opinie mobiliteit

Ons mobiliteitsbeleid is te gek om los te lopen

Komt de bus niet? Had dan een salariswagen bedongen.© Fred Debrock

Besparen op het openbaar vervoer en tegelijk de auto subsidiëren, surrealistischer moet het niet worden, vindt Peter Meukens.

Peter MeukensVoorzitter TreinTramBus.

Hoe surrealistisch klinkt volgend verhaal? Een overheid betaalt mensen om met een auto te rijden. Ze financiert voor de happy few een deel van de aankoop van een elektrische wagen. Het openbaar vervoer daarentegen moet al jaren besparen, niet alleen op zijn werking (en dus aanbod), maar ook op investeringen die de toekomst moeten veiligstellen. Daardoor is de gemiddelde leeftijd van het buspark tot meer dan tien jaar gestegen, terwijl internationaal zeven jaar als maximum geldt. Een derde van de bussen is ouder dan vijftien jaar. Omdat die te vervuilend zijn, int de overheid boetes bij het busbedrijf dat ze niet toegelaten heeft om tijdig nieuwe, milieuvriendelijke bussen te kopen. Maar diezelfde overheid stelt oldtimers wel vrij van die boetes. Bovendien laat ze de automobilisten op een forfaitaire verkeersbelasting na niet betalen voor het gebruik van de verkeersinfrastructuur. Treinreizigers doen dat wel, want hun ticket bevat ook een infrastructuurheffing. Wie milieuvriendelijk naar de luchthaven wil treinen, betaalt daarbovenop een diabolotaks, terwijl de luchtvaart zelf vrijgesteld is van accijnzen op kerosine.

Parkeren op het marktplein 

Vindt u dat te gek om los te lopen? U las nochtans zonet een samenvatting van het federale en Vlaamse mobiliteitsbeleid van het voorbije decennium. Even een kleine quiz: vindt u het anno 2024 evident dat arbeid in euro’s vergoed wordt? Als u onverwacht toch nee antwoordde, wilt u dan voor uw werk in pompoenen betaald worden? Wellicht niet, maar vervang pompoenen door auto’s en we laten alle bedenkingen varen. VUB-onderzoeker Eva Van Eenoo legde vorige maand in Sampol helder uit wat er zowel sociaal als ecologisch mis is met het principe van salariswagens. 23 procent van de werknemers in ons land heeft er een. Ze wonen overwegend in de Vlaamse Ruit tussen Brussel, Gent, Antwerpen en Leuven. Antwerpen en Brussel zijn niet toevallig de filekoningen van ons land, onderling verbonden met twee snelwegen. Toch wil de NMBS het al povere treinaanbod op die as nog verder afbouwen. Zo blijft de modal shift, waar alle regeringen in dit land de mond van vol hebben, een illusie.

Maar vooral het Vlaamse mobiliteitsbeleid spande de afgelopen jaren de kroon, want wat we zelf verknoeien, verknoeien we beter. Hoewel we al sinds vorige eeuw weten dat onze ruimtelijke ordening een warboel is die goed openbaar vervoer moeilijk maakt, blijven Vlaanderen en de gemeenten treuzelen met doortastende maatregelen. Even dachten we dat het hen menens was met de kernverdichting en inbreiding: bewoning beter in de bestaande kernen integreren en de beruchte lintbebouwing niet verder laten uitdijen. Maar dat was buiten de basisbereikbaarheid gerekend, want die wil dat de bus opschiet en dus op de grote (omleidings)wegen blijft. Jammer: de bus komt niet meer op het marktplein, maar met de auto mag je er nog wel op of onder parkeren.

Salariswagen en flexbus

Wat dan met de modal shift? Op het platteland hoeft men zich daarover niet veel illusies meer te maken, want daar rijdt soms geen bus meer. In het beste geval is er de flexbus, al wijst Van Eenoo terecht op een belangrijke sociale kloof: “Een bedrijfswagen als aanvulling op het loon voor de één, terwijl de ander zich mag behelpen met een ingewikkeld reserveringssysteem voor een flexbus ter vervanging van een geschrapte halte.”

Ja, maar openbaar vervoer kost veel geld, hoor je dan als tegenargument. Klopt dat? Met een slimme kilometerheffing zou iedereen beseffen dat individueel vervoer per kop veel duurder is. We moeten het openbaar vervoer uitbouwen, want alleen zo bestrijd je vervoersarmoede en vermijd je dat ons land zich volledig vastrijdt. Dat mag wat kosten, als je daarmee ook het milieu een dienst bewijst. Heel wat sectoren hebben hun uitstoot sinds 1990 verminderd, maar bij het wegvervoer is die nog gestegen. Geld kan geen probleem zijn. De salariswagens kosten ons land volgens het Belgian Mobility Dashboard jaarlijks 4 miljard euro, de files 5 miljard, samen 2 procent van het bbp.

We moeten onze mobiliteit ten gronde herdenken. Ons land mist op alle niveaus een geïntegreerde en duurzame mobiliteitsvisie. Is dat bij de komende verkiezingen een urgent thema? Het zou alleszins moeten.