Direct naar artikelinhoud
Back in Belgium

O dierbaar België, doe eens wat aan je imago alsjeblieft

Annelies De Rouck herontdekt haar vaderland
Beeld Geert Joostens

Annelies De Rouck (37) woonde 15 jaar in Londen, Amsterdam en New York. Onlangs verhuisde ze terug naar Brussel.

Toen Elio di Rupo in 2011 premier werd na die beruchte, lange regeringsvorming, zag ik in de internationale pers berichten ­verschijnen over onze openlijk homoseksuele, strikjesdragende rags to riches-leider. Na anderhalf jaar van licht spottende bericht­geving over ‘het land zonder regering’ ging alweer een kleurrijk, ongewoon verhaal over ons land de internationale ether in.

Op zich positief nieuws natuurlijk. Het land heeft weer een bestuur en aan de top staat de eerste openlijk homoseksuele leider van Europa. Wat me eraan stoorde, was de focus op zijn strikje, seksuele geaardheid, excentrieke looks en ongewone levensverhaal. Waarom lijkt België zo vaak afgespiegeld te worden als that weird little country?

Dat surreële landje. Het lijkt wel alsof de internationale pers enkel naar België kijkt als er weer iets absurds of ongewoons is gebeurd. Pedofilie, de regeringscrisissen, het gekissebis tussen Vlamingen en Walen, Molenbeekse terroristen, de straatlampen die tot op de maan te zien zijn, en meer recent: de omstreden aanpak van transmigranten en de vluchtelingencrisis.

Dat is mijn België niet. Tenenkrommend vind ik de berichtgeving over ons land in Amerika. Het enige lovende nieuws dat ik op de New York Times-website kan vinden, zijn lifestyleartikels die gaan over ­chocolade, bier, mode en de opkomende kunstscene in Brussel. Op dat kunstnieuws na (leuk!) kon het niet clichématiger zijn.

Een rozenwater latte? Dat heb ik in Antwerpen ontdekt. Niet in Los Angeles of New York, nee, in Antwerpen

België brengt zoveel toptalent voort, heeft fantastisch onderwijs, gezondheidszorg en een sociaal stelsel om ú tegen te zeggen. Innovatieve start-ups halen geld op in Silicon Valley, de universiteiten doen baanbrekend onderzoek, maar in The New York Times lees je over onze energieverspillende straatverlichting.

Het toonaangevende blad Monocle maakt jaarlijks een rangschikking van de levenskwaliteit in 25 favoriete steden. Al elf jaar doen ze dat. Onze steden kwamen er nog nooit in voor, ook al zijn ze erg ­leefbaar, betaalbaar, fietsbaar, cool en hebben ze al die assets waar zo'n hip blad naar zoekt. Een rozenwater latte? Dat heb ik in Antwerpen ontdekt. Niet in Los Angeles of New York, nee, in Antwerpen.

O dierbaar België, doe eens wat aan je imago alsjeblieft. Bevriende landgenoten in New York en San Francisco worden er moe van om te moeten uitleggen dat België géén apenland is. Dat we gewoon niet zo goed zijn in onszelf promoten, dat dat hoort bij de bescheiden aard.

Nu ik hier weer woon en mijn land liefdevol herontdek, zie ik pas hoe eenzijdig het beeld van België in de wereld is. Absurde kantjes zijn er à volonté, maar er zijn ook massa’s onvertelde succesverhalen en prachtige plekken om te ontdekken. Volgende maand krijg ik ­vriendinnen uit Amerika op bezoek en ik kan niet wachten om hen mijn België te laten zien. Rozenwater latte éérst.