'Comedy casino' herleeft en schetst de staat van de comedy in Vlaanderen

Eén van de nieuwe namen in 'Comedy Casino', in de tweede aflevering, is Els Verhofstede. Eigenlijk nog maar enkele jaren actief in de comedy, deze copywriter in de reclamesector. Ze is 48 en dus een laatbloeier. Zoals bijna iedereen zocht ze haar weg via comedywedstrijden zoals Humo’s Comedy Cup en The Lunatic Comedy Award en via optredens in cafés en comedy clubs. Langzaamaan vond ze haar weg en kwamen er meer boekingen. En nu volgt haar televisiedebuut.

“Ik keek zoveel jaren geleden naar het programma, maar had nooit gedacht er zelf ook in te staan. Ik had die ambitie absoluut niet. Ik schreef vroeger grappige postjes op Facebook en vrienden zegden me dat ik daar iets moest mee doen. Zo is het verlopen. Ik heb een workshop gevolgd bij comedian Bas Birker én Nigel Williams heeft me in de arm genomen en me begeleid en gemotiveerd, hij is eigenlijk nog altijd mijn 'comedy-vader'.” 

Verhofstede timmert intussen voort aan de weg en probeert zoveel mogelijk te spelen. Comedy was lang een bijna pure mannenzaak. Daar is met onder meer Amelie Albrecht en Jade Mintjens wel verandering in gekomen, ook al omdat zij een platform kregen van 'De Ideale Wereld', waar sowieso al veel vrouwelijk komisch talent paradeert.

“Ik heb nooit last gehad van die zogezegde mannenwereld, ik ben dat professioneel ook al gewoon. Ik heb gewoon niet graag dat organisatoren me programmeren, omdat ik een vrouw ben en ze een vrouw op de affiche willen. Ik wil dat ik speelplekken krijg omdat ik grappig ben. Maar er is een wissel aan het gebeuren. Er komen meer en meer vrouwen aan de bak en diegenen die er al zijn, zijn goed en het zijn ook fijne collega’s”, duidt Verhofstede.

Van comedy haar beroep maken? “Ik had nooit die ambitie, maar zoals het nu een vaart neemt, denk ik er toch al eens over na. En gezien mijn leeftijd moet ik geen tien jaar meer wachten”, lacht Verhofstede.

Hallo Nigel Williams? Veteraan van de comedy in Vlaanderen, 70 is hij intussen al, en inderdaad, hij joeg Verhofstede op. “Ik heb dat vaak gedaan met jongere collega’s, je moet hen motiveren en op weg zetten en ik heb dat met Els ook gedaan”, zegt Williams. De Antwerpse Brit draait al zo goed als 30 jaar mee bij ons, zeg maar van in het begin dat er na Urbanus sprake was van comedy in Vlaanderen. Hij zag alles gebeuren, groeien, bloeien, ontwikkelen en veranderen. Williams stond al in de eerste reeks van 'Comedy casino', nu ook in de nieuwste.

“Dat is het goede aan deze reeks. Dat ze een overzicht biedt van wat comedy in Vlaanderen is. Bekende namen en 'youngsters' door elkaar en het toont echt aan dat comedy hier heel divers is. En dat was vroeger minder zo”, zegt Williams. “Ik ben al blij dat het niet weer dezelfde 6, 7 koppen zijn die in elke panelshow zitten op televisie. Neen, het zijn andere namen en dat is goed van de makers.”

Williams is met zijn staat van dienst ideaal geplaatst om “de staat van de comedy” in Vlaanderen te analyseren. Je kan er sowieso niet om heen, comedy is enorm gegroeid. Een peuter nog begin deze eeuw, maar nu is het een volgroeid genre dat heel veel tickets doet verkopen in culturele centra en schouwburgen. Bovendien is ook het aantal comedy clubs gestegen, daar waar er vroeger pakweg 2 of 3 waren in Vlaanderen.

“De comedy bij ons is echt goed. We gaan nooit het niveau van de Angelsaksische comedy halen, dat halen we nooit in, maar voor de rest zijn we hier vooruit geschoten. Het is diverser en er zijn ook duidelijk meer komieken die het willen proberen, zelfs ontzettend veel. Nu heb je een cultuur van open mic’s, waar de ene na de andere comedian het probeert. Ik zeg niet dat je er tegenwoordig de straat kunt plaveien met komieken, maar het scheelt toch niet veel", zegt Williams.

"Voor de jonge gasten die er nu mee beginnen, is het veel harder werken om opgemerkt te worden. Ze moeten echt uit hun pijp komen om er te geraken. Maar wie tegenwoordig doorbreekt, is beter van niveau dan wie 20 jaar geleden plots boven water kwam.”

“Ik hou niet van 'vroeger was alles beter'", zegt Williams. "Het is gewoon anders nu. Ik kende in mijn begintijd geen social media, nu moét je dat wel doen. En stijlen zijn veranderd. Dat is niet negatief natuurlijk.” En meer kleur op het podium, meer vrouwen? "Zeker, dat vind ik heel goed, het toont meer van wie in Vlaanderen rondloopt. En het moest anders en dat is gelukt. Het is wel jammer dat de culturele centra vaak zo weinig kleine zaaltjes hebben, het is zo belangrijk om mensen te laten proberen en oefenen."

Nigel Williams volgt het hele circuit nog zeer intens. Nieuwe namen die opvallen? Mohsin Abbas, Géry la Boule, het absurdisme van Charles Le Riche, Hans Cools, die al in grote zalen speelt en Els Verhofstede, ja. "Soms heb ik spijt dat ik niet meer jong ben om er zelf mee te beginnen." Oei, wenkt het pensioen? “Neen, ik doe het gewoon te graag. Ik treed nog veel op en doe dat graag, dus blijf ik voortdoen. En als ik sterf op het podium, dan zal er wel iemand zijn die het zal gefilmd hebben, zo is dat tegenwoordig.”