Getuige in Gaza: "Elk overgebleven huis, elke tent is opvangplaats voor verschillende families geworden"
Nu het Israëlische leger Rafah bestookt, trekken tienduizenden Palestijnse burgers weg uit de stad in het zuiden van de Gazastrook. Voor velen is het de derde of vierde keer dat ze moeten vluchten. "Overal staan tenten: langs de weg, op het strand, zelfs op begraafplaatsen", zegt Ghada Alhaddad van Oxfam.
De voorbije 48 uur hebben zo'n 50.000 mensen Rafah verlaten, zegt Scott Anderson van UNRWA, hulporganisatie voor Palestijnse vluchtelingen van de Verenigde Naties.
Het Israëlische leger plant een grondoffensief in Rafah en voert sinds maandag luchtaanvallen uit op de stad. De oostelijke stadsdelen kregen maandagmorgen het bevel om te evacueren.
Maar waar naartoe? "70 procent van de Gazanen is al van de ene plaats naar de andere gevlucht. Eerst vluchtten ze naar familieleden, naar scholen en ziekenhuizen", zegt Ghada Alhaddad, communicatieverantwoordelijke van Oxfam, in Gaza.
Zij getuigt tijdens een speciale persbriefing die verschillende hulporganisaties hebben georganiseerd om alarm te slaan over de dramatische situatie in Gaza.
Overal staan tenten: op het strand, op het trottoir, op binnenplaatsen en zelfs op begraafplaatsen
Ghada Alhaddad verblijft zelf in Deir al-Balah, meer centraal in de Gazastrook, waar veel mensen uit Rafah nu naar vertrekken. De weg tussen Rafah en Deir al-Balah is vol mensen en geïmproviseerde onderkomens.
"Er zijn nog amper schuilplaatsen te vinden", zegt Alhaddad. "Elk overgebleven huis is een opvanghuis voor vluchtelingen geworden. Elke tent is een opvangplek voor verschillende families geworden. In Al-Mawasi en Deir al-Balah staan overal tenten: op het strand, op het trottoir, op straat, op binnenplaatsen van scholen en ziekenhuizen en zelfs op begraafplaatsen."
Geen geld, geen tent, geen steun
Het Al-Mawasikamp aan de Middellandse Zee, een paar kilometer ten noorden van Rafah, is door het Israëlische leger genoemd als "humanitaire zone". Inwoners van de delen van Rafah die het bevel kregen te evacueren, werd gezegd daarheen te gaan.
Maar eigenlijk is de plek helemaal niet geschikt om vluchtelingen op te vangen, zegt Scott Anderson van UNRWA. "Het is eigenlijk een zandgebied. Er is geen rioleringsinfrastructuur, geen waterinfrastructuur, geen wegen die er naartoe leiden. Bovendien zijn er al 400.000 mensen heen gevlucht."
Wie vlucht naar Khan Younis, ook in het zuiden van de kuststrook, komt dan weer terecht in een gebied dat volledig verwoest is door de oorlog, zonder water of elektriciteit.
In Rafah verblijven bijna 1,5 miljoen Palestijnse burgers, van wie velen zijn gevlucht voor het geweld elders in de Gazastrook. Veel families moeten nu al voor de vierde keer vluchten. "Onze huis in Gaza-Stad werd verwoest. We zijn vertrokken naar Khan Younis, en toen dat bedreigd werd, naar Rafah", getuigt Suleiman Abu Kweik bij het persagentschap AP.
Een andere getuige, Abu Ahmed al-Najar verbleef net als tientallen andere families in een tentenkamp in een stadsdeel van Rafah dat het bevel kreeg te evacueren. "65 families of 400 mensen zijn nu dakloos. Mensen hebben geen geld, geen tent, en niemand die hen kan steunen."