Direct naar artikelinhoud
Voor u uitgelegdOgen

‘Er is echt een epidemie van bijziendheid’: oogarts Liselotte Aerts geeft tips om onze ogen gezond te houden

‘Er is echt een epidemie van bijziendheid’: oogarts Liselotte Aerts geeft tips om onze ogen gezond te houden
Beeld Timon Vader

In gezondheidsboeken krijgen ogen als kleine organen misschien weinig aandacht, maar ze vertellen zowat alles over iemands gezondheidstoestand. In haar nieuwe boek richt oogarts en chirurg Liselotte Aerts haar blik daarom op de Mooie kijkers. ‘Vrouwen hebben tot drie keer zo vaak droge ogen.’

Wie een hele dag kan doorkomen zonder een bril of lenzen te dragen, mag zich over enkele decennia tot een minderheidsgroep rekenen. Onderzoek toont aan dat in 2050 ongeveer de helft van de wereldbevolking een hulpmiddel nodig zal hebben om te zien, terwijl het in 2000 nog om 23 procent van de mensen ging. Zeker de laatste jaren gaat het bijzonder snel. “Tijdens de coronaperiode is de bijziendheid bij kinderen in Europa gestegen van 30 naar 40 procent. Er is dus echt een bijziendheidsepidemie aan de gang”, zegt Liselotte Aerts. Ze koos ooit voor oogheelkunde omdat het ‘de meest positieve discipline van de geneeskunde’ is: artsen kunnen vandaag meer dan 90 procent van hun patiënten helpen. Toch baart de gestage uitbreiding van haar potentiële klantenbestand haar zorgen.

Waarom hebben steeds meer mensen moeite om ver te zien?

“Zolang ogen in de groei zijn, wat ongeveer 21 jaar duurt, passen ze zich aan aan levensomstandigheden. Als je in deze periode veel dichtbij kijkt, worden je ogen langer. Op die manier komen de dingen die dichtbij je liggen makkelijker op het netvlies, maar het wordt helaas ook moeilijker om ver te zien. Computerschermen, smartphones en tablets zorgen ervoor dat we veel vaker dichtbij kijken. Net daarom vragen we om bij kinderen die in de groei zijn toch enkele voorzorgsmaatregelen in acht te nemen.”

Ligt de verantwoordelijkheid dan enkel bij schermen?

“Nee, in China is die stijging van het aantal bijzienden er bijvoorbeeld al meer dan twintig jaar. De schooldagen zijn er veel langer, kinderen spenderen er meer tijd binnen en kijken daardoor vaker dichtbij. Hier is de grote stijging er in de coronaperiode gekomen. Door de schoolsluitingen werden kinderen gedwongen om thuis lessen te volgen en ging hun schermtijd ook de hoogte in. Speeltuinen werden gesloten en kinderen moesten zich bezighouden terwijl hun ouders in hetzelfde huis werkten. Het is logisch dat iedereen in die context dichtbij keek. Ik hoop dat die trend zich niet meer zo sterk verderzet nu de scholen weer open zijn en alles weer normaal verloopt, al weten we wel dat kinderen nog steeds meer schermen gebruiken dan voor de pandemie.”

Wat kunnen ouders doen om de oogontwikkeling van hun kinderen te beschermen?

“Het is een genuanceerd verhaal omdat genetische voorbeschiktheid ook een rol speelt. Er zijn nu al zo’n 40 verschillende genen voor bijziendheid ontdekt, dragers daarvan hebben tien keer meer kans om een bril nodig te hebben dan mensen die de genen niet meekregen. Studies tonen aan dat deze genetische voorbeschiktheid 80 procent van de oorzakelijke factoren omvat. Wie de genen draagt, heeft dus maar voor 20 procent invloed op het mogelijke ontstaan van bijziendheid.

“Met dit in het achterhoofd, raad ik wel altijd de 20-20-20-regel aan. Als je 20 minuten naar iets dichtbij gekeken hebt, kijk je best 20 seconden lang naar iets dat 20 feet van je afligt, of het equivalent van zo’n 6 meter. Daarnaast is het een goed idee om elke dag minstens twee uur in het daglicht door te brengen, daardoor ontspannen je ogen meer en hebben ze minder triggers om langer te worden. Het verklaart ook waarom het een goed idee is om de zetel of het bureau van je kinderen bij een raam te zetten, zo komt er voldoende licht binnen. Om toch naar een scherm of een boek te kijken, houd je best de lengte van een onderarm als afstand. En als kinderen ’s avonds nog lezen, steek je als ouder best een licht aan. Zo hoeven de ogen geen te grote inspanning te leveren.”

‘Fastfood leidt makkelijker tot bijziendheid, maar ik vind het lastig om daar de klemtoon op te leggen’

Welke rol speelt ongezonde voeding bij de ontwikkeling van zichtproblemen?

“Suiker heeft in ieder geval een impact, kinderen met diabetes hebben zo vaker een bril nodig om ver te kunnen zien. Fastfood leidt makkelijker tot bijziendheid, maar ik vind het lastig om daar de klemtoon op te leggen. Dichtbij kijken is het grootste probleem, voeding is een bijkomende factor die niet de doorslag geeft. Ik zag dat Frankrijk nu overweegt om kinderen tot de leeftijd van drie jaar niet naar schermen te laten kijken, maar ik sta er sceptisch tegenover om iets te verbieden. Er zijn nu eenmaal schermen en suiker in de wereld, als ouder moet je een evenwicht vinden en kinderen leren om er op een gezonde manier mee om te gaan. Als je iets verbiedt, krijgt het volgens mij ook iets aanlokkelijks.”

Wie als volwassene voorgoed van zijn bril af wil, kan de ogen laten laseren of voor geïmplanteerde lenzen kiezen. Deze operaties zijn populair, maar schrikken velen af en er doen spookverhalen over de ronde. Hoe terecht is de bezorgdheid over de ingrepen?

“Het zijn zeker goede oplossingen om van je bril af te komen en tegenwoordig zijn de technieken zo nauwkeurig dat het eigenlijk bijna onmogelijk is om door zulke ingrepen blind te worden. Alleen komt niet iedereen ervoor in aanmerking. Bij een laserbehandeling wordt bijvoorbeeld een deel van het hoornvlies weggehaald zodat het overgebleven deel in een nieuwe vorm gelegd kan worden. Om dit te kunnen doen, moet het hoornvlies van de patiënt natuurlijk dik genoeg zijn. De ingreep wordt ook afgeraden bij mensen die last hebben van droge ogen omdat deze klachten nadien meestal erger worden. En sowieso is het ideaal om de operatie ergens tussen je eenentwintigste en dertigste verjaardag uit te voeren, dan heb je er het langst deugd van. Rond de leeftijd van 45 jaar heeft de meerderheid van de mensen namelijk een leesbril nodig.”

Sommigen dragen hun bril niet vaak omdat die hun ogen ‘lui’ zou maken en hun zicht verder achteruit zou doen boeren. Wat is daar van aan?

“Het hangt er vanaf over welke oogsterkte je het hebt. Vanaf je 45ste gaat het accommodatievermogen van je ogen achteruit en de lens die normaal bol wordt om dichtbij te zien, wordt dan stroever. Daarom hebben mensen een leesbril nodig. Enkel door moeite te doen en te focussen, kunnen sommige mensen redelijk lang zonder dit hulpmiddel blijven zien. Al is de zichtkwaliteit wel een pak slechter dan bij personen die wel een bril dragen. En studies tonen aan dat het voor de achteruitgang van het accommodatievermogen niet uitmaakt of mensen een bril dragen, ze hebben er toch geen impact op. Maar wie het echt vervelend vindt om een leesbril te gebruiken, kan er wel op trainen om hem zoveel mogelijk links te laten liggen.

“Bij mensen die moeite hebben om ver te zien, werd vroeger aangeraden om niet de maximale sterkte te geven. Door wat naar beneden te corrigeren, wilden artsen voorkomen dat de ogen sneller achteruit zouden gaan. Ondertussen weten we dat dit niet klopt. Als kinderen een bril met een te lage sterkte dragen, wordt de trigger om hun ogen te laten groeien nog groter. Het geeft een averechts effect want hun zicht gaat daardoor achteruit. Kies dus toch maar voor die bril met de juiste sterkte.”

In uw boek benoemt u droge ogen als een van de meest voorkomende zichtproblemen van deze eeuw. Waarom hebben meer mensen er nu last van?

“Er zijn verschillende factoren die daartoe bijdragen. Een eerste verklaring ligt bij onze manier van verwarmen. In veel bedrijven wordt de hitte verspreid via een aircosysteem, waardoor de lucht veel droger is dan normaal. Hij blijft ook droog omdat alles nu veel beter geïsoleerd is dan in het verleden. Verder spenderen we veel meer tijd voor een scherm en dat is an sich niet slecht voor je ogen, maar het heeft wel gevolgen. Als je een boek leest, kijk je naar beneden en is een groot deel van je ogen bedekt door je oogleden. Voor de computer is dat minder het geval en omdat je geconcentreerd bent, knipper je ook minder. Normaal doen we dit een keer om de vijf seconden, maar voor de computer is dat drie keer minder. Daarnaast spelen medicijnen zoals antidepressiva of pillen tegen een hoge bloeddruk ook een rol.”

‘Door de verandering van hormonen drogen alle slijmvliezen in het lichaam meer uit, dus ook de oogbollen’

Vrouwen schijnen er wel vaker last van te hebben dan mannen. Hoe kan dat?

“Het komt bij vrouwen inderdaad tot drie keer zo vaak voor. Hormonen hebben een impact op hoeveel tranen er aangemaakt worden. Voor een menstruatie of tijdens een zwangerschap hoor je mensen dan klagen dat ze geen contactlenzen meer kunnen verdragen omdat hun ogen te droog zijn. Tijdens de menopauze gebeurt het ook meer omdat de traanfilm dan van mindere kwaliteit is. Door de verandering van hormonen drogen alle slijmvliezen in het lichaam meer uit, dus ook de oogbollen. Zij bestaan langs de buitenkant namelijk uit slijmvliezen.”

Wat kan je doen om rode ogen tegen te gaan?

“Er zijn een aantal huis-, tuin- en keukenmiddeltjes die helpen. Je kan bijvoorbeeld zes keer na elkaar knipperen, omdat het vetmetabolisme van je traanfilm zo gestimuleerd wordt om een extra beschermend laagje over je ogen te leggen. Daardoor zijn ze beter bestand tegen de droge lucht. Het is ook een goed idee om de lucht wat vochtiger te maken, zet bijvoorbeeld een plant op of naast je bureau of haal een klassieke luchtbevochtiger in huis. Probeer verder de 20-20-20-regel toe te passen en leg een warm washandje op je ogen als je veel last hebt. Op die manier worden je oliekliertjes vloeibaarder en komt die olie er makkelijker uit.”

Het is niet altijd makkelijk om feit van fictie te onderscheiden bij zulke tips. Brillenwinkels verkopen nu vaak monturen met een filter die mensen tegen het blauwe licht van schermen beschermen. Moeten we ons daar dan zorgen over maken?

“Er is heel veel literatuur over, maar het is niet zo makkelijk om daar een eenduidig antwoord op te geven. Het meeste blauwe licht dat we als mensen binnenkrijgen, komt van de lucht buiten. Een stralende hemel geeft overdag misschien 30 of 40 keer meer blauw licht af dan je computer, onze ogen kunnen daar dus wel degelijk tegen. Het heeft wel een impact op onze gemoedstoestand en op ons dag- en nachtritme. Als je de hele dag en ook ’s avonds voor je computer zit zonder zo’n filter te dragen, kan je last krijgen van slaapproblemen. Het blauwe licht is nodig om ons wakker te doen voelen en als het schemert, is dat er minder. Daardoor maakt ons lijf het slaaphormoon melatonine aan.

“Ik vind het wel nuttig om zo’n bril vanaf zes uur ’s avonds te dragen, maar zeker niet de hele dag. Dan riskeer je dat je je de hele dag moe voelt. Het blauwe licht wordt soms ook gebruikt om wondjes op het hoornvlies te genezen, dus het heeft zeker zijn waarde.”

De wetenschap kan slechtzienden vandaag al goed helpen, maar voor blinden is er vandaag veel minder mogelijk dan voor mensen die doof geboren worden. Waarom blijft dit zo moeilijk?

“Als je ogen in detail bekijkt, zie je dat ze een structuur hebben die gelijkaardig is aan die van onze hersenen. Het is een heel complexe structuur van zenuwen met staafjes, kegeltjes en neuronen. Het visueel centrum, de plek waar je kijkt, ligt ook achteraan de hersenen en dus zijn er ingewikkelde verbindingen nodig. Mensen die blind geboren worden of plots blind worden, kunnen we daarom niet helpen. Er was in Duitsland onlangs wel een onderzoek waarbij iemand een chip ingeplant kreeg. Waar die persoon eerst alles zwart zag, kon hij nadien grijs-wittinten zien en schaduwen of vormen onderscheiden. Dan bots je misschien niet meer tegen dingen aan, al is dat natuurlijk niet hetzelfde als volwaardig zien. Wetenschappers zijn ook bezig met oogtransplantaties, maar dit lijkt me iets voor de verre toekomst te zijn. Zoiets zal pas lukken als ook hersentransplantaties mogelijk zijn. Daar zijn we nog lang niet.”