Handel met Verenigd Koninkrijk weer op pre-Brexitniveau, maar administratieve rompslomp blijft pijnpunt
Zowel de in- als uitvoer naar het Verenigd Koninkrijk is weer op hetzelfde niveau als vóór de Brexit. Nochtans is de handel sindsdien een stuk gecompliceerder. Volgens Flanders Investment and Trade toont het aan dat Vlaamse bedrijven weerbaar en veerkrachtig zijn. Twee bedrijven getuigen.
Door de uitstap uit de Europese Unie 5 jaar geleden, stapten de Britten ook uit de interne markt. Grenscontroles en douaneformaliteiten werden daardoor opnieuw realiteit voor de Vlaamse bedrijven die zakendoen met het Verenigd Koninkrijk.
Tijdverlies
"Dat betekent in de eerste plaats tijdverlies", vertelt Caroline Van der Perre van recyclagebedrijf RAFF Plastics. Haar bedrijf recycleert gebruikt plastic tot een nieuwe grondstof, waarmee dan bijvoorbeeld emmers of tuinmeubels gemaakt kunnen worden.
RAFF plastics haalt in verschillende landen gebruikt plastic op, onder meer in het Verenigd Koninkrijk. De nieuwe grondstof wordt opnieuw naar daar geëxporteerd. Het Verenigd Koninkrijk is een groeiende markt voor het bedrijf, vooral omdat er nog veel afval geproduceerd wordt, en omdat België verder staat met recycleren. Sinds de Brexit is de samenwerking wel complexer geworden, zegt Van der Perre.
“Het invullen en laten checken van de documenten neemt extra tijd in beslag. Soms moeten onze vrachtwagens zelfs hier in het bedrijf wachten voor ze kunnen vertrekken omdat ze nog geen go kregen van de douane. Intussen nemen we wel het risico en laten we ze toch vertrekken, in de hoop dat de documenten in de loop van het transport in orde komen."
Onze vrachtwagens moeten soms wachten voor ze kunnen vertrekken omdat er nog geen go is van de douane
Van der Perre is niet alleen. Tijdverlies staat met stip op 1 als grootste frustratie in een steekproef van zelfstandigenorganisatie Unizo bij Vlaamse bedrijven die uitvoeren naar het Verenigd Koninkrijk. Ondernemersorganisatie Voka voegt daaraan toe dat dat tijdverlies de bedrijven ook geld kost.
Voor verse producten zoals planten, en binnenkort ook voeding, zijn er bovendien nog strengere controles dan voor bijvoorbeeld plastic. Daardoor kunnen de wachttijden voor die producten extra oplopen. Plantentransporten worden soms tot een dag opgehouden bij de Britse controleposten. Hans Maertens van Voka noemt het “bijwijlen een logistieke nachtmerrie”.
Danny Van Assche van Unizo vreest voor nog grotere problemen eens ook de voedingsbedrijven strenger gecontroleerd zullen worden: “Er is dringend nood aan een betere afstemming tussen de diensten, of we voorspellen chaos aan de grens, en dat zal gevolgen hebben voor de prijs en de bevoorrading”.
Onzekerheid
Wie dacht dat de Brexit geregeld en afgehandeld is, heeft het dus mis. De Europese Unie lanceerde de meeste importverplichtingen meteen, maar het Verenigd Koninkrijk bouwt die gestaag op. Ook de manier waarop de douaneformulieren ingevuld moeten worden, verandert soms. Ook die onzekerheid is in de steekproef van Unizo een veel genoemde bron van frustratie bij Vlaamse bedrijven.
De regels kunnen plots veranderen. Als je daardoor een fout maakt op het douaneformulier krijg je een boete
Ook Celine Matteeuws van transportbedrijf Matteeuws kan erover meespreken. “De codes op de douaneformulieren veranderen soms plots. Als je daar een fout tegen maakt, omdat je niet op de hoogte was, krijg je een boete. We doen ons best en leren nog constant dingen bij, maar we kunnen nu eenmaal niet alles weten.”
Vlaamse weerbaarheid
En toch, ondanks alle strubbelingen, blijft de Britse markt belangrijk voor de Vlaamse exportbedrijven. Volgens het Vlaams Agentschap Flanders Investment and Trade (FIT) zitten de in- en uitvoer intussen weer op hetzelfde niveau als voor de Brexit.
Het procentuele aandeel van de handelsstromen van en naar het Verenigd Koninkrijk tegenover andere markten is wel kleiner geworden. Het land staat nu op de 5e plaats in de ranglijst van exportmarkten. Voor de Brexit was dat nog de 4e.
Dat de handel op peil gebleven is, toont volgens Flanders Investment and Trade de weerbaarheid en veerkracht van de Vlaamse bedrijven. Daarnaast wijst het agentschap ook op de intensieve steunmaatregelen van de overheid: “De Brexit-subsidies, de Brexit-helpdesk en begeleidingscampagnes hebben de bedrijven door een moeilijke periode geholpen.”
We zijn een typisch Vlaamse kmo, we passen ons aan
De impact is volgens FIT het grootst in sectoren met een grotere administratieve last, zoals voeding, planten of bouw. Daarnaast lijkt er ook een verband met de grootte van de exporteurs. Voor kleine bedrijven weegt de toegenomen administratieve last niet altijd op tegen de eventuele voordelen”, stelt FIT.
Ook transportbedrijf Matteeuws en RAFF Plastics erkennen dat het een veeleisende periode is geweest, en dat er soms nog problemen opduiken. Maar Caroline Van der Perre van RAFF Plastics vat het treffend samen: “We zijn een typisch Vlaamse kmo, we passen ons aan. En uiteindelijk blijft de samenwerking met het Verenigd Koninkrijk nog altijd lonen.”