© Joris Herregods

Triatleten mogen voortaan ook in open water trainen

Vicepremier Kris Peeters (CD&V) had tijdens een blitzbezoek aan het watersportcentrum in Hazewinkel (Willebroek) goed nieuws voor de vele zwemclubs uit de regio die al jaren een plaats zoeken om aan langeafstandszwemmen te doen. Vanaf mei mag er namelijk in open water worden getraind.

Walt Bosmans

“Om dit mogelijk te maken moest een afwijkingsaanvraag worden ingediend bij de Vlaamse Milieumaatschappij”, zegt Kurt Lobbestael, centrumverantwoordelijke voor Willebroek bij Sport Vlaanderen. “Er bestond al een uitzonderingsstatuut om in open water te zwemmen voor duikers. Hier worden nu ook langeafstandzwemmers en triatleten aan toegevoegd. Jaarlijks kregen we aanvragen van zwemclubs om in Hazewinkel te mogen zwemmen. In de voorbije zomers waren er regelmatig zwemmers in het water te zien. Dat werd oogluikend toegestaan, maar eigenlijk is het verboden.”

© Joris Herregods

Wettelijk kader

Eerder deze week tekende Vlaams minister van Natuur Joke Schauvliege (CD&V) een ministerieel besluit dat een wettelijk kader voorziet om leden van zwemclubs, in alle veiligheid, in open water toe te laten. Door de vele recreanten is het voor zwemclubs in de praktijk namelijk onmogelijk om te trainen op domeinen met een strandzone, zoals het recreatiedomein van Hofstade of het meer van Rotselaar. Nu op de wedstrijdbaan voor roeiers en kajakkers in Willebroek binnenkort één van de acht aanwezige banen wordt opengesteld, kunnen een twintigtal clubs er hun trainingen organiseren. “Dat zijn vooral verenigingen uit de regio, maar ook mensen uit Halle en Eigenbrakel gaan speciaal naar hier afzakken”, aldus Lobbestael. “Voorlopig bieden we één tot twee avonden aan, onder voorbehoud van de watertemperatuur.” Die moet minstens 17 graden zijn. Leden van een officiële zwemclub kunnen zich nog steeds aanmelden bij het watersportcentrum.

Veiligheidsmaatregelen

Het watersportcentrum maakt nu snel werk van een trapje aan de steigers, zodat iedereen zonder problemen in en uit het water kan.

“Om een optimale veiligheid te garanderen wordt de zwembaan gebruikt die vlak langs de oever ligt. Als er iets misgaat, kan er snel worden ingegrepen”, legt Lobbestael uit. “Er zullen redders aanwezig zijn wanneer er wordt getraind, en zwemmers en roeiers zullen altijd van elkaar gescheiden zijn door minstens één lege baan. Om duidelijk te maken wie er in het water kan, verkopen we gele badmutsen aan de gelicentieerde clubleden.”

Olympische discipline

Ook Bart Thys, de voorzitter van de Mechelse triatlonclub SP&O, is blij met deze beslissing. Zijn club telt 150 leden, waaronder vijftig jonger dan 18 jaar zijn.

“We zijn immers al jarenlang vragende partij voor deze decretale aanpassing”, laat Thys weten. “We verdeelden onze trainingen de afgelopen jaren noodgedwongen over de zwembaden van Hofstade, Mechelen en in De Nekker. Het is een beetje gek dat er voor een Olympische discipline niet in open water kon worden getraind in ons land. We hopen dat er snel een uitbreiding komt naar andere plaatsen.”

Sport in opmars

Federaal minister Kris Peeters (CD&V), die in het verleden al meermaals zelf in Hazewinkel kwam trainen voor een kwarttriatlon, sprak over het belang van deze nieuwe aanpassing. De sport is in ons land immers aan een opmars bezig. In 2016 namen zelfs vier Belgische triatleten deel aan de Olympische Zomerspelen in Rio de Janeiro.

“Er is nu meer duidelijk over de toch wel complexe wetgeving van de Vlaamse Milieumaatschappij, die zich vooral toelegt op de regels voor massarecreatie”, aldus Peeters. De minister verwacht dat verschillende andere recreatiedomeinen nu ook een statuutwijziging zullen willen aanvragen. “Hazewinkel beschikt reeds over de benodigde accommodatie om zwemmers optimaal te ontvangen, en de waterkwaliteit voldoet er aan de juiste normen.”

Zien we de minister hier deze zomer ook opdagen in wetsuit?

“Ik kom nog trainen voor de volgende wedstrijd in Hombeek, midden september.” Vorig jaar kreeg Peeters op die wedstrijd na 200 meter de voet van een andere zwemmer in zijn gezicht, waardoor hij tevreden moest zijn met de op twee na laatste plaats. “Die prestatie is dus zeker voor verbetering vatbaar”, aldus nog de minister.