haar uitnodigt om over te steken bijvoorbeeld, maar auto’s die jou inpalmen haar niet of veel te laat opmerken. Of toen ze na de aanslagen koppig een vuist maakte om jou met hand en tand te blijven verdedigen. En laatst opnieuw, met die jongeren - vaak niet veel ouder dan zij - die in hun drang naar vernieling niet alleen winkels beschadigden, maar jouw reputatie zware schade toebrachten. Wie zou nu zijn of haar kind jou toevertrouwen?

Laurent VandensandeBeeld rv

Ze zet door

Maar geen nood, ze zet door. Elke dag opnieuw. Is dat makkelijk? Allerminst. Doe het maar eens, op je twaalfde optornen tegen al die vooroordelen waarmee jij moet kampen. Sommigen al dan niet terecht. Kan het veiliger in jouw straten? Absoluut. Kan het wat properder? Tuurlijk. Bovendien hoort ze of leest ze wel elke dag ergens dat je ondoorgrondelijk en veel te chaotisch zou zijn. Niet alleen in de manier waarop ze jou letterlijk elke ochtend ontdekt, maar ook in de manier waarop je elke dag wordt bestuurd. Maar guess what? Een eengemaakte politiezone of eenheid brengen in dat kluwen van jouw 19 gemeenten zullen haar op dit moment worst wezen.

Mijn dochter wil met vertrouwen en trots over jou praten, in plaats van altijd en overal jou beschermengel te moeten zijn

Hoef jij dan helemaal niet te veranderen? Tuurlijk wel. Ook zij hoopt dat je over vijftien jaar een ander gezicht toont dan vandaag. Die evolutie is de logica zelve, precies zoals in alle andere grootsteden op deze planeet. Zij ziet trouwens dat je die stappen resoluut hebt gezet. Met de voetgangerszone is de auto definitief geweerd uit een zone waar ze zich niet meer kan herinneren dat er ooit auto’s hebben doorgeraasd. Of het nu de Anspachlaan is aan de Beurs, het Muntplein, 54 (spreek uit: “cinq kat’ of het Sint-Katelijneplein), dat is vandaag haar ruimte, waar ze elke dag wel iets meemaakt, beleeft, of waarmaakt. She owns you. Jouw chaos is net dat waarmee je haar zo charmeert. Zij is de negativiteit rond jouw persoontje dan ook grondig beu. Zij wil met vertrouwen en trots over jou praten, in plaats van altijd en overal jou beschermengel te moeten zijn.

'Verderf'

Maar beste Brussel, om zich van dat vervelende harnas te bevrijden, rekent ze ook op anderen. Op haar vrienden, op ons haar ouders, of op diegenen die hun stem hebben kunnen laten weerklinken in de krant of op de radio. Last but not least rekent ze voluit op zij die het voor het zeggen hebben. En toen volgde dat moment, waarop ze de woorden van de populairste politicus van het land, Theo Francken, onder ogen krijgt. In het magazine Bruzz laat die zijn licht schijnen over jou. Hij opent met enkele lieve woorden om je te paaien, zo lijkt het wel. Want werkelijk uit het niets volgt meteen daarna: “De voetgangerszone, dat is een oord van verderf dat marginaliteit en criminaliteit aantrekt.”

Ze zocht meteen naar synoniemen en tikte verbeten ‘verderf’ in op haar smartphone. Op haar kleine scherm flikkerden onder meer ‘ondergang’, ‘vernieling’, ‘verdoemenis’, ‘noodlottig’ en ja, zelfs ‘dodelijk’ op. Hang ik daar dan elke dag rond, zag ik haar denken? Na school op de trappen van de Beurs keuvelen met haar vriendinnen, in de Exqi snel een broodje scoren, lachen en gieren omdat gekke dansers en hun muziek de voetgangerszone leven inblazen, is dat dan allemaal verderfelijk? Al die vragen vuurde ze af op mij, haar vader, en niet op de populairste politicus van het land. Ik was haar - en ook jou, Brussel - een antwoord schuldig. Begin er maar eens aan, leg het maar uit.

Na school op de trappen van de Beurs keuvelen met haar vriendinnen, in de Exqi snel een broodje scoren, lachen en gieren omdat gekke dansers en hun muziek de voetgangerszone leven inblazen, is dat dan allemaal verderfelijk?

Iedereen heeft het volste recht op een mening in een poging mensen te overtuigen. Maar hier alvast een tip voor eenieder die zich geroepen voelt in het Brusselse bad te springen: hou op met zulke kwaadaardige zinnetjes te droppen die alleen twijfel zaaien in haar hoofd en werkelijk niets bijbrengen in haar ‘groot worden’. Hou op met haar stad en die van haar vriendinnen die op een boogscheut van dat ‘oord van verderf’ school lopen op zo’n goedkope manier te beschimpen. Want wie daar nu bij? En vooral: wat winnen zij erbij? Niets toch? Behalve dan dat leerkrachten, jongerenorganisaties en ouders zoals wij telkens weer vanaf nul moeten beginnen. Na de rellen liet deze krant eind vorige week drie Brusselse scholieren aan het woord. Die drie meisjes waren niet alleen streng voor hun leeftijdsgenoten die amok maakten, maar tegelijk bijzonder slim en genuanceerd in hun analyse van de uitdagingen waar hun stad mee kampt. Ook zij beseffen dat die er wel degelijk zijn. Blind positief zijn ze allerminst, maar uit hun hartverwarmende woorden valt zoveel te halen om op te bouwen. Zij zijn in elk geval niet van plan om jou los te laten, Brussel. Mijn dochter evenmin.

Warme groet,

Laurent Vandensande,

Papa van een Brussels kind