CHECK – Ja, ongeveer een derde van de EU-uitgaven gaat naar landbouw 

Na de vele boerenprotesten van de afgelopen maanden kwam er veel kritiek omdat volgens sommigen de landbouwsector al veel subsidies krijgt. Er wordt zelfs beweerd dat de landbouwers maar liefst een derde van alle Europese subsidies krijgen. Klopt dat wel? En hoe is dat historisch geëvolueerd? 

In het kort  

Wat? Op sociale media komen regelmatig beweringen voorbij over het landbouwbudget van de EU. Dat zou goed zijn voor een derde van alle EU-uitgaven.  

Maar? Dat cijfer klopt in grote lijnen, maar er vallen wel wat kanttekeningen bij te maken. Zo was het landbouwaandeel in de EU-uitgaven vroeger nog vele malen groter. Landbouw is ook bijna exclusief een Europese bevoegdheid, waardoor lidstaten in hun nationale begrotingen hier niet veel geld aan moeten besteden. 

Eind februari trokken boze landbouwers naar de Europese Wijk in Brussel om hun ongenoegen te uiten over onder andere strenge milieuregels en dalende inkomsten. Op sociale media wordt er echter op gewezen dat diezelfde protesterende boeren al een bijzonder groot aandeel van het EU-budget zouden krijgen.

Een post die het heeft over 33 procent werd al bijna 900.000 keer bekeken, maar ook in tientallen minder gedeelde berichten komt naar voren dat landbouwers ongeveer een derde van het EU-budget zouden krijgen. 

Gemeenschappelijk landbouwbeleid

Het landbouwbeleid wordt niet echt op nationaal niveau gefinancierd. Dit gebeurt bijna uitsluitend op Europees niveau, via het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB). Met verschillende programma’s ondersteunt de EU via het GLB Europese landbouwers op directe en indirecte wijze.

De EU legt haar budget vast in meerjarenbegrotingen. Voor de periode 2021-2027 kan de EU 1,211 biljoen euro uitgeven. Het GLB krijgt hiervan 378,5 miljard euro. Dat is zo’n 31 procent, net iets minder dan een derde. 

De huidige meerjarenbegroting is wel uitzonderlijk omdat die ook nog wordt aangevuld met 806,9 miljard euro van NextGenerationEU, een economisch herstelplan na de coronacrisis. Hiervan gaat ‘slechts’ 8,1 miljard euro rechtstreeks naar landbouw. Als dit wordt meegerekend, daalt het aandeel van het GLB in het budget naar 23,5 procent. Dit is wel een uitzondering, en het merendeel van het herstelplan werd uitbetaald van 2021 tot 2023. 

Als we specifiek kijken naar de plannen voor 2024, zien we dat landbouw zo’n 53,7 miljard euro krijgt op 189,3 miljard euro uitgaven. Dat is 28,3 procent. In 2019, voor de coronacrisis, kon het GLB op 34,9 procent van de uitgaven rekenen. 

Dalende lijn

Het lijkt dus wel te kloppen dat het landbouwbudget van de EU rond een derde van de totale uitgaven is. Het aandeel is zelfs al jaren aan het dalen en was vroeger nog groter. In 1980 was dat bijvoorbeeld 73,2 procent.

Landbouw is als eerste beleidsdomein in 1962 volledig naar Europa gegaan. “’Nooit meer honger’, was het idee”, aldus Steven Van Passel, hoogleraar milieueconomie aan de Universiteit Antwerpen. “Lidstaten besloten hun bevoegdheden af te geven en elkaar niet te beconcurreren.” 

“Decennialang was het aandeel van landbouwbeleid boven de helft van het EU-budget. In de tussentijd is het aantal Europese bevoegdheden gegroeid, waardoor dat landbouwaandeel daalde naar ongeveer een derde. Het landbouwbudget zelf is wel grotendeels behouden gebleven.” 

Enkel naar het landbouwaandeel bij de EU-uitgaven kijken, geeft volgens Van Passel wel een vertekend beeld. Doordat landbouw een Europese bevoegdheid is, geven nationale overheden amper geld uit aan landbouw. “Lidstaten geven miljarden uit aan onderwijs, omdat die bevoegdheid nationaal is. Landbouw zit bij de EU, maar het EU-geld komt natuurlijk wel van die nationale budgetten. Als je dus alle nationale budgetten van EU-landen zou optellen, komt het landbouwbudget maar op een paar procenten.” 

Verdeling van het budget

Hoe wordt dat geld nu verdeeld onder de Europese landbouwers? Het GLB werkt met twee belangrijke pijlers: het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF), of inkomenssteun en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO). Verreweg het grootste deel van het GLB gaat naar inkomenssteun via het ELGF. 

Hoeveel inkomenssteun een landbouwer via het ELGF krijgt, hangt af van de hoeveelheid hectare grond die de landbouwer gebruikt. Dat systeem was vroeger anders, zegt Erik Mathijs, hoogleraar landbouweconomie aan de KU Leuven. 

“Voor 1992 kregen boeren voor hun producten een minimumprijs. Dat leidde bij bepaalde producten als boter, wijn en olijfolie tot overschotten. Die werden dan via exportsubsidies aangeboden op de wereldmarkt. Vanaf 1992 werd dit vervangen door directe betalingen gekoppeld aan de productie.”

Sinds 2007 is de betaling niet meer gekoppeld is aan de productie. “In de plaats komt een bedrag per hectare, zo’n 300 euro gemiddeld. Om die subsidie te krijgen moet je natuurlijk wel aan een aantal voorwaarden voldoen.” 

Door de betaling per hectare zijn voornamelijk landbouwers die veel grond nodig hebben afhankelijk van de subsidies, zoals vee- en akkerlandbouwers en komt het meeste geld bij boeren met het meeste land terecht. Er zijn wel een aantal maatregelen om dit te compenseren. Zo gaat van het huidige budget minstens 10 procent naar kleine en middelgrote landbouwbedrijven en is 3 procent voorbehouden voor jonge landbouwers.  

Het ELFPO tot slot geeft subsidies voor plattelandsontwikkeling. Dit geld wordt niet per hectare verdeeld, maar geeft steun aan verschillende projecten. In tegenstelling tot het ELGF dat volledig door de EU betaald wordt, dragen de lidstaten ook bij aan plattelandsontwikkeling. Over de periode 2021-2027 geeft Vlaanderen bijvoorbeeld 382 miljoen euro uit aan projecten rond plattelandsontwikkeling. 

Conclusie

  • Op sociale media wordt beweerd dat een derde van alle EU-uitgaven naar landbouw gaat. Hoewel het evolueert en ook het economisch herstelplan na de coronacrisis invloed heeft, schommelt het landbouwaandeel de laatste jaren rond de 30 procent. We beoordelen deze bewering dan ook als waar.
  • Dit aandeel was in vorige decennia nog veel groter, omdat landbouw een van de eerste Europese bevoegdheden was. Toen meer bevoegdheden Europees werden, daalde het aandeel van landbouw in het budget ook.
  • Kanttekening bij deze conclusie is dat landbouwbeleid bijna exclusief bij Europa ligt, in tegenstelling tot andere domeinen, waar de lidstaten meer van hun budget aan besteden. Enkel naar de EU-uitgaven kijken, geeft dus een vertekend beeld van hoeveel geld naar landbouw gaat. 

Meer informatie over de factchecks van VRT NWS? 

Zoek je meer verhalen van VRT NWS CHECK over factchecking, desinformatie of online bedrog? Die vind je hier

Wil je weten hoe we te werk gaan bij het factchecken? Dat lees je in dit artikel

Heb je vragen of opmerkingen of wil je weten wie er in ons team zit? Dat lees je in dit artikel.  

Je vindt onze factchecks ook terug bij deCheckers, samen met betrouwbare factchecks van enkele andere Vlaamse en Nederlandse redacties. 

Wil je iets laten checken? Stuur ons dan een mail via check@vrtnws.be.  

VRT NWS is erkend lid van het International Fact-Checking Network

Meest gelezen