© Photo News

Lotto Soudal bereidt op winterstage cruciaal seizoen voor met nieuwe spurter en kopman die uit is op revanche

Lotto Soudal verblijft momenteel in het Rafa Nadal Sports Centre in Mallorca om zich voor te bereiden op het nieuwe, cruciale seizoen. De ploeg telt zeven nieuwe renners en zag zes jongens andere oorden opzoeken. Caleb Ewan is de grootste transfer voor de Belgische formatie en moet in de plaats van André Greipel voor ritzeges zorgen. Maar ook Jens Keukeleire is uit op revanche. De jonge Brent Van Moer staat dan weer voor een belangrijk overgangsjaar.

Caleb Ewan is erop gebrand om een sterk 2019 te rijden. “2018 was geen succes”, geeft de Australiër toe. “Volgend seizoen wil ik beter doen.”

De 24-jarige Ewan kende niet meteen een goed seizoen. Ja, hij werd tweede in Milaan-Sanremo, na Vincenzo Nibali, maar verder wist de veelwinnaar slechts drie zeges op zijn naam te brengen: een rit in de Tour Down Under, de Clasica Almeria en een rit in de Tour of Britain. Te weinig, vindt hij zelf, al voegde hij daar meteen aan toe dat hij slechts 50 koersdagen op de teller had. Naar het verleden wil hij niet te veel kijken, maar zijn oude team Mitchelton-Scott maakte het hem moeilijk in de laatste maanden toen bekend werd dat hij richting Lotto Soudal zou trekken. Het kostte hem zijn deelname aan de Tour de France, waar hij normaal zijn debuut zou maken, en ook moest hij thuisblijven van de Vuelta. “Dat is vroeger, ik kijk nu vooral vooruit”, aldus Ewan. “Ik ben blij dat ik in een team terecht kom waar de sprint van belang is en waar al een sprinttraditie heerst. Ik voel me al goed ingeburgerd, de sfeer is vrij relax en we vertoeven hier in een prachtige omgeving om het seizoen voor te bereiden.”

“Ik had graag veel bijgeleerd van Greipel”

© Photo News

Ewan won al een rit in de Giro en in de Vuelta, is snel en zal bij Lotto Soudal in de sprint dus voor zeges moeten zorgen. André Greipel maakt niet langer deel uit van de ploeg, hoewel de Duitser wel graag wilde blijven. “Ik had natuurlijk graag veel bijgeleerd van André”, zegt ook Ewan, “maar je kan de situatie nu niet veranderen. Hij zal in 2019 voor een ander team koersen. Ja, het zorgt misschien voor iets meer druk bij mij, maar anderzijds ben ik dat ook wel gewoon dat ik moet winnen en leg ik mezelf ook die druk op. Het feit dat er nu maar één sprinter is in de ploeg neemt wellicht wel de onderlinge strijd weg, wie welke wedstrijden mag rijden. Dus biedt deze situatie voor- en nadelen. Hoe dan ook, ik ben erop gebrand hier voor succes te zorgen. Ik denk ook op de langere termijn (zijn contract loopt tot eind 2020, red) en ik wil hier graag lang blijven en een ploeg, een sprinttrein uitbouwen over de jaren heen, met een groep jongens die lang meedraait, zoals André dat in het verleden heeft gedaan.”

“Nog oefenen op leadout”

Ewan bracht Roger Kluge mee van Mitchelton-Scott. Verder is er ook Adam Blythe die hem moet ondersteunen in de sprint, net zoals Jasper De Buyst. “We hebben hier al een paar keer sprinttrainingen afgewerkt”, zegt hij, “het is nog een beetje zoeken. In het verleden stond ik er vaak alleen voor of had ik slechts één mannetje, soms eens twee in steun. Nu zal ik een echte leadout hebben en daar moet je toch op oefenen. Dat zal misschien één maand tijd vragen, maar het kan ook tot een jaar duren. Ik kijk er alleszins naar uit en het is ook iets dat we via wedstrijden zullen leren. Hoe mijn sprinttrein eruit zal zien? Dat zal variëren, maar een aantal jongens zullen wel terugkeren in die combinatie, al heeft Jasper ook zijn eigen ambitie - en terecht - om in bepaalde wedstrijden te scoren.”

Caleb Ewan begint zijn seizoen met het nationaal kampioenschap in Australië, daarna de Tour Down Under (15-20/01) en vervolgens de Cadel Evans Road Race (27 januari). Daarna volgt een korte rustperiode, om dan opnieuw van start te gaan in de UAE Tour (25/2-2/3), daarna staan Parijs-Nice (10-17 maart) en Milaan-Sanremo (23 maart) op het programma. Meteen daarna volgt een tweede korte rustperiode. Zijn grote doel is de Tour de France waar hij zijn debuut wil maken. “Mogelijk rijd ik ook de Giro nog, maar daar is nog geen zekerheid over. Vooral de Tour is het doel, we zien wel nog hoe het programma loopt verder dit seizoen.”

Jens Keukeleire wil rotjaar snel achter zich laten

Jens Keukeleire kende een moeilijk debuut bij zijn nieuwe ploeg Lotto Soudal. De dertigjarige renner kampte met ziekte in het voorjaar en viel uit de Tour in de kasseirit. Hij hoopt in zijn tweede jaar bij de Belgische formatie opnieuw te tonen wat hij in zijn mars heeft.

© Photo News

Keukeleire maakte na een jarenlang Australisch verblijf vorig seizoen de overstap naar Lotto Soudal. Hij werd naast Tiesj Benoot de kopman in het Vlaamse voorjaar, maar ziekte dwarsboomde zijn plannen en hij miste heel wat wedstrijden, zo ging Dwars Door Vlaanderen, E3 Harelbeke, Gent-Wevelgem en ook de Ronde van Vlaanderen aan hem voorbij. Hij maakte pas zijn rentree in Parijs-Roubaix. Wel won de West-Vlaming voor het tweede jaar op rij de Baloise Belgium Tour eind mei en bereidde hij zich nadien met veel ambitie voor op de Tour de France. Daar raakte hij betrokken in de valpartij in de rit naar Roubaix die ook Richie Porte de Tour kostte en moest hij daags nadien huiswaarts keren met een knieblessure.

De winnaar van een Vueltarit in 2016 startte met veel goesting aan het nieuwe seizoen. “Ja, ik ben echt enorm hongerig naar 2019”, geeft hij toe, “ik wil dit rotjaar zo snel mogelijk achter me laten en in 2019 graag eens gespaard blijven van pech en ziekte. Dit voorjaar wil ik niet opnieuw in de zetel beleven, maar mee koers maken, tonen dat ik progressie heb gemaakt.”

“Tiesj is een sterkere renner dan ik”

© Photo News

Tiesj Benoot won het voorbije jaar de Strade Bianche. Staat die nu wat hoger in de pikorde? “Voor mij verandert dat niet veel”, zegt hij daarover, “ik wist altijd al dat Tiesj grote koersen kon winnen. Hij is ook een sterkere renner dan ik, maar ik heb zeker ook mijn plaats naast hem in de ploeg. Je kan maar beter meerdere troeven hebben en ik kan zeker ook mijn rol spelen, in die voorjaarswedstrijden en wellicht ook een paar keer in de trein van Caleb Ewan (zijn oud-ploegmaat ook bij Orica, red), al zal ik er wel geen vaste pion zijn.”

Net zoals het voorbije seizoen start Keukeleire het nieuwe jaar op Zuid-Amerikaanse bodem met de Ronde van San Juan in Argentinië eind januari. “Dat bleek een goede ervaring en wil ik ook nu herhalen. Nieuw is wel dat ik daarna op hoogtestage trek naar de Sierra Nevada in februari, samen met Tiesj Benoot (die zo’n stage ook het voorbije jaar inlaste na Argentinië, red) en Jelle Wallays. In het verleden heb ik al altijd goed gereageerd op hoogtestages die ik afwerkte in mei, nu gaan we dat ook eens proberen in de winter. Vervolgens staat het openingsweekend op het programma met de Omloop Het Nieuwsblad. Kuurne rijd ik niet, de GP Samyn wel. Vervolgens de Strade Bianche en Tirenno-Adriatico. Daarna moeten we het programma nog eens bekijken.”

Brent Van Moer staat voor belangrijk overgangsjaar

Brent Van Moer behaalde zilver op het jongste WK tijdrijden voor beloften in Innsbruck. De twintigjarige Oost-Vlaming koerst momenteel bij de beloften van Lotto Soudal en maakt in juli 2019 de overstap naar de profs. Momenteel verblijft hij ook met de profs op stage in Mallorca.

© Photo News

Van Moer was tweedejaarsbelofte toen hij ietwat verrassend een zilveren medaille op het WK tijdrijden bij de U23 behaalde in september van dit jaar. In principe mag hij dus nog twee jaar bij de beloften rijden, maar allerlei ploegen trokken aan zijn mouw, onder meer Sport Vlaanderen-Baloise en de Waaslander besloot uiteindelijk om in het vertrouwde nest te blijven en de overstap van de beloften naar de profs in juli 2019 te maken bij Lotto Soudal. “Dit is voor mij de beste oplossing”, zegt hij, “nu kan ik nog een mooi voorjaar rijden bij de beloften en daarna vanaf de zomer heel veel bijleren bij de profs. Hopelijk kan ik dan over twee jaar zelf een mooie campagne afwerken bij de profs.”

“Amai, het gaat er hier wel professioneler aan toe”

Van Moer vertoeft nu ook op trainingsstage met de profs. “Amai, het gaat er hier wel een pak professioneler aan toe dan bij de beloften”, vertelde hij in Mallorca. “We trainen hier echt stevig en ik amuseer me. De sfeer is goed en ik vind het plezant om hier te zijn. Samen met Gerben (Thijssen, die ook in juli de overstap maakt, red) train ik mee met de groep die elke dag de minste trainingskilometers- en uren afwerkt. We zijn nog jong, we mogen ons niet verbranden. Bovendien begint het seizoen bij de beloften ook pas laat, op drie maart, dus wij hoeven hier niet te trainen met de jongens die al goed willen zijn in januari voor de Tour Down Under.”

Van Moer werd het voorbije seizoen zesde in Parijs-Roubaix en tweede in de Omloop. De renner vertelde na het WK dat hij ook droomt van de Vlaamse klassiekers en niet enkel van dat tijdrijden. “Ik wil vooral nog zoveel mogelijk van alles proeven”, legt hij uit. “Mijn zilveren medaille op het WK was heel mooi, maar ik weet nog niet wat ik waard ben bij de profs als het om tijdrijden gaat. Ik ga natuurlijk blijven schaven aan dat tijdrijden, ik wil nog altijd veel bijleren, ook van ploegmaat Victor Campenaerts, van Kevin De Weert, van mijn eigen trainer. Kijk naar de eerste helft van het voorbije seizoen: toen moest ik nog enorm hard werken aan die tijdrit, was het voortdurend zoeken naar de juiste positie, de juiste wattages en won ik ook geen koersen, maar moest ik telkens vrede nemen met ereplaatsen. Pas vanaf juli vielen allen puzzelstukjes stilaan in elkaar en op het WK haalde ik dan dat zilver, maar ook voor mij was dat een verrassing. Het is nu te vroeg om al keuzes te maken. Ik wil graag een mooi voorjaar rijden, in die klassiekers, en dan op het WK bij de beloften zeker ook weer mikken op die tijdrit. Over een paar jaar zien we dan wel wat voor soort renner ik ben.”

Aangeboden door onze partners
Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer