Direct naar artikelinhoud
Vrachtwagens

De trucker is onmisbaar, maar kampt met een imagoprobleem

De trucker is onmisbaar, maar kampt met een imagoprobleem
Beeld Marc De Roeck

Kleeft er nog enige romantiek aan een leven als vrachtwagenchauffeur? Vier chauffeurs vertellen hoe het is om altijd op de weg te zijn, ver van huis. En welk verhaal zit er achter de naamborden in hun cabines?

Je rijdt over een mooi stuk asfalt door een licht glooiend landschap, hoog boven de andere weggebruikers. Er zijn geen files en je favoriete muziek galmt uit de radio. Ver van huis en in je sas. Zo bezien de romantiek ten top, het leven van een trucker.

De werkelijkheid is anders. Er is een fiks tekort aan vrachtwagenchauffeurs, nu de crisis voorbij is en de transportsector weer groeit. Voor sommige transportbedrijven is de behoefte aan chauffeurs zelfs zo groot dat ze gepensioneerden en studenten inschakelen. De vrachtwagenchauffeur kampt bovendien met een imagoprobleem: de werkdruk ligt hoog, de dagen zijn lang, je bent veel alleen, langs de snelweg is niet altijd een gezonde maaltijd te vinden en de waardering voor het vak is laag.

Onterecht. Want vrachtwagenchauffeurs zijn onmisbaar. Zonder hen geen vers sinaasappelsap bij het ontbijt of bier op café. Of noem die talloze andere producten maar op die ze van A naar B brengen.

Vier chauffeurs vertellen hoe het is om altijd ‘op de baan’ te zijn. Hoe het zit met de stress, de eenzaamheid. Of is er misschien toch nog een vleugje romantiek in hun vak? En wie gaat er eigenlijk schuil achter de naam op het bord dat in de cabine pronkt?

"Tijd voor een praatje is er nauwelijks"

Peter de Vaan (61) vervoert bouwmateriaal

Om zijn nek hangt een hanger in de vorm van een vrachtwagen. Echt goud. “Door al dat zweet sloeg mijn vorige ketting groen uit. Dat heb je niet met deze.” Deze man heeft liefde voor zijn vak. Dat zie je meteen. Trots vertelt hij dat hij al veertig jaar op de vrachtwagen zit. Toen hij begin dit jaar de parkeerplaats van zijn bedrijf opreed, zag hij dat iemand een bordje met ‘opa’ in zijn cabine had gehangen. “Wat heb ik nu weer aan mijn laars hangen, dacht ik. Waren het mijn collega’s geweest. Ja, prachtig toch? Mijn eerste kleinkind.”

'Bij de truckerscafés kom je elkaar niet meer tegen, want die bestaan amper nog. Komt door die witte kentekens, buitenlandse nummerplaten'
Peter de Vaan

Peter staat te kletsen met twee jonge collega’s. “Dit maak ik niet vaak mee, hoor. Tegenwoordig is daar geen tijd meer voor. En bij de truckerscafés kom je elkaar ook niet meer tegen, want die bestaan amper nog. Komt door die witte kentekens, buitenlandse nummerborden. Die chauffeurs eten in hun eentje in hun wagen.” Om het ongezonde of dure eten langs de snelweg te omzeilen, neemt Peter tegenwoordig zijn eigen eten mee. “Ik snack maar één keer per jaar, denk ik. Een kroketje of een frikandel.” Hij wil namelijk niet zo’n ‘brummie’ worden. Wat dat is? “Een dikke Duitser.”

"Mijn vrouw stuurt foto’s via de app"

De Pool Wirkus Waldemar (39) heeft net in de haven van Amsterdam zijn wagen volgeladen met cacao

Wirkus rijdt op heel Europa. Meestal naar Frankrijk, Spanje en Engeland. Eten doet hij in zijn cabine of hij klapt zijn picknicktafeltje uit op de parkeerplaats, naast z’n wagen. “I only eat Polish food. Meat. Tomato soup.” Hij weet dat ander chauffeurs geen hoge pet op hebben van hem en zijn collega’s. Hij is er zo één, van ‘de witte nummerplaten’. Maar ja, wat doe je eraan? Vaak is hij twee weken achter elkaar onderweg. Dan mist hij zijn vrouw en kinderen. Gelukkig stuurt zijn vrouw foto’s via de app. Maar ook als ze dat niet zou doen, dan hoeft hij maar naar zijn arm te kijken om aan ze te denken. Daar staat namelijk ‘Omnia pro familia mea’ getatoeëerd. Oftewel: familie is alles. Van wie de naam is op het bord in zijn cabine, Wirus? “Dat ben ikzelf. Het is mijn bijnaam. Gekregen van een gekke vriend.”

"Mijn vrouw stuurt foto’s via de app"
Beeld ANP XTRA

"Dankzij die naambordjes zijn mijn kindern toch een beetje bij me"

Christian van Ballegooijen (36) vervoert bouwmateriaal

“Ik heb de naamborden in mijn cabine gekregen voor Vaderdag. Bij het ontbijt, zelf ingepakt en met een zakje snoep erbij.” Er verschijnt een grote glimlach op zijn gezicht. “Ik moest beloven om maandag langs te rijden om ze te laten zien.” Denise (7) en Jasper (4) zijn de kinderen van Christian. Het liefst zou hij ze vaker zien. Als hij om vijf uur ’s ochtends vertrekt, slapen ze nog en als hij thuiskomt, hebben ze vaak al gegeten of liggen ze al in bed. “Dankzij die namen zijn ze toch een beetje bij me. En ze bellen me ook, hoor. Als er iets op school is gebeurd en ze even hun verhaal willen doen. Dan ben ik een luisterend oor, of ik stel ze gerust. Dat kan hun moeder ook, maar soms willen ze hun vader.

"Jasper wil heel graag met me mee, maar hij is nog niet zindelijk. Hij probeert het. Elke dag dat hij niet in z’n broek heeft geplast, mag hij een sticker plakken. Als hij twee weken droog is, mag hij mee. Maar steeds gaat het aan het einde net mis. Een klein rondje kan hij wel mee, hoor. Ik haal hem straks thuis op als ik de wagen ga parkeren. Dan mag hij achterop de fiets mee terug.”

"Balen dat chauffeurs een slechte naam krijgen"

Mike Deurhof (47) vervoert levensmiddelen voor een supermarktketen

In de deur van Mikes wagen staan flessen allesreiniger, poetsdoekjes en glassex. “Ik maak de cabine elke avond schoon. Ja, je eet er wel in, hè?” Het bordje met de naam van zijn vrouw heeft hij laten maken in Ponypark Slagharen. “Alweer een jaar of tien geleden. Ik ben de romantische van ons twee. Ontbijt maken, af en toe een bloemetje meenemen. Al heb ik dat al een tijd niet gedaan, trouwens.” 

Miranda en Mike hebben elkaar leren kennen in de disco en zijn nu 21 jaar getrouwd. “Hoe ze eruitziet?” Een grote grijns verschijnt op zijn gezicht. “Goed. Slank. Blond. Lekker. Ze is weleens met me mee geweest, maar toen zag ze het bed achter in de cabine en lag ze de hele rit te slapen. Iemand meenemen, kan niet altijd. Want niet alle klanten zijn daar blij mee. Klanten gedragen zich tegenwoordig ook anders dan vroeger. Vaak word je slecht ontvangen. Het lijkt wel alsof je als chauffeur altijd ongelegen komt.” 

'Klanten gedragen zich tegenwoordig ook anders dan vroeger. Vaak word je slecht ontvangen. Het lijkt wel alsof je als chauffeur altijd ongelegen komt'
Mike Deurhof

Dat zijn vak weinig waardering krijgt, vindt Mike kwalijk. “Zeg dat er dagelijks duizend ongelukken gebeuren. In drie van die gevallen is er een vrachtwagen bij betrokken. Als een vrachtwagen gekanteld ligt, dan staat de boel vast en zijn mensen geïrriteerd. Logisch, maar toch kan ik ervan balen dat chauffeurs hierdoor een slechte naam krijgen.” Mikes pieper gaat. Hij moet weer rijden. Maar voordat hij naar huis gaat, rijdt hij eerst nog even langs het tankstation om een bloemetje te kopen.