zondag 19 augustus 2018 - Nieuws
camera closecorrect Verwijs ds2 facebook nextprevshare twitter video

Photo News

Vlaamse treinbestuurders over de gruwel van zelfdodingen op het spoor

“Kon een trein maar uitwijken”

HasseltEen treinbestuurder die nog nooit iemand doodreed is een unicum: gemiddeld worden ze één keer om de vier jaar geconfronteerd met een wanhopige die zich voor hun trein gooit. Er zijn er die daarna nooit meer een locomotief in durven. Machinisten vertellen over hun angsten en trauma’s, in een week waarin de NMBS al vier zelfdodingen noteerde op één en dezelfde spoorlijn. “Ik voelde me een misdadiger.”

“We zijn achttien jaar later. Maar ik zie die jongen nog steeds voor me. Ik zou hem zo kunnen aanduiden als je nu honderd foto’s van jonge mannen voor me legde. Ook al zag ik hem maar één keer in mijn leven”, zegt Bavo (*), een treinbestuurder met een lange staat van dienst. “Ik kan na al die jaren nog exact de laatste seconden beschrijven voor de trein hem greep. Je doet ­alles om dat te vermijden. Maar een trein kan niet uitwijken. Konden we dat maar. En een machine van enkele honderden ton krijg je helaas ook niet onmiddellijk tot stilstand.”

Steven, een collega, vult hem aan. Dat je als bestuurder in zo’n geval ­enkel kan claxonneren. En blijven claxonneren. In de hoop dat de ­persoon opnieuw bij zijn verstand komt en van de sporen wegspringt. Dat geluk heeft hij een keer gehad. Hoewel zijn verhaal positief afliep, hoopt hij nooit meer te moeten meemaken dat iemand plots op het spoor staat.

Wie enkele jaren een trein bestuurt en nog niet geconfronteerd werd met een ‘persoonsongeval’ staat onder machinisten bekend als een unicum. Elke treinbestuurder weet dat ieder moment zich iemand voor zijn trein kan gooien. En dat het meer dan waarschijnlijk ooit zal gebeuren. Eén keer om de vier jaar gemiddeld zelfs, wordt hen verteld tijdens hun opleiding. De getuigen bevestigen dat die statistieken er niet ver naast zitten.

Hopen dat het nooit gebeurt

Hij draaide zich om, keek naar me en strekte zijn armen. We zijn achttien jaar later maar ik zie die jongen nog haarscherp voor me

Maar dat sommige mensen daarom vinden dat de confrontatie met zelfdoding gewoon bij hun job hoort, vinden ze onzin. “Geen enkele treinbestuurder kiest ervoor om mensen dood te rijden. Dit is geen part of the job. Onze job is zelfs het tegenovergestelde: onze reizigers veilig naar hun bestemming brengen. Wie aan de slag gaat als machinist, hoopt dat hij het nooit moet meemaken. Maar er zijn maar weinigen die ervan gespaard blijven”, zegt Jonas. die het in tien jaar tijd ‘maar’ één keer meemaakte. Hij kent machinisten die al meerdere keren werden geconfronteerd met een wanhoopsdaad.

Volgens de getuigen reageert iedereen anders als dat gebeurt. “Ik kon het zeer snel een plaats geven. Maar een jaar later kwam toch de klap, toen ik zag dat iemand bloemen op de plaats van de aanrijding had gelegd.”

Er zijn machinisten die nooit nog een stap in de cabine van een locomotief zetten. Ze durven niet meer. Omdat de beelden op hun netvlies gebrand staan. Bang ook dat ze het nog eens zullen moeten meemaken. Anderen blijven weken, soms maanden thuis. Overmand door de emoties. “Ik heb me zelfs even een misdadiger gevoeld, iemand met iets ergs op zijn kerfstok. Stukje bij beetje ben ik uit de put gekropen. Omdat ik ‘nee’ kon antwoorden op de vraag of ik meer had kunnen doen om de dood van die man te vermijden. Ik heb alle procedures gevolgd, bleek uit het onderzoek. Zelf wist ik het niet meer. Omdat je handelt op automatische piloot. Want veel nadenken is er niet bij als er plots iemand opdoemt voor jouw trein. Bovendien weet je dat het slachtoffer er zelf voor koos. Maar ook daar blijf je over tobben. Waarom, waarom, waarom?”

“Ik heb toevallig de vriendin leren kennen van de jongen die voor mijn trein sprong. Maar nog nooit hebben we erover gesproken. Zelfs geen woord. Ik weet nochtans zeker dat zij weet dat ik de bestuurder was van de bewuste trein. Dat gesprek hoeft er voor mij ook nooit te komen”, zegt Tom.

Het vergeten slachtoffer

Alle getuigen bevestigen wel dat ze de laatste jaren enorm goed opgevangen worden door de NMBS, die hen helpt om het trauma te verwerken. Ze krijgen de hulp van een vertrouwenspersoon om de formaliteiten af te handelen, en de steun van een psycholoog als ze daar behoefte aan hebben. Bij een eerste rit na een ongeval begeleidt een instructeur of een coach hen zelfs om over de plaats van het ongeval te rijden. Ook de steun van collega’s vinden ze enorm belangrijk. Ze zijn er voor elkaar: met een luisterend oor en een oprechte bezorgdheid. Het is onder machinisten geen taboe om erover te praten. “Gelukkig, want wij zijn soms het vergeten slachtoffer.”

(*) Alle namen bij het artikel zijn fictief.

Wie vragen heeft rond zelfdoding, kan terecht op de zelfmoordlijn via het gratis nummer 1813 of op www.zelfmoord1813.be

Lees meer

Aangeboden door onze partners

Nieuwe Video's

Nog meer nieuws