Direct naar artikelinhoud
Game Top 5

Met deze videogames bolt u het jaar 2018 uit

Scène uit het ontroerende Gris.Beeld Nomada Studio

De laatste games van het jaar zijn allerminst de slechtste. Meer nog: minstens twee ervan meten zich prima met de toppers die wat vroeger in het najaar verschenen.

Gris (★★★★☆)

Na zo’n uitstekend videogamejaar nóg een game op de markt brengen waarbij de traantjes van ontroering meteen opwellen terwijl u hem speelt: het is eigenlijk niet meer verantwoord. Maar de Spaanse studio Nomada kon duidelijk niet langer meer wachten om Gris op ons los te laten: een op het eerste gezicht eenvoudige 2D-platformgame die een pakkende lyriek uitwasemt dankzij zijn nauwgezette tekenstijl, zijn recht door uw ziel priemende muziek en zijn met gedurfde verrassingen volgestouwde gameplay.

Verdriet speelt een dragende rol in 'Gris'.Beeld Nomada Studio

Welke andere videogame heeft er bijvoorbeeld, naast een knop die uw personage doet springen, een ‘wanhoop’-knop die uw personage eventjes weer het moede hoofd laat zakken, gebukt onder het verlammende verlies dat ze aan het begin van de game heeft meegemaakt? Het verlies in kwestie wordt puur metaforisch voorgesteld aan het begin van de game, maar het blijft het titelpersonage - een jonge vrouw met dunne beentjes - gedurende drie onbetamelijk emotionele speeluren achtervolgen.

Het toont zich bij momenten in de overweldigende omgevingen die Gris beklimt, waarin de nietigheid die ze ervaart wordt onderstreept door de uitzoomende camera, die het hele staketsel en de logische puzzels erin ineens onoverkomelijk doet lijken.

Met dat soort visuele bravourestukken worden thema’s als verdriet, bitterheid en schuldgevoel erin gemasseerd, terwijl u van platform naar platform springt en torens beklimt. Maar ook hoop en veerkracht klinken na verloop van tijd door. Een zeldzaam introspectieve top-indie.

Uit voor Nintendo Switch en pc.

Super Smash Bros. Ultimate (★★★★☆)

Ook Nintendo komt, na het uitgebreide videogamebanket dat we het afgelopen jaar kregen geserveerd, nog met een copieus toetje aanzetten. Super Smash Bros. Ultimate is een vechtgame waarin 76 verschillende figuren uit de stal van Nintendo, Sega, Capcom en andere overwegend Japanse gamehuizen in een bewegend 2D-decor worden gedropt om op elkaars muil te slaan. De game heeft het soort beeldgimmicks en auditieve kirretjes die we gewend zijn van een Nintendo-game, en met een forse lik zelf-referentiële humor laten de makers zien dat ze de ware fans van al die personages een warm hart toedragen.

Super Smash Bros. Ultimate heeft veel meer vaart en drukte dan de meeste andere Nintendo-games, die in de regel eerder op doelmatigheid en precisie zijn ontworpen. Maar onder de olijke herrie van het potje knokken zit er veel meer. Het wordt pas écht uitdagend wanneer u in de achterliggende systemen begint te duiken.

Een van de vele originele decors uit 'Super Smash Bros. Ultimate'.Beeld Nintendo

Die gaan namelijk absurd diep. U kunt bijvoorbeeld altijd wegrollen voor een aanval, maar wanneer u diezelfde beweging enkele keren vlak na elkaar uitvoert wordt de afstand van dat rolletje korter en korter: kwestie dat u het zichzelf niet té gemakkelijk maakt. Iedere aanvaller heeft ook zijn eigen krachten én zwakheden, die u moet onthouden om zijn aanvallen goed te counteren. En in de uitgebreide World of Light-singleplayerqueeste heeft iedere ‘bevrijde’ figuur - dat ‘bevrijden’ is natuurlijk gewoon doeltreffend op zijn tater slaan - ook een soort geestesdier dat u kunt toekennen aan uw vechter om bepaalde vaardigheden een stuk op te krikken.

Uiterst precieze vechtbewegingen, diepgewortelde spelregels die de uitdaging in het spel proberen te houden, en daar bovenop nog eens een vrij complex role playing-systeem met persoonlijke levels: Super Smash Bros. Ultimate is waanzinnig gedetailleerd voor een game waarin de kern van het spel behendigheid is. En het mooie is dat niets van die diepgang ten koste gaat van de pure pret. Het is misschien niet de meest memorabele game in het uitstekende jaar 2018, maar wellicht wel een van die titels die u bij zich zou willen hebben wanneer u ooit op een onbewoond eiland zou stranden.

Nu uit voor Nintendo Switch.

Just Cause 4 (★★☆☆☆)

Er zijn videogames die proberen te verrassen met de subtielste finesse in hun actie. En er zijn er zoals Just Cause 4, waarin uw éénmansleger aan zijn bestorming van een militair fort begint door er eerst een zonet gekaapte straaljager in te vliegen. Just Cause 4 is een game waarin letterlijk álles kan, en waarin superheld/vrijheidsstrijder/latin lover Rico Rodriguez een land dat even groot lijkt als een échte Zuid-Amerikaanse natie in een mum van tijd doorkruist met zijn wingsuit, zijn uit zijn arm uitschietende grijphaak, of gewoon een uzelf toegeëigend voertuig.

Het is waar wat de makers beweren: u kunt extreem gek doen in Just Cause 4, en heel wat van de strapatsen die we uitvoerden waren inderdaad eventjes gieren. Maar voor een game waarin alles mogelijk is, is er in Just Cause 4 tegelijkertijd bitter weinig te beleven. Ook de vernieuwingen stellen weinig voor. Er kunnen nu bijvoorbeeld ballonnetjes aan een decorstuk worden gehangen om het te doen opstijgen, en wanneer u er voldoende voorziet kan letterlijk alles - tot een tank toe - de lucht in. Betrekkelijk grappig, maar u kunt er verder weinig mee.

Dansen in een tornado in 'Just Cause 4'.Beeld Square Enix

De grootste innovatie is de introductie van extreme weersomstandigheden, die door het booswicht van dienst - een doorsnee James Bond-slechterik - kunnen worden gemanipuleerd. Midden in een wervelstorm van object naar object slingeren heeft inderdaad wel iets, maar de finaliteit van Just Cause 4 blijft dat al die pret chronisch weinig context of betekenis krijgt. Gewoon voor de lol een tegenstander vasthaken aan een opstijgende straaljager, of eventjes meesurfen met een door plotse ontbranding opstijgende brandstoftank: we hébben het allemaal al eens gedaan ... in een van de vorige Just Cause-games.

In een jaar als 2018 is het lastig om een game als Just Cause 4 aan te bevelen. Zeker aangezien er dit najaar zo veel andere, krachtige sandbox-games op de markt zijn gekomen. Van de culturele muilpeer die Red Dead Redemption II via het prima Marvel’s Spider-Man tot zelfs het teleurstellende Assassin’s Creed: Odyssey: ze zijn allemaal beter en dwingender dan Just Cause 4. En dus ook veel meer uw centen en uw schaarse vrije tijd waard.

Uit voor PlayStation 4, Xbox One en pc.

Darksiders III (★★☆☆☆)

“Wanneer je deze game aan het spelen bent, zul je ‘m ook echt aan het spélen zijn”, bezwoer ontwikkelaar Gunfire Games ons eerder dit jaar tijdens een vroege demo van Darksiders III. Dit was een game waarop heel wat spelers hadden zitten wachten: de twee eerste games uit de reeks schaarden zelfs een kleine fancultus rond zich. In dit derde deel rukt dus ook weer een derde ruiter van de Apocalypse aan: na War en Death in de twee voorgaande games, is het deze keer de beurt aan Fury, een geweldenaar die een verbeten gevecht met de waarachtige machten van het kwaad voert op een post-Apocalyptische planeet Aarde.

Het fletse, snel te vergeten 'Darksiders III'.Beeld THQ Nordic

Haar tocht door dat helse universum (waarin God of War-esk hakwerk, een beetje springen op corniches en een kleine snuif roleplaying-achtige zelfverbetering centraal staan) wordt echter verrassend snel duf. Darksiders III is inderdaad een moeilijke game, maar de uitdaging zit in de verkeerde dingen. In de krachtige slagen van zelfs de miniemste vijanden die u het hoofd moet bieden, bijvoorbeeld. Of in het crimineel strenge checkpointsysteem, dat u na een nederlaag buitensporig veel gameplaysequenties opnieuw doet spelen die de eerste keer ook al saai waren.

Uit voor PlayStation 4, Xbox One en pc.

Spyro Reignited Trilogy (★★★☆☆)

Om het jaar 2018 toch nog in schoonheid te eindigen, wijzen we u ook op Spyro Reignited Trilogy, een compilatiegame waarin het paarse draakje uit de drie Spyro-games uit de late nineties op een modern HD-scherm komt gedarteld. Vuur spuwen, na een sprong flapperend in de lucht blijven, kopstoten uitdelen aan tegenstanders: Spyro the Dragon (1998), Spyro: Ripto’s Revenge (1999) en Spyro: Year of the Dragon (2000) hebben in hun tijd een astronomisch hoge standaard gezet qua besturing en dynamiek.

Het nog steeds bijzonder krachtige 'Spyro'.Beeld Activision

Een die, merkten we toen we de in één doosje gepropte hd-remakes ervan speelden, weinig aan relevantie heeft ingeboet tijdens de bijna twintig jaar lange afwezigheid van de Spyro-games. De beweegbare camera, de finesse in de spelmechanieken en de met een scherp oog afgemeten springafstand werden zo weinig en pover nagedaan door recentere games in het 3D-platformgenre dat deze heruitgave tegelijkertijd ook een herontdekking is.

Nu uit voor PlayStation 4 en Xbox One.