Direct naar artikelinhoud

‘Links moet niet bang zijn voor grote woorden’

Als links weer iets te zeggen wil hebben in het debat, moet het duidelijke ideeën en concrete oplossingen bieden. In zijn campagne voor Bernie Sanders leerde Zack Exley (48) hoe je dat doet.

Zach Exley. Foto David Paul Morris / GettyBeeld Bloomberg via Getty Images

Proberen, falen en opnieuw proberen. Dat was hoe de Democratische presidentskandidaat Bernie Sanders in 2015 vanuit het niets met succes de publieke arena in werd geslingerd en even een serieuze rivaal voor Hillary Clinton vormde. ‘We hadden geen andere keuze dan te blijven proberen. Het alternatief was té verschrikkelijk: dat er een man als Donald Trump president van de Verenigde Staten zou worden’, zegt Zack Exley, de campagneleider van Bernie Sanders en auteur van Rules for Revolutionaries: How Big Organizing Can Change Everything (2016).

‘Eigenlijk wisten we dat toen nog niet eens’, zegt Exley nu, twee jaar later, in een Amsterdamse hotellobby. ‘We verkeerden nog in de veronderstelling dat we weer acht jaar lang iemand uit het Democratische establishment moesten verdragen, wat uiteindelijk tot de komst van een populist als Trump zou leiden. Maar dat moment kwam dus al eerder.’

Zack Exley is even in Nederland om als expert in burgeractivisme de oprichting van DeGoedeZaak op te luisteren, een nieuwe campagneorganisatie die progressieve burgerbewegingen in Nederland wil helpen zich te manifesteren en mensen te mobiliseren. Oprichter Jurjen van den Bergh put inspiratie uit bewegingen als Black Lives Matter, de Duitse antikolenbeweging en de onverwachte opkomst van nieuwe linkse politici als Jeremy Corbyn en… Bernie Sanders dus.

Het succes van GroenLinks, dat deze week opnieuw zegevierde bij de gemeenteraadsverkiezingen, is geheel te danken aan de nieuwe activistische campagnetechnieken uit de Verenigde Staten.

In de Melkweg vertelde Exley maandagavond voor een volle zaal hoe Sanders' campagne eerst leek te mislukken, maar na veel vallen en opstaan toch een succes werd. ‘Dingen die normaal werkten, werkten helemaal niet. Maar we hielden vol omdat we allemaal die gezamenlijke angst voelden: Trump als president. Die angst zorgde ervoor dat we ons organiseerden en dat uiteindelijk een ongekend aantal van maar liefst een miljoen vrijwilligers in totaal 75 miljoen Amerikanen telefonisch wist te bereiken en overhaalde te doneren voor de campagne van Sanders. Toen het geld eenmaal binnenstroomde, wekten we de interesse van de media en dat genereerde de aandacht die we zochten. En nog meer geld, al ging het daar helemaal niet om.’

De kandidaat Sanders redde het net niet, maar voor burgeractivisme was de campagne een daverend succes en een inspirerend voorbeeld. ‘Denk groot, durf beloften te doen en sla de handen ineen om ideële doelen te bereiken’, is de boodschap die Exley de popelende Nederlandse burgeractivisten wil meegeven.

Een meerderheid van de bevolking is voor het verlagen van de verschillen tussen rijk en arm, voor een beter klimaat, tegen discriminatie en steunt humanitaire vluchtelingenopvang. ‘Dit progressieve geluid moet boven het geschreeuw van rechts populisme, xenofobie en racisme uit zien te komen’, stelt Exley.

De meeste mensen denken progressief, toch gijzelt ‘rechts’ de publieke opinie, hoe kan dat?

‘Rechts heeft genoeg aan een minderheid om de menigte op te zwepen. Als links dan stil blijft, grijpt rechts de macht. Zo ging dat met Donald Trump. Hij kan dingen roepen over het deporteren van twaalf miljoen illegalen en het bouwen van een muur en hij wordt gewoon niet gestopt. Twintig jaar geleden was dat ondenkbaar geweest. Dan zouden de media zijn ontploft en zouden deze zaken zijn vergeleken met nazipraktijken of die van Stalin. Ze zouden niet zijn opgehouden tot hij zou zeggen: ‘Sorry, ik bedoelde het niet zo.’

‘Nu is er geen rem meer op, media zijn gewend geraakt aan zijn extreme uitspraken. Hebben jullie niet ook zo’n vent – Wilders ofzo – die iets over minderheden riep wat vroeger ondenkbaar was geweest? Media reageren niet meer adequaat. Ze vallen Trump aan op kleine dingen als zijn vrouwonvriendelijke uitspraken of stommiteiten. Of ze vragen hoe hij denkt die deportaties uit te voeren. Dan zegt een journalist spottend: ‘Hoe wilde u dat doen, met speciale deportatietroepen?’ En dan zegt Trump nota bene: ‘Yeah, troepen! Dat is een goed idee.’ Maar dat had de vraag helemaal niet moeten zijn. De vraag had moeten zijn: ‘Deportaties zijn absurd, ze druisen in tegen alle principes over mensenrechten. De laatste persoon die zoiets voorstelde was Adolf Hitler. Hoe durft u?’ Het is echt eng dat rechts met dit soort dingen wegkomt.’

Hoe verklaart u deze ommezwaai?

‘De consensus in de wereld is weg. In de naoorlogse wereld bestond principiële overeenstemming over zaken als mensenrechten, tolerantie, solidariteit en bescherming van minderheden. Van India tot het Midden-Oosten en zeker in Europa en de VS zouden mensen hebben veroordeeld wat rechts nu zegt over het bouwen van muren, het demoniseren van moslims en het deporteren van miljoenen mensen.

‘Met het neoliberalisme kwam een einde aan die naoorlogse consensus. Daarvoor waren mensen blij met de status quo, de welvaart groeide en veel mensen profiteerden. Ze deden het beter dan hun ouders of in elk geval niet slechter. Nu zijn mensen niet langer blij. Veel jonge mensen in de Verenigde Staten en in grote delen van Europa zijn niet meer beter af dan hun ouders. Banen zijn verdwenen, ze ploeteren om te overleven. De kloof tussen rijk en arm wordt steeds groter, tegelijkertijd wordt alles duurder. Zorgverzekeringen in de VS zijn onbetaalbaar. Wij betalen weliswaar niet zoveel belasting als jullie, maar we krijgen er nauwelijks iets voor terug. Steden in de VS verloederen, fabriekspanden staan leeg, bedrijven en winkels verdwijnen. Er gebeurt niets meer, mensen worden lethargisch en steeds bozer dat ze niet meer vooruitgaan maar stilstaan en zelfs slechter af zijn dan hun ouders.’

Het antwoord van rechts kennen we. Weet ‘links’ zichzelf niet te mobiliseren of heeft het gewoon geen antwoord op de zorgen in de samenleving?

‘Ik vrees dat links zich onvoldoende bewust is van de onvrede en van het belang om met duidelijke ideeën en concrete oplossingen te komen. Alleen rechts praat op een coherente manier in termen van oplossingen. Het zijn absurde oplossingen die mij niet aanspreken en die ook maar een minderheid van de kiezers aanspreken. Maar er wordt kiezers tenminste een vooruitzicht geboden. Gevestigde politici als Hillary Clinton zeggen dat het wel meevalt met de ellende. Of erger, ze zeggen: ‘Het wordt nooit meer zoals vroeger. De tijd dat er volop banen waren in de industrie en er hoge lonen werden betaald, komt nooit meer terug. Leg je er maar bij neer.’ Dat is de meest oninspirerende boodschap die je de kiezer kunt voorhouden.

‘Het probleem is dat links is meegegaan in het neoliberale denken en gelooft dat het economische systeem niet meer om te buigen is. Dat is echt doodzonde. Ze wijzen naar de macht van bedrijven, maar vergeten dat zij hun als politici de ruimte geven. Ze willen geld bij de rijken weghalen en herverdelen. Maar die oplossing levert weinig op als de koek niet echt groeit. Ongelijkheid zit verstopt in cijfertjes op bankrekeningen. Als je wat nullen herverdeelt, verandert er niet zo veel. Dan kampen de VS nog steeds met een handelstekort en zijn er nog steeds geen banen voor de onderklasse. Ik woon in een kleine gemeenschap in Missouri, daar is gewoon geen werk. Al zouden mensen geld op hun bankrekening krijgen, ze willen dat leven niet. Mensen willen werken, bijdragen en bouwen aan hun gemeenschap. Ze willen winkels, bedrijven en speeltuinen met schommels. We hebben niets meer, alles valt letterlijk uit elkaar.’

Wat zou de oplossing van links moeten zijn?

Rebuilding the economy. En dan heb ik het niet over de herverdeling van cijfers op bankrekeningen, maar over grootscheepse mobilisatie van kapitaal. Een soort marshallplan voor grootschalige investeringen in innovatieve start-ups, klimaatneutrale oplossingen en verduurzaming van bedrijven zodat er weer banen komen. Die dingen kwamen ook terug in het socialistische manifest van Jeremy Corbyn. Die ging terug naar het basisprincipe van de productiemiddelen van Karl Marx, waarmee je banen en welvaart creëert.

‘Ironisch genoeg zie je dergelijke oplossingen nu ook van rechts komen. In Denemarken wist een centrum-rechtse regering de economie ingrijpend te hervormen door zware bezuinigingen op sociale zekerheid, maar ook door fors te investeren in innovatieve industrie, verduurzaming en onderwijs. Ook elders zie je meer pragmatici opstaan die praten over het oprichten van grote investeringsfondsen om de economie om te buigen.

‘In Nederland zie je dat volgens mij niet gebeuren, in de VS en Groot-Brittannië hebben ze het zelfs helemaal opgegeven. Er zijn bijna geen grote investeringen gedaan, ook niet onder Labour van Blair of onder Clinton. Ze vertrouwden op de markten. Als die er niet in slaagden om banen te realiseren, dan was dat gewoon ons lot.

‘Gelukkig zie je nu aan de nieuwe generatie linkse politici en aan economen als Corbyn en Sanders dat er weer geloof ontstaat in het hervormen van de economie en de heropbouw van welvaart.’

'Rebuilding the economy' past in een tweet, maar het bouwen van een muur klinkt toch duidelijker. Is het niet wat abstract?

‘Daar ben ik het niet mee eens. Mensen houden van termen als bouwen. Daarom klinkt die muur ook zo lekker concreet. Mensen vragen ook niet aan Trump hoe hij die migranten denkt te deporteren of hoe hij de muur denkt te bekostigen. Het lijkt makkelijker voor rechts, maar het gaat erom dat links ook heldere boodschappen gaat uitdragen.’

Maar xenofobie ga je daarmee niet tegen.

‘Economische hervorming is daarop ook het enige antwoord. Bij mij in Missouri staat nog een ouderwetse pluimveefabriek. Niemand wil er werken, dus werken er illegalen voor een hongerloontje. Als je het aan Amerikanen vraagt, zijn ze blij dat die dat werk doen. Zelf willen we dat niet, we willen niet terug naar het harde werk dat onze ouders deden. Ze hebben respect voor de illegalen die dat zware werk opknappen. Desondanks stemmen mensen op Trump. Niet uit vreemdelingenhaat, maar omdat hij oplossingen biedt; hij belooft het land weer mooier te maken en echte banen te creëren. De meeste mensen zijn geen idealisten die het zich kunnen veroorloven om in mooie vergezichten te geloven. Mensen komen in de eerste plaats op voor hun eigen belangen en die van hun familie of naasten.’

Exley is samen met andere progressieve democraten initiatiefnemer van de organisatie Justice Democrats, die als doel heeft de partij helemaal opnieuw op te bouwen en Democratische politici die nauwe banden onderhouden met het bedrijfsleven te vervangen. Eerder zette Exley het actiecomité Brand New Congress op, dat het Amerikaanse Congres wil hervormen met behulp van grote groepen vrijwilligers. Exley zei hierover: ‘Burgerbewegingen zijn beter in staat om verkiezingscampagnes te runnen dan Democratische partijleden, ze hebben alleen de instrumenten, data, kantoren en structuren nodig om dat te doen.’

Is burgeractivisme de opmaat voor politieke verandering?

‘Burgerbewegingen zijn een versterking van het maatschappelijke middenveld. Vroeger hadden we kerken en vakbonden en andere sterke structuren vanwaaruit mensen zichzelf organiseerden. Veel van die structuren zijn verloren gegaan. Via internet kun je nu makkelijk nieuwe bewegingen op gang brengen, maar dat gaat niet vanzelf. Grassroots movements  – politieke bewegingen die vanuit de samenleving opkomen, verschijnen niet uit het niets. Dat vergt organisatie, een goede boodschap en een enorm uithoudingsvermogen, zoals wij lieten zien in de campagne voor Bernie Sanders. Je hebt mensen nodig die verbindingen kunnen leggen en de podia creëren om andere mensen te enthousiasmeren en inspireren. Dat is wat DeGoedeZaak ook hier in Nederland wil bereiken. Ze wil geen nieuwe groepen mensen mobiliseren, maar de omgeving bieden om van burgerbewegingen successen te maken. Maar het is niet gezegd dat hieruit als door een wonder politieke oplossingen ontstaan. Daaraan moet keihard worden gewerkt.’

Dankzij sociale media kunnen mensen sneller worden gemobiliseerd, maar zorgen zij ook niet voor de huidige polarisatie in de samenleving?

‘Ze zijn er onderdeel van, maar niet de oorzaak. Polarisatie bestaat in de Verenigde Staten al heel lang. Denk aan de communistenjacht van McCarthy. Sindsdien nam de polarisatie toe met latere conservatieve presidenten als Nixon en Reagan, maar nu is ze in een stroomversnelling geraakt. Je ziet het aan het kiesgedrag van de laatste twintig jaar: Democraten en Republikeinen stemmen nooit meer met elkaar mee. Vroeger waren Republikeinen gematigd, ze stonden voor ondernemerschap en beschaafd burgerschap. De Democraten waren meer verdeeld; ze hadden de arbeiders uit het noorden en die uit het racistische zuiden.

‘In de jaren zestig ontstond een nieuwe orde. De burgerrechtenbeweging werd omarmd door de Democraten, de conservatieve en racistische kiezers uit het zuiden stapten over naar de Republikeinen. Die vertegenwoordigden nog steeds het bedrijfsleven, maar hadden inmiddels ook een nieuw verbond gesloten met conservatieve christenen. Voorheen bevochten al die fracties elkaar binnen de twee partijen, waardoor ze in het gareel werden gehouden. In de nieuwe Republikeinse coalitie van racisten, christenen en rijke ondernemers versterken de krachten elkaar. Miljonairs steunen de campagnes van conservatieve christenen, zelfs al zijn ze joods. Oerconservatieve christenen steunen Trump, terwijl hij de familiewaarden die zij voorstaan aan zijn laars lapt. Er zit geen rem meer op, ze nemen elkaar steeds verder mee naar rechts.’

Hoe kan links het debat weer overnemen?

‘Links moet niet bang zijn om grote woorden te gebruiken en beloften te doen. Vooruitgang komt niet vanzelf. Bij elke stap voorwaarts zijn er krachten in de samenleving geweest die tot die positieve transformatie leidden. Zo ontstonden er sterke vakbonden om mensen te beschermen tegen de uitwassen van het kapitalisme. In de Tweede Wereldoorlog werd er massaal geïnvesteerd in de staalindustrie om tanks, vliegtuigen en schepen te bouwen. Dat leidde na de oorlog tot de consumptiemaatschappij die enorme welvaart heeft gebracht.

‘Nu is het weer tijd voor zo’n verandering. Onze economie moet toekomstbestendig en inclusief worden. Dan kunnen we deze eeuw awesome – fantastisch – maken.’