Naast nieuwe categorieën voor de beoordeling zal het Dicasterie voor de Geloofsleer, het dicasterie of departement van de Romeinse Curie dat waakt over de integriteit van de katholieke leer, het laatste woord hebben bij de definitieve beslissing over bovennatuurlijke fenomenen. Wegens een toename van valse geruchten en de verspreiding van fake news op het internet zijn de huidige richtlijnen uit 1978 niet langer zinvol en werkbaar, zegt het machtige dicasterie. 

Ook bestaat het gevaar dat oplichters met zogenaamde wonderen of andere fenomenen proberen om geld te verdienen en mensen te manipuleren. Met de nieuwe normen van het Vaticaan moeten die risico’s verminderen.

 Bestond vroeger de mogelijkheid om te oordelen dat er sprake was van een wonder of net niet, dan zijn er nu zes verschillende categorieën voor de beoordeling van bovennatuurlijke fenomenen. In het gunstigste geval komt een mogelijk wonder in de categorie ‘Nihil obstat’ (‘Niets staat in de weg’ in het Nederlands) terecht. Dat wijst erop dat er geen uitsluitsel bestaat over de echtheid, maar dat er toch aanwijzingen zijn dat de Heilige Geest aan het werk is geweest. Gelovigen kunnen het fenomeen zonder meer verder vereren. De overige vijf categorieën bevinden zich in een grijze zone. De laatste categorie bepaalt dat een fenomeen duidelijk niet als bovennatuurlijk beschouwd moet worden.  

Het zijn lokale bisschoppen die een fenomeen voorlopig in categorieën moeten indelen. Het Vaticaan neemt de eindbeslissing. Volgens het Vaticaan waren er sinds 1950 officieel slechts zes zulke gevallen officieel opgehelderd. Met de nieuwe normen moet de procedure sneller verlopen.