Demonstranten voor het parlement van Georgië.
Foto: Getty Images

Cadeautje voor Kremlin en aanval op Westen: waarom 'wet op buitenlandse invloed' in Georgië zo omstreden is

In Georgië stemt het parlement vandaag over de controversiële wet op buitenlandse agenten. Volgens die wet moeten mediabedrijven en ngo's die meer dan 20 procent van hun geld uit het buitenland krijgen, zich registreren. Voorstanders van de wet verwijzen naar de VS, waar - naar eigen zeggen - een soortgelijke wet van kracht is. Tegenstanders noemen de wetgeving "een cadeautje voor het Kremlin". Hoe zit dat nu?

Al weken is het erg onrustig in de straten van Tbilisi, de hoofdstad van Georgië. Tienduizenden mensen protesteren er tegen de omstreden wet op buitenlandse agenten. Die wet verplicht ngo's en mediabedrijven om zich te registreren als ze meer dan 20 procent van hun geld uit het buitenland krijgen. Het Georgische parlement zal daar vandaag over stemmen.

De demonstranten zijn over het algemeen erg jong. Gen Z, zo noemen ze zichzelf, ofwel de generatie jongeren die zijn geboren tussen 1997 en 2012. Sommige jongeren, waarvan velen nog student zijn aan hogescholen en universiteiten, komen al bijna een maand lang dansend en zingend op straat. Overdag lijkt het tafereel op een jongerenfestival, maar 's avonds wordt de sfeer grimmiger en zet de politie traangas en rubberkogels in tegen de demonstranten.

Bekijk: Veel jongeren komen op straat tegen de wet

Videospeler inladen...

Volgens de tegenstanders is de wet een manier om kritische stemmen in Georgië monddood te maken en een inperking van de vrijheid van meningsuiting. Voorstanders ontkennen dat en argumenteren dat de wet zal leiden tot meer transparantie en meer Georgische nationale soevereiniteit. Wat is daar nu van aan?

De Russische wet...

De Wet voor de Transparantie van Buitenlandse Invloed, zoals die officieel heet, lijkt bijna woord voor woord op het wetsvoorstel dat het Georgische parlement goedkeurde in 2023. Al moest die toen na massaal protest wel opnieuw ingetrokken worden. Als de wet nu wordt aangenomen, komen er zware vereisten voor mediabedrijven en ngo's om te rapporteren over hun buitenlandse financiering. Ze moeten ook het label 'buitenlands agent' dragen. Bedrijven die zich daar niet aan houden, kunnen boetes krijgen tot 8.500 euro.

Voor ngo's en mediabedrijven is de nieuwe wet problematisch. Het label 'agenten van buitenlandse invloeden' heeft een rampzalige impact op hun geloofwaardigheid. Het doet hen uitschijnen als spionnen voor buitenlandse naties. Ngo's zijn bezorgd dat ze door het label veel moeilijker geld zullen kunnen ronselen bij hun sponsoren.

Welke bedrijven vallen onder de wet?

  • Ngo's die meer dan 20 procent financiering ontvangen van bondgenoten van Georgië, zoals de VS, de EU en Japan.
  • Humanitaire hulporganisaties die ruim 650.000 Georgiërs ondersteunen die onder de armoedegrens leven.
  • Wetenschappelijke, academische en artistieke organisaties die buitenlandse financiering krijgen.
  • Mediabedrijven en organisaties die rechtsbijstand verlenen, maar deels gefinancierd worden met buitenlands geld.

De oppositiepartijen van Georgië hebben de wet omgedoopt tot "de Russische wet". Ze vergelijken het met de wetgeving die in Rusland gebruikt wordt om de kritische stemmen van het regime van Vladimir Poetin het zwijgen op te leggen.

President Salome Zoerabisjvili - zelf tegenstander - noemt de wet "een mechanisme van buitenlandse invloed". Volgens haar heeft Rusland een vinger in de pap en wil het Kremlin op die manier het kandidaat-lidmaatschap van Georgië tot de EU beïnvloeden. Rusland ontkent dat.

Zoerabisjvili heeft al aangegeven dat ze de wet wil vetoën, maar met een parlementaire meerderheid kan de regeringspartij Georgische Droom dat veto ongedaan maken.

Dat baart de Europese Unie, die Georgië in december het kandidaat-lidmaatschap toekende, zorgen. De EU heeft al gezegd dat de wet, eens goedgekeurd, verdere integratie in de unie in de weg zou staan.

President Salome Zoerabisjvili vreest dat de wet de toetreding tot de EU in de weg zal staan.
Foto: AFP

Ook mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch (HRW) maakt zich zorgen. Niet alleen omdat de Georgische afdeling van de organisatie naar alle waarschijnlijkheid als "buitenlands agent" zal worden bestempeld, maar ook omdat de wet de fundamentele rechten van de Georgiërs bedreigt.

"Parlementariërs en overheidsmedewerkers verdedigen de wet omdat die meer transparantie zou bieden, maar ze maken ook geen geheim van de werkelijke intentie van de wet", zegt Hugh Williamson, HRW-directeur voor Europa en Centraal-Azië.

"Door onafhankelijke groepen en media te labelen als buitenlandse agenten, willen ze kritische stemmen marginaliseren en het zwijgen opleggen, ook al zijn die onmisbaar voor een goed functionerende democratie." 

... of de Amerikaanse wet?

Toch houden de voorstanders van de wet voorlopig voet bij stuk. Ze beweren dat de wet sterk lijkt op de Amerikaanse Foreign Agents Registration Act, of FARA. Ook Rusland gebruikt dat argument om zijn soortgelijke draconische wetgeving te rechtvaardigen. Alleen, dat argument houdt niet volledig steek, zo blijkt.

Al zijn er wel enkele gelijkenissen. Beide wetten hebben tot doel om transparantie te brengen in de activiteiten van personen en organisaties die met buitenlands geld worden gefinancierd. Zowel in de VS als in Georgië moeten personen en organisaties die meer dan een bepaald bedrag aan buitenlandse financiële hulp ontvangen, zich kenbaar maken als een 'buitenlandse agent'.

Toch zijn er enkele cruciale verschillen tussen de FARA en de Georgische Wet voor de Transparantie van Buitenlandse Invloed. Het verschil zit hem voor een groot deel in wie aangeduid wordt als 'buitenlandse agent'. Bij de Amerikanen gaat het dan om personen of activiteiten, in Georgië om ngo's en mediabedrijven. Die keuze hangt samen met de tijdgeest waarin de wet werd gecreëerd. 

Gericht tegen westerse bondgenoten

De Amerikaanse FARA kwam tot stand in 1938, net voor het begin van de Tweede Wereldoorlog. De wet was vooral gericht tegen lobbygroepen en consultancybedrijven die handelden in naam van nazi-Duitsland of Sovjet-Rusland. Toenmalig Amerikaanse president Franklin D. Roosevelt geloofde dat die landen een directe en imminente dreiging vormden voor de VS.

De wet kwam er dus om het land te beschermen tegen zijn vermeende vijanden, en dat is in Georgië niet het geval. Integendeel, want de VS en de EU zijn bondgenoten van Georgië. Toch beschuldigen ze de Verenigde Staten en de Europese Unie als de 'buitenlandse agenten' die "de revolutie" financieren.

"Op die manier worden de VS en de EU door Georgië eigenlijk over dezelfde kam geschoren als nazi-Duitsland in 1938", vertelt Ted Jonas. Hij heeft de dubbele Amerikaans-Georgische nationaliteit en is mede-oprichter van het Nationaal Democratische Instituut voor Internationale Zaken in Tbilisi.

"Nochtans hebben die landen de laatste 30 jaar miljarden euro's aan buitenlandse hulp geschonken aan Georgië en heeft de EU het kandidaat-lidmaatschap aan Georgië verleend."

Maar misschien wel het belangrijkste verschil tussen de 2 landen: in de Verenigde Staten is er een gerechtelijke procedure nodig om iemand publiekelijk als 'buitenlands agent' te bestempelen. Een rechtbank moet daarover dus oordelen. 

In Georgië is dat niet het geval. Daar heeft de regering veel bevoegdheden om zelf te bepalen wie als buitenlands agent wordt beschouwd. Er is ook weinig controle op de toepassing van de wet, wat kan leiden tot misbruik om onafhankelijke stemmen te onderdrukken.

"Het Georgische publiek moet daarom de wet herkennen als wat die is: een aanval op de westerse bondgenoten van het land en een cadeautje voor de Russische Federatie", concludeert Ted Jonas.

Meest gelezen