© Getty Images/iStockphoto

Hoe is het om onder de radar te leven in ons land: twee uitgeprocedeerde studenten getuigen

Tien jaar al was Eugene Djangmah (18) in ons land toen hij twee weekends geleden te horen kreeg dat hij het grondgebied moest verlaten omdat hij geen papieren heeft. Al die tijd had hij onder de radar geleefd. Hoeveel mensen er in ons land in die omstandigheden leven, is onduidelijk. Maar ze zijn talrijk. “Elke keer als we de bus nemen, zitten we met de schrik om gepakt te worden”, getuigen twee uitgeprocedeerde studenten.

dennis van damme

Eugene Djangmah uit Ghana heeft nog een drietal weken om zijn regularisatie in orde te brengen. Zijn advocaat heeft een dossier ingediend en Eugene en zijn vrienden – bij onder andere de Berchemse voetbalclub Groenenhoek Sport – wachten hoopvol op de beslissing van de dienst Vreemdelingenzaken.

Eugene werd ‘betrapt’ op een scoutsfuif nadat de politie moest tussenkomen bij een schermutseling. De jongeman had met de feiten niets te maken, maar werd wel gecontroleerd en kon geen geldige verblijfsvergunning voorleggen. Prompt werd hij naar het gesloten opvangcentrum voor illegalen in Vottem gestuurd. Na vijf dagen werd hij weer vrijgelaten, maar door de opsluiting miste hij wel een examen voor de middenjury dat hij nu moet overdoen.

© RR

Het is een herkenbaar verhaal voor Grigor en Aman (twee schuilnamen). Allebei kwamen ze zeven jaar geleden naar België, allebei raken ze niet aan papieren. Ze zijn perfect geïntegreerd, hebben een netwerk van vrienden en kennissen en hebben talent om het te maken op de reguliere arbeidsmarkt. Toch kregen ze te horen dat ze terug moeten naar hun thuisland.

Ouders vermoord

Grigor volgde zijn ouders die thuisland Georgië ontvluchtten omwille van de welig tierende corruptie. “Ik was veertien jaar. Als je ouders op die leeftijd beslissen dat ze naar een ander land verhuizen, dan heb je niet echt een keuze. Ze wilden vooral een betere toekomst voor mij. In Georgië raak je niet aan een job als je geen connecties hebt. Een diploma heeft er nauwelijks waarde. Ik ken jongens die hebben gestudeerd om net genoeg te verdienen om te overleven. Ik zie mijn toekomst hier.”

Aman, nu 23, werd als 16-jarige door zijn ouders in India op het vliegtuig gezet. Zij bleven achter. “Ze betaalden een mensensmokkelaar om me het land uit te krijgen omdat ze in de problemen zaten en vreesden voor hun en mijn veiligheid. Ze kregen gelijk: drie jaar geleden werden ze allebei vermoord voor een dispuut over een stuk grond.”

Grigor en Aman deden al het mogelijke om aan papieren te geraken, maar werden keer op keer geweigerd. “India is groot en als ik in gevaar was, dan kon ik altijd ergens anders gaan wonen. Dat was de redenering”, vertelt Aman in accentloos Nederlands. “Ik kreeg geen asiel en volgens mijn advocaat is mijn dossier niet sterk genoeg om een regularisatieprocedure op te starten. Ik verbleef eerst een jaar als niet-begeleide minderjarige in een opvangcentrum in Gent. Maar toen ik meerderjarig werd en het bevel kreeg om het grondgebied te verlaten, moest ik daar weg. Daarna logeerde ik een tijd bij vrienden en uiteindelijk nam een gezin uit Berchem me in huis. Nu verblijf ik soms bij hen, soms bij vrienden.”

Opgepakt

Grigor woont bij zijn familie in Mortsel. Ze huren via vrienden een huis. Beide jongemannen zijn bezig aan hun hogere studies: Grigor zit in zijn eerste jaar boekhouding en Aman gaat voor informatica. Het had niet veel gescheeld of Grigor was nooit aan zijn studies kunnen beginnen. Afgelopen zomer overkwam hem wat hij al jaren probeerde te vermijden: hij werd op straat gecontroleerd door de politie. “Ik werd meteen naar het politiekantoor op de Noorderlaan gebracht en moest daar een nacht doorbrengen. Daarna werd ik naar het gesloten centrum voor illegalen in Brugge gebracht. Een maand moest ik daar blijven, daarna werd ik vrijgelaten. Ik zat er tussen de criminelen, letterlijk: sommige mensen werden rechtstreeks van de gevangenis naar het opvangcentrum gebracht. Tot 22u konden we op een soort speelplaats, maar daarna moesten we naar onze kamer. Net als in de gevangenis. Het was niet leven, maar overleven. Ik was droevig: ik had niets misdaan, en toch werd ik opgesloten.”

Geen zwemlessen

Net als Eugene kreeg Grigor een maand tijd om zijn regularisatie in orde te brengen. Zijn advocaat tekende beroep aan en Grigor wacht op een beslissing. “Ik weet niet hoe ik mijn kansen moet inschatten”, zegt hij. “Ik wil hier niet weg. Ik studeer, ik heb geen strafblad en ik wil hier werken en bijdragen aan de economie. Ik vind dat het beleid daar rekening mee zou moeten houden. Dat er dossier per dossier zou moeten worden gekeken naar iemands verwezenlijkingen en motieven. Niet iedereen komt naar hier om te ‘profiteren’. Ik alleszins niet. Maar er zijn in het verleden al veel dossiers geweest zoals dat van mij, en die mensen zijn ook teruggestuurd.”

Ondertussen moeten Grigor en Aman onder de radar zien te blijven. Met alle praktische gevolgen van dien. “Ik wil al heel mijn leven leren zwemmen, maar om me in te schrijven voor lessen moet ik een identiteitskaart hebben”, vertelt Aman. “Hetzelfde geldt voor een bankkaart of een telefoonabonnement. Dat moeten vrienden voor mij regelen, waarna ik hen cash terugbetaal. Reizen is ook uitgesloten. Het risico om betrapt te worden aan de grens, ook met de auto, is te groot.”

Zelfs iets banaals als de bus nemen houdt een risico in. In dat opzicht zijn Grigor en Aman modelburgers: nooit zullen ze zwartrijden. “Als je gecontroleerd wordt en je kunt meteen je betalingsbewijs voorleggen, dan worden er geen vragen gesteld. Maar als je niet in orde bent, loop je een enorm risico. Zeker omdat er ook steeds vaker controles door de dienst Vreemdelingenzaken worden gedaan. Als je dan niet betaald hebt, hang je er zeker aan.”

Aman verdient voorlopig bij door computerproblemen op te lossen voor vrienden en kennissen. Op zaterdag geeft hij als vrijwilliger bijles aan kinderen die het thuis moeilijk hebben. In India wacht er niets op hem, maar ook in België is zijn toekomst onzeker. “Ik weet niet hoe het verder moet”, zegt hij met de glimlach. “Ik wil eerst mijn diploma halen. Misschien gaan er daarna nog deuren open.”