Direct naar artikelinhoud
Wielrennen

Machtsgreep na lekke band en val. In de tweede Giro-rit stelt Pogacar orde op zaken

De grote favoriet in de Ronde van Italië maakte die verwachting in het openingsweekend waar. Zaterdag greep hij nog naast de winst en het roze, maar een dag later zette de Sloveen de zaken recht.

De Sloveen Tadej Pogacar zet zondag de Giro naar zijn hand.Beeld Getty

Een dag later dan verwacht heeft Tadej Pogacar zondag dan toch de macht gegrepen in de Giro d’Italia. Zaterdag werd hij ‘slechts’ derde, waar alom de verwachting was dat hij op het laatste gemene klimmetje van de dag toe zou slaan, de rit zou winnen en automatisch de roze leiderstrui aan zou mogen trekken. De Giro-organisatie hoopte op een scenario dat Pogacar dan het roze de komende drie weken niet meer af zou staan.

De Sloveen pakte de trui een dag later, na één enkele demarrage op de serieuze slotklim naar het heiligdom van Oropa waar in 2017 Tom Dumoulin de basis legde voor zijn de eindzege.

Even was er grote schrik voor Pogacar toen hij in Biella, de stad aan de voet van de klim, door een gat reed in de weg – de Ronde van Italië is berucht om de slechte wegen waar het peloton over moet. ‘Volgens mij brak de velg’, zei Pogacar meteen na afloop. ‘Ik had in elk geval een lekke band.’

Over de auteur
Robert Giebels is sportverslaggever van de Volkskrant en schrijft over wielrennen en Formule 1. 

Even waren kopman en ploegleiding het niet eens: Pogacar wilde stoppen vóór een bocht, want die nemen met een kapot voorwiel is vragen om problemen. ‘Maar vanuit de auto riepen ze: na de bocht!’ Het werd ín de bocht, want daar ging de man met een jaarsalaris van 6 miljoen euro knullig onderuit. ‘Niets ernstigs, hoor.’

2 kilometer later hadden zijn ploeggenoten van UAE de topfavoriet voor de eindzege alweer naar voren gebracht. En weer even later, op 4 kilometer van de aankomst, plaatste Pogacar zijn aanval en reed in minder dan geen tijd de volledige concurrentie uit het wiel.

‘Het plan was om tussen de 4,5 en 3,5 kilometer voor de finish aan te vallen. Ik was niet zeker, want ik kende de klim niet en mijn ploeggenoten ook niet.’

Ritzeges in drie ronden

Het was weliswaar meteen duidelijk dat de UAE-renner in de trui van Sloveense kampioen de rit zou winnen en het roze zou pakken, maar de korte solo leek niet de kracht te hebben die de wielerwereld van Pogacar gewend is. Hij zag flink af en moest accepteren dat hij nog geen allesbeslissende en -verlammende voorsprong op andere klassementsrenners heeft genomen.

De renner zelf maalde daar niet om. Hij had in de tweede etappe al zijn doelen bereikt: de benen testen, roze trui pakken, een gat slaan naar de rest en een jongensdroom in vervulling laten gaan. Want met zijn ritzege in de Giro heeft Pogacar ‘de trilogie’: etappewinst in elk van de drie grote ronden.

In 2019 won hij drie ritten in zijn enige Vuelta tot nu toe en in de vier jaar daarna zegevierde hij in elf Tour-etappes. ‘Ritwinst in alle drie is iets groots in wielrennen’, zei Pogacar. ‘Het zat altijd al in mijn hoofd, want niet veel renners bereiken dit.’ Hij is de 108ste renner met ritwinst in Tour, Vuelta en Giro, Fiorenzo Magni was in 1955 de eerste.

Zware etappes

Het is een vorig jaar in de Tour ingezette trend dat een grote ronde niet meer begint met zenuwslopende sprintetappes die bol staan van de valpartijen op hoge snelheid. In plaats daarvan zijn de openingsritten heuvel- of bergachtig en zijn sprinters zo goed als kansloos.

Een slotklim van 11 kilometer met een gemiddelde stijging van 6 procent is uitzonderlijk in een tweede etappe van een grote ronde. Eind juni bevat de eerste etappe van de Tour zeven beklimmingen en 3.800 hoogtemeters en in rit vier wordt al naar grote hoogte geklommen op de Col du Galibier.

Het vroege klimwerk betekende zondag wel dat er duidelijke tekening in het algemeen klassement is gekomen. Rome is weliswaar nog ver, 26 mei, maar toch lijken nu al enkele schaduwfavorieten af te haken – Romain Bardet van DSM-Firmenich-PostNL – en anderen te verrassen – Daniel Felipe Martínez van Bora-Hansgrohe.

De Australiër Ben O’Connor zit daar wat tussenin. De kopman van Decathlon AG2R was aanvankelijk de enige die Pogacar bij kon houden, toen de Sloveen zijn aanval plaatste. Maar O’Connor leek zichzelf daarbij op te blazen en finishte op een minuut van de winnaar.

Thymen Arensman

De Nederlander Thymen Arensman was zaterdag de eerste klassementsrenner die moest afhaken en zag zondag zijn achterstand vergroot. De renner die bekend staat als een slow starter, maar in de derde week met de besten mee kan, staat nu al vier minuten achter het roze.

Zijn kopman, Geraint Thomas van Ineos Grenadiers, staat keurig tweede op 45 seconden, hoewel hij in de voorbije maanden geen enkele aansprekend resultaat boekte. Thomas heeft hier patent op: vorig jaar werd hij onder dezelfde omstandigheden nipt tweede in de Giro. In de slotklim kwam Thomas’ ploeg kwantitatief beter voor de dag dan het UAE van Pogacar, die opvallend snel door zijn helpers heen was.

Cian Uijtdebroeks, 21 nog maar, is de troefkaart van het geplaagde Visma-Lease a bike. De Belgische aanwinst van de ploeg staat knap vierde, terwijl zijn ploeggenoten bij de nodige valpartijen betrokken zijn. Robert Gesink moest daardoor al na één etappe opgeven in zijn 23ste grote ronde.

Visma-sprinter Olav Kooij viel zondag door het slechte wegdek en liep schaafwonden op en een pijnlijke knie. Zuur voor Kooij, want nu komen de ritten waar voorheen een grote ronde mee begon: vlakke etappes die hoe dan ook eindigen in een massasprint. De organisatie hoopt dat nu de spanning er wat af is en er minder valpartijen te betreuren zullen zijn.