Direct naar artikelinhoud
Turkije

Verenigde Naties: noodtoestand Turkije leidt tot grootschalige schending van mensenrechten

De Turkse president Erdogan.Beeld REUTERS

De Verenigde Naties hebben Turkije vandaag opgeroepen de noodtoestand op te heffen. Die heeft volgens de VN geleid tot grootschalige mensenrechtenschendingen tegen honderdduizenden mensen, aldus een rapport van het VN-agentschap voor de mensenrechten in Genève.

Onder de noodtoestand hebben de autoriteiten zich schuldig gemaakt aan marteling van gevangenen en andere vormen van onmenselijke behandeling, willekeurige arrestaties, massale ontslagen en inperking van de vrijheid van vergadering en de vrije meningsuiting. De rechtsstaat is afgekalfd, volgens het rapport.

"De aantallen zijn verbijsterend", zei Hoge Commissaris voor de mensenrechten Zeid Ra'ad al Hussein ter toelichting: 160.000 personen gearresteerd, 152.000 ambtenaren ontslagen, vaak op arbitraire gronden, ruim 1.700 onafhankelijke organisaties verboden, tientallen kranten gesloten, journalisten opgepakt. De noodtoestand wordt misbruikt om "elke vorm van kritiek op de regering te smoren".

Zeid Ra'ad al Hussein.Beeld EPA
'Sommige vrouwen werden aangehouden omdat hun mannen verdacht waren - sommigen werden gevangen gezet met hun kinderen, anderen werden gewelddadig van ze gescheiden'
Zeid Ra'ad al Hussein

Ra'ad al Hussein toonde zich vooral geschokt door de arrestatie van ongeveer honderd vrouwen die zwanger of net bevallen waren. "Zij werden aangehouden omdat hun mannen verdacht waren. Sommigen werden gevangen gezet met hun kinderen, anderen werden gewelddadig van ze gescheiden. Dat is buitensporig en uitermate wreed en kan niets van doen hebben met het land veiliger maken."

De Turkse regering heeft de conclusies van de VN fel van de hand gewezen. Volgens het ministerie van Buitenlandse Zaken is het rapport van het Hoge Commissariaat voor de Mensenrechten vooringenomen tegen Turkije en staat het vol "ongefundeerde beschuldigingen die perfect overeenkomen met de propaganda van terroristische organisaties".

Journalisten in gevangenis

Ook vanuit een andere hoek kreeg Turkije vandaag kritiek te verduren op de schendingen van mensenrechten onder de noodtoestand. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg veroordeelt de 'onwettige gevangenschap' van twee prominente journalisten die kort na de mislukte coup van juli 2016 werden gearresteerd.

Een van de twee journalisten, de 74-jarige Sahin Alpay, kwam zaterdag op vrije voeten op aanwijzen van het Hooggerechtshof. Dat besloot al in januari tot zijn vrijlating, maar lagere rechtbanken hielden de uitvoering van dat besluit steeds tegen. De journalist houdt wel huisarrest, hangende zijn rechtszaak.

Alpay werkte voor Zaman, een aan de organisatie van prediker Fethullah Gülen gelieerde krant. Zoals velen wordt hij beschuldigd van terroristische propaganda en van pogingen de staat omver te werpen.

Het Europees Hof voor de Mensenrechten sprak zich vandaag ook uit voor de vrijlating van de 65-jarige journalist Mehmet Altan. In februari werd hij veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf. Samen met zijn broer Ahmet, ook journalist, zou hij op de dag voor de staatsgreep in juli 2016 in een talkshow op televisie gecodeerde boodschappen hebben doorgegeven over de ophanden zijnde coup. Ook Ahmet Altan werd vorige maand veroordeeld tot levenslang.

Een journalist met het portret van de Turkse journalist Ahmet Altan in 2017.Beeld AFP

De broers zijn vooraanstaande kritische intellectuelen. Ahmet, oud-hoofdredacteur van de krant Taraf, werkt voor de nieuwssite T24. In 2008 werd hij vervolgd omdat hij het had opgenomen voor de slachtoffers van de Armeense genocide. Mehmet, die tevens hoogleraar economie is, noemt zich 'marxist-liberaal'.

Het is voor het eerst dat Turkse journalisten die bij het Europese Hof hebben geklaagd in het gelijk worden gesteld. Bij het hof kunnen individuen klachten indienen tegen elk van de 47 lidstaten van de Raad van Europa.