Direct naar artikelinhoud
ReportageSankt Pauli

‘Nu komen allerlei mensen opeens voor het eerst naar het stadion, waardoor echte fans geen kaartje kunnen krijgen’

Het Millerntor Stadion van Sankt Pauli.Beeld Photo News

Links activisme zit in de vezels van Sankt Pauli en ook in die van de lokale voetbalclub. Punkers en anarchisten uit de roerige Hamburgse wijk verzamelen zich in voor- en tegenspoed in het Millerntor Stadion, een unieke verzamelplaats van tegenculturen.

Sven Brux (58) draait in één vloeiende beweging een sjekkie. Het wordt duidelijk niet zijn eerste van de dag: op het bureau van de veiligheidschef van FC Sankt Pauli smeult een volle asbak en de scherpe geur van tabaksrook vult zijn kantoor. Brux, een grote, norse man met staalblauwe ogen en een zwarte muts met een doodshoofd erop, oogt onrustig. “Ik ben hier vrij vroeg heen gekomen, want thuis wist ik niet wat ik met mezelf aan moest”, zegt hij.

Brux gebaart naar zijn raam, dat uitzicht biedt op de grasmat en de bijna 30.000 zit- en staplaatsen van het Millerntor Stadion. Het is vrijdag 26 april, en over vier uur speelt de Hamburgse voetbalclub Sankt Pauli hier tegen Hansa Rostock, in de tweede Bundesliga. Op de Zuidtribune slepen enkele ultras, jonge fanatiekelingen, al met trommels en spandoeken. Brux houdt ze nauwlettend in de gaten.

De veiligheidschef heeft een flinke kluif aan de wedstrijd van vanavond. Die is beladen, en niet alleen omdat Hansa Rostock tegen degradatie vecht, terwijl Sankt Pauli voor het eerst in veertien jaar vlakbij promotie naar de eerste Bundesliga is. De fans uit Rostock kwamen in het verleden namelijk meermaals negatief in het nieuws vanwege racistische en seksistische spandoeken en leuzen. Daardoor staat de verhouding met de Hamburgse supporters op scherp.

Tussen kraakpanden, seksclubs en concertzalen

Sankt Pauli komt uit de gelijknamige rosse buurt van Hamburg. Hier, tussen de kraakpanden, seksclubs en concertzalen waar The Beatles begin jaren zestig regelmatig zeven uur durende optredens gaven, vinden eindeloos veel protestbewegingen hun oorsprong. Er is in de hele wijk bijna geen muur te vinden zonder antifascistische en anti-autoritaire graffiti-teksten. Links-activisme zit in de vezels van Sankt Pauli, en sinds de jaren tachtig ook in die van de lokale voetbalclub.

Het Millerntor Stadion ligt op enkele honderden meters vogelvlucht van de rosse buurt van Hamburg.Beeld EPA

Toen trokken punkers en anarchisten uit de wijk voor het eerst naar het Millerntor Stadion. Ze hadden genoeg van het extreemrechtse gedachtegoed op de tribunes van de grotere Hamburgse voetbalclub HSV, die ze sowieso te commercieel vonden. Deze nieuwe fans drukten een steeds grotere stempel op Sankt Pauli. Een lokale punkzanger nam een keer een zwarte vlag met een doodshoofd mee naar het stadion. Deze piratenvlag groeide uit tot het symbool van de eigenzinnige club, die een verzamelplaats van tegenculturen werd.

“En nu zijn we zelfs doorgedrongen tot de organisatie van de club”, zegt Brux. De oude punkrocker werkt sinds 1989 voor Sankt Pauli: eerst als vertegenwoordiger van de fans, later als veiligheidschef. Volgens Brux is de club de afgelopen jaren uitgesprokener geworden op sociaal en politiek gebied. De jonge ultras doen veel voor daklozen in de wijk en op een tribune staat in enorme letters: ‘Kein Mensch ist illegal’. “Vroeger hadden we alleen een hekel aan nazi’s”, zegt Brux. “Nu spreken we ons ook uit tegen homofobie, seksisme en komen we op voor vluchtelingen.”

Eerdere wedstrijden tegen Hansa Rostock liepen al vaker uit de hand. De vorige keer dat de supporters uit Rostock op bezoek kwamen, stichtten ze brand in een toiletgebouw. Sankt Pauli-fans lieten pesterig weten dat ze honderd euro doneren aan de jeugdopleiding van Hansa Rostock, voor elk toilet dat vanavond intact blijft. “Toiletten voor tolerantie”, heet de actie. Toch is het volgens Brux te makkelijk om de wedstrijd af te schilderen als een confrontatie tussen links en rechts. “De supporters van Hansa Rostock zijn misschien hooligans en eikels, maar zeker niet allemaal nazi’s”, bromt hij.

Kampioenschap binnen handbereik

Bovendien staat er vandaag meer op het spel. Promotie naar de Bundesliga en zelfs een kampioenschap zijn binnen handbereik. Winst tegen Hansa Rostock betekent dat Sankt Pauli vrijdag, in de stadsderby tegen de gevallen grootmacht Hamburger SV, al kan promoveren. “Dat zou het grootste succes in onze geschiedenis zijn. Het is fucking fantastisch als ik dat mee kan maken”, zegt Brux. Zijn mondhoeken gaan zeldzaam ver omhoog als hij praat over de huidige voetbalprestaties. “Wat er dit seizoen gebeurt, is niet normaal.”

Op vrijdag speelde Sankt Pauli tegen Hansa Rostock, in de tweede Bundesliga.Beeld Photo News

Sankt Pauli, dat steevast in financiële nood verkeert, won slechts één titel in de tweede Bundesliga, in 1977. Maar dit seizoen lijkt alles te kloppen. De concurrentie laat punten liggen, de spelers werken hard en het team heeft het ideale uithangbord als aanvoerder: de Australische middenvelder Jackson Irvine, met zijn lange haren, tatoeages en voorliefde voor kroegen en punkconcerten. De technische staf zoekt altijd ‘goeie jongens’, vertelt Brux, maar zelden paste een speler zo goed bij Sankt Pauli als Jackson Irvine.

Maar ook in minder voorspoedige tijden zat het stadion altijd vol. “Ik ben zowel fan van onze idealen, als van het voetbalteam. Ik ben ook trots als we verliezen”, zegt de Mexicaanse Jorge Alvarado (37), die veertien jaar in Hamburg woont. In beide handen heeft hij een flesje bier. Hij is met zijn vrienden enkele uren voor de wedstrijd samengekomen bij het stadion. De geur van friet en currysaus hangt in de lucht. “Maar natuurlijk droom ik ervan om ooit te verzamelen op het vliegveld, omdat we een uitwedstrijd in de Europa League spelen”, zegt hij lachend.

Verderop staat Jenn Jollberg (38) met haar vriendin Sarah (34) en collega Hauke (56). Natuurlijk ziet ze haar club graag winnen, vertelt ze. “Maar eigenlijk is het beter als we slecht spelen”, zegt ze. “Nu komen allerlei mensen opeens voor het eerst naar het stadion, waardoor echte fans geen kaartje kunnen krijgen.”

Anti-commercieel en lokaal betrokken

Daarmee stipt ze de grote paradox van Sankt Pauli aan. De club profileert zich als anti-commercieel en lokaal betrokken, maar door datzelfde idealisme groeide Sankt Pauli uit tot een wereldberoemd merk. Ed Sheeran werd al gespot in een tenue. Kledingstukken met het doodshoofd zijn razend populair, waardoor Duitse voetbalfans de club soms gekscherend een ‘modemerk met een voetbalafdeling’ noemen. “Die zijn gewoon jaloers”, zegt Brux. “Het is niet bepaald modieus om in kloteweer naar klotevoetbal te kijken, en toch was het stadion ook tijdens mindere jaren altijd uitverkocht.”

Binnen de club voeren supporters al jaren discussies of de linkse ziel van de club niet te grabbel wordt gegooid. Alvarado vindt van niet. “Natuurlijk word ik moe van alle mailtjes met nieuwe Sankt Pauli-shirts, maar uiteindelijk moeten we geld verdienen om onze waarden uit te blijven dragen. Het is een ingewikkelde balans”, zegt hij.

Ook Brux ziet dat het een kwestie van afwegen is. “We zijn onderdeel van een kapitalistische wereld, maar proberen alleen het hoogstnodige te doen. We hebben de naam van het stadion bijvoorbeeld nooit verkocht aan een sponsor, hoewel we daardoor miljoenen mislopen”, zegt de veiligheidschef.

Tot studio omgebouwde skybox

Dat betekent niet dat de voetbalclub geen geldschieters heeft. Hoog in het stadion zit bijvoorbeeld de muziekschool - een samenwerking met kledingmerk Levi’s. In deze tot studio omgebouwde skybox, met uitzicht op het veld, krijgen kinderen uit de buurt gratis muzieklessen van de Amerikaan Dave Doughman (53).

De flamboyante Doughman - veel krullen, grote snor - kwam voor het eerst naar Hamburg voor een optreden met zijn rockband Swearing at Motorists. “Maar eerst kwam niemand opdagen, omdat Sankt Pauli nog speelde. Daarvoor wist ik niet dat muziekfans ook voetbalfans kunnen zijn”, zegt hij grinnikend. Inmiddels woont hij vijftien jaar in de wijk. Vandaag kijkt hij samen met zijn zoon naar de wedstrijd vanuit de muziekschool, tussen keyboards, gitaren en drumstellen.

“Dit project is natuurlijk goede marketing voor Levi’s, maar ook precies wat de wijk nodig had”, zegt Doughman. Hij gebaart naar de skyboxen naast de studio. “Ik zie het zo: die VIP-kaartjes kosten belachelijk veel geld, maar daardoor zijn normale plaatsen goedkoper. Daarom hoop ik dat we promoveren. Op het grotere podium van de Bundesliga, met hogere inkomsten, kunnen we nog meer betekenen. Ik hoop alleen dat we niet weer elke wedstrijd verliezen, zoals in 2011.”

Wedstrijd is niet om aan te zien

Opeens klinkt ‘Hells Bells’ van AC/DC uit de luidsprekers van het stadion - het sein voor de spelers om het veld op te gaan. Doughman haast zich naar het balkon van de muziekschool. “I love football”, roept hij onderweg. De wedstrijd die volgt is niet om aan te zien. De spelers van Hansa Rostock maken overtredingen en die van Sankt Pauli fouten. De sfeer in het stadion is goed, los van enkele provocaties over en weer - de Hamburgse aanhang gooit bijvoorbeeld met toiletpapier. Sven Brux mag tevreden zijn.

En dan is daar, net na rust, plotseling Jackson Irvine. De aanvoerder kruipt voor zijn man, en kopt de bal uit een hoekschop in de verre hoek. Vader en zoon Doughman vliegen elkaar in de armen en dansen samen op ‘Song 2' van Blur, dat na elk doelpunt wordt afgespeeld. Daar blijft het bij, de eindstand is 1-0. “Dit waren de spannendste minuten van mijn leven”, zegt Doughman na het fluitsignaal.

De volgende dag verspelen alle directe concurrenten punten, waardoor Sankt Pauli op de eerste plek staat en met winst tegen Hamburger SV vrijdag zeker is van promotie. Dat worden nog meer, nog spannendere minuten: de vorige stadsderby eindigde in een zwaarbevochten 2-2. Maar eerst moet Sankt Pauli even uithijgen. Oliver König (31) staat bij een bar in het stadion. Hij oogt uitgeput. “Zo voel ik me ook”, zegt hij. “Wat een rotwedstrijd, maar gelukkig is het goedgekomen. Ik hou ook van Sankt Pauli als we verliezen, hoor. Maar winnen blijft leuker.”