Ook buitengewoon onderwijs protesteert tegen nijpende tekorten: “Ik heb mijn collega’s nog nooit zo ten einde raad gezien”
Het Buitengewoon Basisonderwijs (BuBAO) Het Sas organiseerde hun jaarlijkse sponsorloop. Alleen was het dit jaar in het jasje van een protest. De leerkrachten smeken om een dringende toename van middelen. Ze komen enorm veel handen en steun te kort.
Terwijl het volledige onderwijs in centrum Antwerpen protesteert, lag 7 mei ook in het buitengewoon onderwijs al lang op tafel als protestdag. Buitengewoon Basisonderwijs Het Sas trommelde alle scholen in Vlaanderen op om actie te voeren tegen de schrijnende hoeveelheid middelen die ze krijgen.
“Veel scholen zijn afgehaakt door de grote onderwijsbetoging. Twee scholen in West-Vlaanderen en Katrinahof in de Van Schoonbekestraat in hartje Antwerpen deden nog wel mee met onze actie”, vertelt directeur Hans Téblick.
Protestloop
Een stoet van 150 leerlingen in rolstoelen, op speciale fietsen of hand in hand met een ouder of leerkracht, cirkelen op de parking van campus Rozemaai. Kleurrijke maar dwingende spandoeken sieren het parcours.
“Mijn werknemers waren duidelijk. Net zoals bij de boeren was de maat vol en werd het tijd om actie te ondernemen”, benadrukt directeur Hans. Al sinds 1986 zijn de middelen voor het buitengewoon onderwijs onveranderd gebleven.
Patrick Laforce is leerkracht muzische vorming op de school, zette de actie mee op poten en is ook actief binnen de vakbond. “Er is al jaren niet meer geïndexeerd en ondertussen is alles peperduur geworden. In 1997 is er door een besparingsregel beslist dat we slechts 94 procent van onze middelen krijgen. Sinds 2016 krijgt het reguliere onderwijs al wel weer honderd procent, maar over ons wordt in alle talen gezwegen.”
Opgebrand
“In al die jaren dat ik op deze school werk, heb ik nog nooit mijn collega’s zo ten einde raad gezien. Ze dragen de kinderen een enorm hart toe, maar zitten echt met de handen in het haar.”
Er is nu al een nijpend tekort, maar Patrick vreest dat op deze manier leerkrachten uiteindelijk zullen afhaken. “Ik vraag me echt af hoe de minister het beroep nog aantrekkelijk wil maken, hoe krijg je naar deze sector nog nieuwe mensen?”
Op de loopactie is er geen politieker te bespeuren, die geven voorrang aan de protestmars. Toch wil de school dat hun kreet tot in de hoogste rangen weerklinkt.“We willen het dossier echt op het bureau van de volgende minister leggen”, zegt directeur Hans.
Meting
Tijdens de loop is ook een zorgkundige druk in de weer om alle medicatie toe te dienen. “Wij staan volledig achter inclusie en dat ook kinderen met een zorgnood worden opgenomen in het reguliere onderwijs. Dat gebeurt steeds meer, maar daardoor nam het aantal kinderen met een grotere zorgvraag bij ons alleen maar toe”, legt Patrick uit.
Die grotere zorgvraag wil in veel gevallen zeggen dat die kinderen nog meer middelen nodig hebben. Wat elk kind individueel nodig heeft, zou volgens de directeur door een objectieve meting van Vlaanderen uit moeten worden vastgelegd.
“Wij stelden nu zelf een meting op om in kaart te brengen hoeveel middelen we per kind nodig hebben: van medicatie tot voeding. Veel kinderen hier kunnen bijvoorbeeld niet zelfstandig eten, dat wil zeggen dat wij tijdens de middagpauze al zeker vijftig zorgers nodig hebben.”
Daarnaast loopt het in het reguliere onderwijs ook niet van een leien dakje, merkt Patrick op. “Een leerkracht die al verantwoordelijk is voor twintig kinderen en dan nog eens vier kinderen met een zorgnood er bij moet nemen, krijgt het ook niet bolgewerkt. Vaak is voor alle vier een volledig andere aanpak nodig.”
Ouders
Ook de ouders zijn talrijk aanwezig op de sponsorloop. “In de acht jaar dat Aster hier nu naar school gaat hebben we het enorm zien veranderen. Vroeger gingen ze nog vaak op uitstapjes en bosklassen”, vertelt vader Nico. “We proberen met alle beetjes te helpen. Als ik hier met een rol knutselpapier kom, vliegen ze me letterlijk rond de nek.”
Naast het peperdure materiaal dat de school dringend nodig heeft en de helpende handen, willen ze ook weer vaker buiten de schoolmuren kunnen breken. “Het is belangrijk voor de kinderen om in contact te komen met de wereld, maar het is ook belangrijk voor de wereld om in contact te komen met de kinderen”, voegt directeur Hans eraan toe.