© koen fasseur

Vroege zomer in Antwerpen: “Ga niet naar de Kalmthoutse Heide!”

Dit paasweekend geldt brandfase rood in de provincie Antwerpen. Het agentschap Natuur en Bos vraagt zelfs om weg te blijven uit vijf natuurgebieden, waaronder de Kalmthoutse Heide. “Hoe verleidelijk het ook is met dit weer, kom alstublieft niet naar hier”, vraagt boswachter Jef De Winter.

Vroeger runde Jos Lenders een DAF-garage in Wijnegem. Vandaag staat hij 25 meter hoog op de top van de brandtoren op de Kalmthoutse Heide de horizon af te turen, speurend naar een eventuele rookpluim. Jos is een van de vrijwilligers die tijdens brandgevaarlijke periodes de toren bemannen.

“Een paar jaar geleden werden er serieuze besparingen doorgevoerd”, vertelt Jef De Winter, de boswachter van de Kalmthoutse Heide. “Toen hadden we niet meer genoeg personeel voor de toren. Sindsdien werken we met vrijwilligers.”

Jos vindt het een eer om dit vrijwilligerswerk te mógen doen. Omwille van de veiligheid mogen we niet tot bij hem op het uitkijkplatform klimmen. Eerst proberen we onze vragen naar boven te roepen. Dat lukt maar half, dus bellen we met de telefoon van Jef. “Ik houd van de natuur, de heide en de rust”, zegt Jos. “En als ik door dit werk een steentje kan bijdragen om drama’s voor die natuur te vermijden, voel ik me gelukkig.”

Eenzaam voelt hij zich nooit, daarboven. “Nee, het is hier heel vredevol en rustig”, meldt de gepensioneerde garagist uit Kalmthout vanop zijn plekje, 25 meter dichter bij de brandende zon. “Ik luister wat naar Radio 1. En ik zie alles. Gelukkig heb ik in de voorbije vier jaar op mijn shift nog nooit een brand gezien.”

Loos alarm

Vroeger heeft boswachter Jef De Winter (38) zelf ook vele uren op de brandtoren geklopt. “Je kunt tot 15 à 20 kilometer ver kijken”, zegt hij. “Tot diep in de Antwerpse haven, tot in Roosendaal. Een keer in de week zagen we een rookpluim. Dan moet de torenwachter met een windroos de plaats bepalen en die onmiddellijk briefen aan de brandweer van Wuustwezel. Die doen dan ook een peiling vanop hun ladderwagen en door die kruispeiling kunnen we de exacte plaats van de brandhaard bepalen.”

Meestal is het loos alarm. “Het is daarboven niet altijd duidelijk waar de heide stopt en privéterrein begint. Het kan ook de rookpluim zijn van een barbecue of van mensen die afval verbranden in hun tuin. Of zelfs een stofwolk veroorzaakt door een boer die zijn land bewerkt. Maar we melden het altijd. Liever tien valse meldingen, dan een die niet wordt doorgegeven en uitgroeit tot een ramp.”

“Dood doet leven”

De laatste desastreuze brand op de Kalmthoutse Heide woedde in mei 2011. De getroffen bomen liggen nog altijd geblakerd in het landschap. “We laten ze liggen”, zegt Jef, die ons in zijn Toyota Landcruiser langzaam door het domein rijdt. “Dood doet leven.”

Een of twee keer per jaar voeren ze hier brandfase rood in. De laatste keer was dat vorige zomer. “Maar het gebeurt vaker in dit deel van het jaar”, zegt Jef. Dat heeft te maken met het pijpenstrootje. Die grassoort komt pas volgende maand opnieuw uit, maar ondertussen ligt het gras van vorig jaar er nog massaal en volledig verdord bij. Jef plukt een bosje. Kurkdroog, het knispert in zijn handen. “Er zit niet genoeg water in de grond door de droge, warme zomer van vorig jaar. Het heeft ondertussen al een tijd niet meer geregend én de wind komt uit het oosten. Dan moeten we uitkijken.”

Kinderwagens

Die wind mag verfrissend zijn in dit warme weer, hij komt van over het land en brengt niks van vochtigheid mee. “’s Morgens hebben we zelfs amper dauw”, zegt de boswachter. “Vandaar deze uitzonderlijke brandfase rood.”

De overheid kan niet verbieden dat mensen dit weekend naar de Kalmthoutse Heide (en de andere brandgevaarlijke gebieden Eksterheide, de Merode, Most-Keiheuvel en Tielenheide) komen. “Maar we raden het af”, zegt Jef. “En dat helpt. Op donderdag was het hier nog een overrompeling. Maar vandaag is er al veel minder volk.”

We zien een paar joggers, gezinnen met kinderwagens, een meisje dat poseert voor communiefoto’s en groepjes picknickende vriendinnen, die laatsten in de buurt van de Putse Moeren waar het helblauwe water schittert in de zon.

Verboden te roken

Jef zal het hele paasweekend gespecialiseerde websites raadplegen. Hij staat in contact met zijn Nederlandse collega’s en de brandweer en zal continu patrouilleren op de Heide, net als de brandweer zelf. “Als er een brandmelding is bij fase rood, komen meteen vier of vijf brandweerkorpsen naar hier. De wind kan het vuur heel snel verspreiden. Als je het dit weekend toch niet kunt laten om te komen, rook dan niet en maak zeker geen vuurtjes. De natuur dankt u.”