© Jan Van der Perre

Hoe de Vlaamse industriereus Fernand Huts in het Britse Kent verzeilde

Wat bezielt de voorzitter-CEO van Katoen Natie, goed voor ruim 16.000 werknemers en een van de belangrijkste werkgevers en investeerders in Vlaanderen, Europa en de VS, om een nieuwe thuis te zoeken in Bettes­hanger, een onooglijk gehucht ten zuiden van Canterbury in het lieflijke graafschap Kent. We gingen het Fernand Huts ter plekke vragen. “Alles draait hier om the art of living!”

Geert D’Hulster

ZOMERREEKS. Welke Brexit er ook komt, hard of zacht, de banden tussen het Verenigd Koninkrijk en de stad Antwerpen zullen altijd blijven bestaan. In deze reeks nemen we u mee op een tocht door acht eeuwen van intense uitwisseling en samenwerking.

“Proficiat, jullie zijn zowat de eersten die het van de eerste keer hebben gevonden. De meeste mensen rijden hier compleet verloren”, verwelkomt Fernand Huts ons in Updown House, zijn landhuis in Kent, sinds 2014 ook zijn officiële thuisadres. “Goed dat jullie wat vroeger zijn, dan kunnen we samen inkopen gaan doen in mijn favoriete plattelandswinkel. Stap maar in.” Geen poespas, geen lange uitweidingen, gewoon de beuk erin.

Zelf inkopen doen

“Ik doe zelf graag mijn shopping. Wat meteen bewijst dat ik hier niet tot het upper establishment behoor. De upstairs, zoals ze hier worden genoemd, vallen nog liever dood dan dat ze hier met een boodschappenkarretje worden gezien. Je zal ze ook nooit in de pub tegenkomen. Ook niet op zondag als er van die lekkere sunday roast wordt geserveerd. Zij kennen heel goed hun plaats: helemaal bovenaan de ladder.”

Op de rit naar Gibsons Farm Shop etaleert Huts zijn gedegen kennis van de lokale geschiedenis. Zowat iedereen passeert de revue. Julius Caesar, keizer Claudius, de Saksen, de Angelen, de Juten, de Normandiërs en alles wat daar nog achter komt. Een klaterende waterval aan historische weetjes, alleen onderbroken door zuchten van bewondering voor het mooie landschap. We stoppen geregeld bij een kerkje, een bloemrijke haag of weidse tarwevelden, niet altijd rekening houdend met het verkeer uit de andere richting. “Soms vergeet ik nog wel eens dat ik links moet rijden, maar dat komt wel goed.”

© Jan Van der Perre

“Er is geen land zo mooi als Engeland. Elk seizoen heeft zijn eigen aantrekkingskracht. Al moet ik bij de winter toch wel enkele kanttekeningen maken. Het is hier dan overal pikkedonker, want straatverlichting kennen ze niet. Een ander mankement zijn de zeldzame fietspaden. Beter gezegd, de niet bestaande fietspaden. Ik heb tegen mijn vrienden al meermaals gezegd: ‘Als ge van uw vrouw/man vanaf wilt, geef haar/hem dan een fiets en laat haar/hem hier wat rondrijden. Gegarandeerd prijs! Is het jullie trouwens al opgevallen hoe groot de akkerpercelen hier zijn? Dat komt door een al eeuwen geldende wet die zegt dat de oudste alles erft. Een wet die ik, als oudste kind, niet geheel ongenegen ben (lacht). Zij pakken die grote velden en weilanden heel georganiseerd aan, net zoals de heggen en struiken waarmee ze zijn afgezoomd. Elke eigenaar neemt zijn verantwoordelijkheid voor de country side. Dat zie ik bij ons in Vlaanderen nog niet snel gebeuren.”

“Ik ben een grote fan van dit soort van bezorgdheid. Je kan hier dagen rondwandelen over ontelbare wandelpaden die vaak over privégronden lopen. De eigenaars staan dat probleemloos toe. Zolang je de geijkte paden maar niet verlaat. Ik ben met mijn 4x4 eens wat dieper een open veld ingereden omdat ik wat gewassen van dichterbij wilde bekijken. Dat had ik niet mogen doen. De eigenaar liet me dat onverbloemd weten, in heel duidelijke bewoordingen. Het platteland en alles wat er komt bij kijken, is hier heilig. Er worden in bepaalde gebieden gewoon geen nieuwe bouwvergunningen meer afgeleverd. En verbouwen kan alleen onder de meest strikte voorwaarden.”

© Jan Van der Perre

Verrassend aangenaam klimaat

“Ik heb al heel dikwijls de vraag gekregen waarom ik in Groot-Brittannië ben komen wonen. Italië, Spanje, Portugal of de Franse Azurenkust liggen toch veel beter in de markt? Niet voor mij dus, geef mij maar Engeland. Weg van de verkeersdrukte, het fijnstof, de bevolkingsdichtheid, de verstedelijking en de bureaucratie waar we in Vlaanderen meer en meer mee worden geconfronteerd. Dat hier niet meer Belgen komen wonen, of toch minstens op vakantie komen, dat kan er bij mij niet in. Want dit stukje Kent heeft echt alles.”

“Om te beginnen een verrassend aangenaam klimaat”, zegt Huts. “Dat komt door de Golfstroom die hier door het Kanaal passeert. De wolken worden hier veel sneller uiteengedreven, wat voor meer zon zorgt. Weet je dat ze hier, amper vijf kilometer verderop, uitstekende wijnen en zelfs schuimwijn verbouwen? Een lokaal product, dat ik met plezier ondersteun. Het is hier ook zalig rustig, niemand lijkt hier een drukke agenda te hebben. Als echte anglofielen zijn mijn echtgenote (Karine Van den heuvel, red.) en ik helemaal weg van de vanzelfsprekende manier waarop ze hier met hun erfgoed omgaan. Ook de sociale cohesie bevalt ons ten zeerste. Ik ben intussen lid van diverse verenigingen en organisaties: The Heritage Trust, The National Trust, The Woodland Trust, de dierenbescherming, de jagersvereniging, het bestuur van de cricketclub, de parochie. Niet dat ik hier elke week naar de mis ga, maar dankzij hun nieuwsbrieven weet ik perfect wat er zich zoal op sociaal vlak afspeelt.”

“Wat ik wel graag doe, is Canterbury Cathedral bezoeken. En dan vooral wanneer het eigen koor er zingt. Die mystieke sfeer geeft me telkens weer het gevoel dat ik naar de renaissancetijd word terug gekatapulteerd. Die combinatie van schoonheid, geschiedenis en religiositeit: gewoon perfect!”

© Jan Van der Perre

Te voet jagen op patrijs en fazant

Of Huts bij de jacht in zo’n rood blazertje te paard rijdt en af en toe op een toetertje blaast? “Neen hoor, dat is alleen voor de absolute bovenlaag weggelegd. Ik jaag te voet, op patrijs en fazant. Ik leid nog altijd een Vlaamse multinational, hé. Ik kan het me niet veroorloven om veel te jagen, alsof het mijn enige bezigheid is. Je leert op de jacht veel mensen kennen. Zo werkt het hier. Je wordt lid van een communauteit en via de mensen binnen die kring leer je weer andere mensen kennen. Als uitdijende rimpels in een vijver. Voor je het weet, zit je in hartje Londen. Maar ook als je nergens wil bijhoren, even goede vrienden hoor. Je mag je hier, binnen de grenzen van je privacy, zo excentriek en eigenzinnig als je wil gedragen. Live and let live, weet je wel.”

“Engeland is au fond heel tolerant, heel democratisch. In tegenstelling tot België, waar we nog altijd onder de Code Napoléon leven, die op zijn beurt is afgeleid van het Romeinse recht, kennen ze hier de common law. Zo had ik een dispuut met mijn gebuur over de esthetiek van het landschap. Dat wordt hier niet opgelost met het volgen van regeltjes. Daar wordt hier ten gronde over gediscussieerd. En iedereen uit de buurt mag er zijn zeg over komen doen. Als er geen akkoord van komt, gaat dat naar een hoger niveau, voorgezeten door een ambtenaar van de regering. Daar heb ik wel een knap staaltje van Britishness meegemaakt. Ik had in de gang een koffiemachine zien staan en wilde me nog snel een kopje gaan halen, maar dat viel absoluut niet in goede aarde. Ik kreeg daar serieus naar mijn voeten. Je moet braaf blijven zitten tot de voorzitter zegt dat het pauze is.”

“Ook op die vergadering kwamen we er niet uit, waarop de vrouwelijke ambtenaar besloot om diezelfde namiddag nog een plaatsbezoek te organiseren. Heel die commissie is dan naar hier gekomen, waarna mijn argumenten alsnog werden gehonoreerd. Ik kreeg dus gelijk en de finale beslissing van de commissie werd door iedereen zonder morren aanvaard. Bij ons ligt zoiets doorgaans in de handen van de administratie, die de bestaande regeltjes inter­preteert en daar moet je het mee doen.”

© Jan Van der Perre

Kosmopolitische wereldstad

Of Huts veel naar Londen trekt? “Toch wel, ik heb van hieruit een uitstekende treinverbinding. Ik krijg zelfs afslag als gepensioneerde. Tenminste als ik tijdens de daluren rijd. Of ik dat echt meen? Dan ken je mijn Haspengouwse moeder niet, die heeft dat er bij mij wel degelijk ingepompt. Dat je altijd en overal op de kleintjes moet letten. Londen, als kosmopolitische wereldstad, is en zal voor mij altijd belangrijk blijven. Niet alleen vanwege de beurs, de trading en de internationale contacten, maar zeker ook voor de kunstwereld en de wereldberoemde veilinghuizen. In en rond Londen zijn er ook zes vliegvelden, met directe vluchten naar zowat elke denkbare bestemming ter wereld. Daar maak ik ook dankbaar gebruik van.”

Na het referendum over de Brexit doken er overal doemscenario’s op. “Maar er is hier zo goed als niets veranderd. Het was en is business as usual. Ik vind dat Europa het allemaal veel te rationeel heeft aangepakt. Iedereen is momenteel kwaad op de Britten, maar we zouden beter eens analyseren waarin ze mogelijk gelijk hebben. Wie trekt er in Europa nu eigenlijk de krijtlijnen? Wie heeft er écht de teugels in handen? Waarom worden hen bepaalde wetten en systemen opgelegd, terwijl ze al eeuwen met hun common law werken en daar heel tevreden over zijn?”

“Dan is er nog het financiële aspect. De Britten zijn altijd bij de betalers geweest als het op Europa aankomt. Zij vragen zich niet geheel onterecht af of er van dat geld voldoende in hun richting komt. Vergeet ook niet dat de Britten nog altijd het beste leger in Europa hebben. Ik zou ze dus niet zomaar overboord gooien. Er moet toch een goed compromis kunnen afgesloten worden? Want voor we het weten, komt die hele Brexit als een boemerang in het gezicht van Europa teruggevlogen.”

Of de Brexit een grote invloed op de Antwerpse haven gaat hebben? “Nul, zero! De enige haven die er last van zal hebben, is Zeebrugge. Antwerpen is Antwerpen, daar maak ik me geen zorgen over. De winkel van de Sinjoren zal altijd blijven draaien.”

Zijn Britten goede zakenpartners? “Het zijn geweldige pragmatisten, die aan de internationale ontwikkelingen altijd graag hun eigen interpretatie geven. Dat was al ten tijde van Elisabeth I en dat is altijd zo gebleven. Ze hebben altijd hun zakelijke belangen gecombineerd met hun politieke en militaire belangen en daar steeds weer een te duchten geheel van gemaakt. Het zijn formidabele plantrekkers; maar ze blijven wat te lang steken in het Empire-concept.

© Jan Van der Perre

Updown House

Voor de lunch is er nog even de tijd voor een rondleiding in het landgoed en de tuinen. Er is ook een grasveld om de heli te laten landen, waarmee Huts in 45 minuten in Antwerpen staat. “Die plas water, dat is een puur psychologische grens. We zijn eigenlijk dichte buren.”

De geschiedenis van het beschermde Updown House gaat terug naar de 16de eeuw. In 1557 wordt het huis door James Denn per testament aan een van zijn kinderen overgedragen. Daarna krijgt het diverse aanbouwen, van de 17de eeuw tot de Victoriaanse periode. De laatste vergroting dateert uit 1880. Het kraakwitte landhuis mag zich beroemen op een reeks illustere bewoners en bezoekers. De adellijke familie Northbourne, nog altijd een grote naam in dit stukje Engeland, woonde er. Net zoals baronet George Oxenden, een vertrouweling en intimus van koning George II, die in opspraak kwam toen hij een kind maakte bij de schoondochter van Lord Walpole, de toenmalige Britse premier. Maar ook Thomas Noel Harris, een held van de slag bij Waterloo. De roemruchte admiraal Horatio Nelson woonde niet in Updown House, maar kwam er met zijn maîtresse, Lady Hamilton, wel de nacht doorbrengen. Voor de rest nog wat bankiers, kooplieden, rechters en diverse edellieden.

Toen Fernand en Karine erin trokken, vulden ze het van boven tot onder met meubilair en kunstwerken. Er hangen tientallen schilderijen, van Vlaamse, Britse en Zuid-Amerikaanse meesters. Werken waarvoor topmusea uit heel de wereld ongetwijfeld een arm en een been zouden geven. Maar ook andere kunstwerken en curiosa vonden hier een plaatsje. Zo staat er in Huts’ werkkamer een zeer vreemde stoel, die bij nadere inspectie het oudste fitnesstoestel ter wereld blijkt te zijn, nog afkomstig uit het huishouden van Queen Victoria. Terwijl Huts even een demonstratie geeft, licht hij zijn nieuwste aanwinst toe. “Ik heb de draagbare drankenbar die admiraal Nelson op zijn schip The Victory meenam op de kop kunnen tikken. Dat is nu het soort van historische hebbedingetjes dat altijd weer mijn aandacht weet te trekken.”

“De echte luxe van dit huis zit hem in de ruimte, de historiek, het hoge erfgoedgehalte en de rust die de omgeving uitstraalt. Ik heb een dergelijke combinatie nog nergens in België gevonden. ’s Morgens word ik wakker in de schoonste slaapkamer van de wereld. Die zon, die bomen, de vogels; je wordt er gelijk goedgezind van. Hier maak ik me meer en meer the art of living eigen. Maar kom, nu gaan we eten. Als je nog meer over het huis wil weten, zal je het boek moeten lezen dat ik erover ga uitgeven. De drukproeven liggen al klaar.”

Aan tafel worden we verwelkomd door de vrouw des huizes en Huts’ nog bijzonder kranige 93-jarige moeder. Die van de wijze levenslessen. De andere gasten zijn vrienden: de directie van de haven van Duinkerken, de directeur van Indaver en Huts’ rechterarm in Katoen Natie. “Ik ga straks met die mannen nog een toerke maken en wat pinten pakken in de pub. Want zo gaat dat hier: altijd het nuttige – de dorstigen laven – aan het aangename koppelen.”

Business as usual, denken wij dan ...

© Jan Van der Perre

© Jan Van der Perre

© Jan Van der Perre

© Jan Van der Perre

© Jan Van der Perre

© Jan Van der Perre

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Keuze van de Redactie

MEER OVER