Direct naar artikelinhoud

Schaatscoach Johan de Wit: 'Ik weet hoe goed je bent als je Wüst verslaat'

Zoals Sven Kramer twaalf jaar het allroundideaal bij mannen belichaamde, deed Ireen Wüst dat bij de vrouwen. Elf edities achter elkaar won een van beide Nederlanders de mondiale allroundtitel, vier keer deden ze het tegelijkertijd, maar aan hun heerschappij kwam in Amsterdam een einde. De Japanse Miho Takagi liet zien dat Wüst niet onaantastbaar is.

Het Olympisch StadionBeeld Klaas Jan van der Weij

De 31-jarige Brabantse kende haar status. De enige die de laatste jaren tegenwicht kon bieden was de Tsjechische Martina Sablikova. Als zij er niet was, of niet in goede gezondheid verkeerde, kon ze spelen met de concurrentie. Het minst bedreigd voelde ze zich op het WK allround van 2014. 'Toen kwam Sablikova niet eens. Toen ging ik met iets van 30 seconden voorsprong de laatste afstand in.'

Het gebrek aan tegenstand deed afbreuk aan de overwinning. 'Het was een titel, maar niet een van mijn mooiste. Die van Calgary in 2011 was mooier. Die was heel zwaar bevochten. Christine Nesbitt was heel snel op de 500 en 1.500 meter, Sablikova op de 3 en 5. Toen stond ik van twee kanten onder druk.'

Van een afstandje zag Johan de Wit, toen nog schaatscoach in Nederland, hoe veel, vooral buitenlandse, rijdsters zich zonder tegenstribbelen leken neer te leggen bij Wüsts status als bijna ongenaakbare allroundster.

Onwijs sterke kop

Toen de Alkmaarder in Japan aan de slag ging, vond hij die houding ook bij zijn pupillen. 'De hele wereld keek op tegen Wüst. Terecht, want ze is fantastisch, maar anderen moeten ook kunnen wat zij kan. Ze is niet exceptioneel qua lichaam, wel exceptioneel qua hoofd. Ze heeft een onwijs sterke kop.'

Hij moest het uit de hoofden van zijn rijdsters praten dat het allroundgoud al bij voorbaat vergeven zou zijn met Wüst aan de start. 'Dat is waar ik constant mee bezig ben. Zeggen: wat anderen kunnen, dat kunnen wij ook.' Die les sloeg het beste aan bij Takagi, die ondanks haar jonge leeftijd (23) er al een heel schaatsleven op had zitten voordat ze bij De Wit tot wasdom kwam.

Ireen Wust (rechts) en Miho Takagi op de 1.500 meterBeeld Klaas Jan van der Weij

Gehard door de strenge Japanse jeugdtrainers stond ze op haar 15de al op de Winterspelen in Vancouver, maar eindigde op de 1.000 en 1.500 meter ergens aan de onderkant van het uitslagenblad. Vier jaar later in Sotsji was ze er niet eens bij.

De Wit trof bij zijn aanstelling in Takagi een haast on-Japanse vrouw. Ze weet wat ze wil en ze zorgt dat ze haar zaakjes op orde heeft. In Japan zijn de schaatsers net als in Nederland meestal prof, maar goedbetaalde contracten bij sponsorploegen hebben ze niet. In plaats van een overeenkomst met een team, staan ze op de loonlijst bij bedrijven of instellingen.

Takagi wordt betaald door de school waar ze haar sportopleiding genoot. Het is meer dan een papieren baan. Ze wordt geacht af en toe op haar werk in Tokio te verschijnen. Wat ze dan precies moet doen, weet coach De Wit niet, wel dat ze in de planning van dat werk en zijn trainingsschema nadrukkelijker het voortouw neemt dan haar ploeggenotes.

Die houding heeft ze ook op het ijs. Terwijl De Wit voor de slotrit zenuwachtig heen en weer rende, met een schuin oog op de weersverwachting, bereidde Takagi zich kalmpjes voor op haar race. Ze laat zich niet snel gekmaken.

Allrounden stelt in Japan niet veel voor. Voor zaterdag was er nog nooit een Japanner wereldkampioen geworden

Behalve dan op de Winterspelen, waar de druk op haar en de Japanse ploeg onmenselijke vormen aannam. Het Japans olympisch comité, de schaatsbond en hun werkgevers, iedereen wilde goud zien.

Die verwachting werd alleen op de ploegenachtervolging verwezenlijkt. Individueel kwam Takagi tot zilver (1.500 m) en brons (1.000 m). Een heel eskader journalisten stond haar bij elke wedstrijd in Gangneung op te wachten. Die gekte ontbrak in Amsterdam en haar zenuwen dus ook.' Hier was ze veel rustiger.'

Allrounden stelt in Japan niet veel voor. Voor zaterdag was er nog nooit een Japanner wereldkampioen geworden. De Wit kon moeilijk inschatten wat de titel bij zijn pupil los zal maken, maar voor hemzelf betekende de overwinning veel. 'Dit is voor mij echt heel gaaf. Ik houd echt van allrounden. Ik vind het verschrikkelijk mooi. Ik weet wat dit waard is. Ik weet hoe goed je bent als je Wüst verslaat.'

Hoopvolle titel

Het is een hoopvolle titel, vindt De Wit. Niet alleen voor het Japanse schaatsen, maar voor iedereen die droomt van succes op de ijzers. 'Ik denk dat wij laten zien dat alles mogelijk is. Dat als je alles goed voor elkaar hebt, dat je dan net zo hard kunt schaatsen als Ireen Wüst.'

De Nederlandse, die doorgaans slecht tegen haar verlies kan, had vrede met haar nederlaag waarvan de kiem lag op haar matige 500 meter. 'Takagi reed zoveel harder dan de rest. Ze was een klasse apart.'

Het verdriet van Wüst werd verzacht door de sfeer in het Olympisch Stadion. 'Ondanks de wind en regen en de gekke omstandigheden gaf het echt een kick om hier te rijden.'

De Nederlandse, die doorgaans slecht tegen haar verlies kan, had vrede met haar nederlaag