Direct naar artikelinhoud
Column

Ook de Belgische voetbaljournalisten moeten wennen aan de veranderde status van de Rode Duivels

Hans Vandeweghe.Beeld Bob Van Mol

Sportjournalist Hans Vandeweghe laat tijdens het WK elke dag zijn licht schijnen op het reilen en zeilen in Rusland. 

Ik zat hoog en droog in het Fisjt-stadion en heb de twee handen in elkaar geklapt bij het doelpunt van Dries Mertens. Eén keer, één klapje. Is dat een heel kort applaus? Ik durf er niet aan te denken. Het was ook gebeurd voor ik het besefte. Was dat omdat de trap zo verrassend mooi achter de doelman viel, waardoor de Belgen eindelijk op 1-0 kwamen en ik rustig kon beginnen tikken? Dat hoop je.

Journalisten horen geen fan te zijn, maar een beetje emotie tonen kan, daar troost je je dan mee. Dat doen Peter, Frank en Filip en alle anderen ook en zij hebben ook een perskaart. Bij doelpunt twee heb ik ja gezegd, iets luider dan normaal. Doelpunt drie was mooi, maar dan ben je al aan het tikken.

Twee scenario's

Voorafgaand aan het toernooi laat je de verschillende scenario's passeren. Twee staken erbovenuit. Het eerste is all the way gaan, tot en met de finale en als het even kan die winnen. Als Belg durf je daar niet aan te denken. Ik heb ooit voor een land gesupporterd dat tot drie keer toe in een WK-finale stond en drie keer heeft verloren. Dan weet je dat je best niet te veel hoopt. De tienerpijn van 1974 voel ik nog.

Het tweede scenario is journalistiek minstens even interessant en heeft het bijkomend voordeel dat je snel thuis bent. Als de Rode Duivels er in de eerste ronde uitgaan, kun je alle registers opentrekken, schuldigen zoeken, zwartepieten uitdelen. Lang is dat de eerste optie geweest voor Belgische volgers van hun nationale elf. Het zou toch niks worden, dat sfeertje.

Ik heb ooit voor een land gesupporterd dat drie keer in een WK-finale stond en drie keer heeft verloren. Dan weet je dat je best niet te veel hoopt

Het werd ook vaak niks. Ook het buitenland vond het niet meer dan normaal dat de Belgen, als ze zich al eens konden kwalificeren, er niet al te veel van terecht brachten. Oudere collega's mijmeren nog weleens over 1986 toen de Rode Duivels all the way gingen, maar de laatste wedstrijd om de derde en vierde plaats wel verloren. Dat moet vreselijk zijn, je laatste twee wedstrijden op een geslaagd WK verliezen. En daar als journalist over moeten schrijven, is nog erger. Laten we daar maar niet van uit gaan.

Er zijn er ook die verwijzen naar 1990, dat de Rode Duivels daar beter waren dan die van 1986, maar door onkans - de goal van Platt - werden genekt. En van 1994 blijft dan nog die overtreding van een Duitser op Josip Weber bij en de niet-gefloten penalty en van 2002 het afgekeurd doelpunt van Marc Wilmots tegen Brazilië. Het zijn strohalmen, die ook nog eens verbergen dat België een laf soort voetbal speelde, erg behoudend, weinig inspirerend, niks om wild van te worden. De buitenlandse volgers konden bij het zien van Belgium op de WK's en EK's een geeuw niet onderdrukken.

Ander team sinds 2014

Dat is veranderd in 2008. Toen in Peking heb ik maar één wedstrijd gezien, maar terug in het Poly Plaza Hotel spraken de Nederlandse collega's mij aan op de prestatie van Vincent Kompany en collega's.

Het WK 2010 werd nog gemist, Nederland speelde daar de finale. In 2012 op het EK was België er ook niet bij, maar vanaf 2014 zijn de Rode Duivels een team geworden dat internationaal veel respect afdwingt. Het verlies van Argentinië, dat later finalist zou worden en nipt zou verliezen van Duitsland, was niet nodig maar kon als leergeld worden bestempeld. Het leverde de Rode Duivels wel meteen de status op van schaduwfavoriet op het voorbije EK van 2016. Nederland, halvefinalist in Brazilië, ontbrak en de Nederlandse media stortten zich massaal op die mooie ploeg van ons.

Dankzij de Duivels ben ik een kenner

Alleen ging het fout op het EK en dat was dan scenario twee van hierboven: eruit gaan op een moment dat niemand het verwacht tegen een team waarvan je nooit mag verliezen. Wilmots werd met pek en veren verjaagd. We zijn - voortschrijdend inzicht, heet dat - te hard geweest.

Vervolgens kwam dan die kwalificatiecampagne waarin België samen met Duitsland de meeste indruk en de meeste goals maakte. Ik heb weinig ervaring met grote voetbaltoernooien, maar je voelt aan alles dat ook de Belgische voetbaljournalisten moeten wennen aan die veranderde status. Al voor het toernooi kregen wij allemaal mails en telefoons van buitenlandse media om onze mening te ventileren. Bij de minste kritische bemerking - ja maar onze verdediging met drie; en ja maar Kompany, blijft die wel fit; en kunnen Hazard en De Bruyne wel samenspelen - was de reactie er een van: zoeken jullie niet te veel spijkers op laag water?

Ik word zelf elke avond gebeld door de NOS, het radioprogramma Langs de Lijn voert mij op als de Belg bij de Belgen. Een paar avonden geleden blikten we vooruit naar Panama en zei ik dat er móést worden gewonnen. Nou, zei de collega aan de andere kant, reken je toch maar niet op voorhand rijk. Eergisterenavond vroeg hij mijn pronostiek: ik zei 3-0 en dan doen de Belgen de boeken toe. Straks bellen ze weer. Dankzij de Duivels ben ik een kenner.