Direct naar artikelinhoud
Interview

"Liever een eerlijke racist dan een multiculti die doet alsof"

Jamila Channouf: 'Sommige ‘missionarissen’ van de integratie-industrie vergroten problemen uit, rijven centjes binnen en houden zo de eigen winkel in stand.’Beeld Karoly Effenberger

Superdiversiteitsrebel Jamila Channouf (38) schreef een tussentijdse autobiografie over haar bewogen leven. Maar u mag het boek ook lezen als een waarschuwing voor polariserende versplintering. "We moeten minder praten over identiteit en meer over stabiliteit."

De laatste keer dat we Jamila Channouf interviewden, was in juni 2015. Ze is niet veel veranderd en ze is wél veel veranderd. We beschreven haar toen als ‘een belevenis, een spraakwaterval, een energiebom en een grapjas’. Dat is ze nog steeds. Er gaat geen minuut voorbij of de bezielster van de Gentse Lente, de Flamingranten Pride en nog zoveel andere cultuurevenementen begint te schaterlachen. Spitse ideeën, daadkracht en een grote mond, ook dat schreven we bijna drie jaar geleden. Praten met Jamila Channouf was ook toen een bijzondere ervaring omdat ze bepaalde woorden nooit gebruikt: ‘tegen’, ‘anti’, ‘protest’, ‘conflict’. “Die woorden zitten er bij mij niet in”, vertelde ze.

Maar het is nu maart 2018 en meer dan vroeger zit er hoogdringendheid, ongeduld en ongerustheid in haar boodschap. Channouf praat meer in korte, snelle zinnen. Soms zelfs bijna in slogans. “We moeten minder praten over identiteit en meer over stabiliteit.” “We moeten dit thema normaliseren, niet problematiseren en emotionaliseren.” “Liever een eerlijke racist dan een multiculti die doet alsof.”

Ik kan me vergissen, maar soms zit er ook wel paniek in haar stem. Wat misschien verklaart waarom sommigen Channouf tegenwoordig als ‘een ongeleid projectiel’ omschrijven dat van het ene project naar het andere, van het ene optreden naar het andere, en van het ene debat naar het andere holt.

Ongeleid projectiel: het is een omschrijving die haar geen recht doet. Want je zou voor minder ongerust en rusteloos worden. Sinds juni 2015 is er veel gebeurd, zeker voor mensen die het als hun roeping beschouwen om de kloof tussen groepen te dichten. In juni 2015 had je Charlie Hebdo al gehad, maar de aanslagen in Parijs op 13 november en Brussel op 22 maart moesten nog komen. In de lente van 2015 had je ook nog geen para’s op straat en de grote vluchtelingenbeweging over de Middellandse Zee was nog niet op haar hoogtepunt.

Channouf vertelt hoe ze aanvoelt dat de verharding zich doorzet en hoe ze bijna machteloos moet toezien hoe haar belangrijkste raad om alstublieft snel werk te maken van de emancipatie van de Marokkaanse man in de wind werd geslagen. Ze zal dat pleidooi vandaag herhalen, bijna in dezelfde bewoordingen als drie jaar geleden maar met meer uitroeptekens. “Als ik zie hoe een hele generatie niet is kunnen doorstromen naar het middelbaar onderwijs maar naar gesloten instellingen en de gevangenis, raakt me dat diep. Veel van die mannen zijn hun leven kwijt omdat de maatschappij niet klaar was om de tweede en de derde generatie te accepteren. Daaraan iets doen, is geen onmogelijke opdracht. Want ik zie bij jongeren zo veel talenten, zo veel goesting om er iets van te maken. Het wordt tijd dat we ze meer kansen geven, meer vertrouwen, een plek.”

'Veel Marokkaanse mannen zijn hun leven kwijt omdat de maatschappij niet klaar was om de tweede en de derde generatie te accepteren'
Jamila Channouf

In één gulp

Ongeduld, boosheid, frustratie, hoogdringendheid: dit alles klinkt ook door in Sandwichkinderen, het boek dat Jamila Channouf deze week voorstelt. Een boek dat er blijkbaar in één gulp is uitgekomen, want ze heeft het in amper tien dagen geschreven. “Aan een zwembad in Turkije”, vertelt ze. “Terwijl mijn kinderen gelukzalig in het water aan het spelen waren, vond ik enkele momenten van rust. Ik heb die dan maar gebruikt om dit boek te schrijven.”

Sandwichkinderen is een tussentijdse autobiografie. Een voorlopige levensloop van een Belgisch-Marokkaanse die in de jaren 80, 90 opgroeit in Borgerhout op het moment dat het Vlaams Blok daar zijn eerste overwinningen boekt.

Ze zag hoe het haatdiscours zijn werk deed, maar ook hoe de realiteit ondanks alles zachter, genuanceerder, ingewikkelder en meer brokkelig bleef dan de scherpe woorden van het Blok. Duizend-en-een verschillen ziet Channouf tussen het cliché van de zakkenvullende Marokkaan en haar eigen analfabete moeder die opkeek naar Leo Tindemans en koning Boudewijn maar eigenlijk toch vooral bezig was met haar kinderen en de prijs van javel.

Het boek is deels een ode aan haar vader die de kleine Jamila inpepert dat ze op andere mensen moet afstappen en dat het opblazen van bruggen zowat het domste is wat je kunt doen. Het is ook haar vader die haar opdraagt om Marie-Jeanne, een witte buurvrouw die voortdurend racistische praat verkoopt, te helpen met haar boodschappen en haar eenzaamheid. De relatie tussen het Belgo-Marokkaanse meisje en de Bastos paffende Marie-Jeanne kent zijn meest bizarre moment wanneer het duo op Zwarte Zondag terugkeert van het stembureau: “Toen ze uit het stemhokje kwam, zei ze dat ze ‘voor de goei’ had gestemd. Dat ze maar eens grote kuis moesten houden met al die makakken. Ik heb haar hand niet losgelaten: Marie-Jeanne was voor mij in de eerste plaats een vereenzaamde vrouw met pleinvrees. Het menselijke primeerde, ja zelfs op dat moment.”

'In Gent is het wij-zij-denken subtieler aanwezig, maar misschien daardoor ook wel verraderlijker'
Jamila Channouf

‘Enorme klap’

Zeker sinds de aanslagen van 22 maart, “de dag dat ik een enorme klop kreeg” mist Channouf haar vader. “Wat gebeurt er eigenlijk rondom ons?”, vraagt ze aan haar vader. “Jij zou nooit kiezen voor het splitsen en opdelen van mensen. Jij zou nooit ofte nimmer kiezen voor mensen die haat prediken. Jij zou ook nooit kiezen voor de sterksten. En jij zou nooit iemand doden. Nu zijn we zover, vader, dat we enkel nog schuldigen zoeken. Ik voel me verweesd te midden van alles en iedereen. Ik begrijp het niet meer.”

Channouf begrijpt ook niet wat er met de waarden is gebeurd die haar vader zijn hele leven met overgave verdedigde. “Een vanzelfsprekend en rotsvast vertrouwen in het goede, in gastvrijheid, familiegevoel en onvoorwaardelijke liefde voor kinderen. Met die waarden zouden we toch al een heel eind moeten komen. Maar ik stel vast dat ze overwoekerd zijn geraakt door… Ja, door wat eigenlijk: een vreemde mengeling van individualisme, angst, geldgewin en het gevoel dat ‘de andere’ altijd iets zal afpakken. Een wij-zij-denken waarin we helaas bijzonder bedreven zijn geraakt.”

Jamila Channouf: 'We kennen elkaar al veel beter dan we denken. Ondertussen leven de burgers al jaren met de zogezegde ‘andere'.'Beeld Karoly Effenberger

Dat jammerlijke talent om vooral verschillen te zien, treft Channouf trouwens niet alleen aan in Antwerpen, maar ook in Gent, de stad waar ze naartoe vluchtte, op zoek naar vrijheid en naar zuurstof. “In Gent is het wij-zij-denken subtieler aanwezig, maar misschien daardoor ook wel verraderlijker. Ik zie hoe enkele integratiepausen rond het modieuze identiteitsdebat een echte industrie hebben opgebouwd en vooral uitpakken met paternalistische projecten die van bovenuit worden opgelegd. Veel woorden, weinig daden. De voorverpakte diversiteit van de subsidiemaffia. Niet goed bezig.”

Het is op dit moment dat ze uitpakt met de boutade dat ze “een eerlijke racist” verkiest boven “een multiculti die doet alsof”. Want sommige “missionarissen” van de integratie-industrie doen langs links eigenlijk hetzelfde als wat de racisten langs rechts doen: “Problemen uitvergroten, de wij-zij-kloof benadrukken, zich opsluiten in de hoofddoekendiscussie, het identiteitsdebat uitmelken, het gezond verstand vertroebelen en – vooral – de eigen winkel in stand houden en centjes binnenrijven.”

Aldi, Brico, Primark

In haar boek pleit Channouf voor echte verbinding. “Wat ik bedoel is dat we ons moeten verlossen van het kunstmatige wij-zij-denken en vooral naar de realiteit moeten blijven kijken. Het is bijvoorbeeld fout om alle ondernemers als discriminerende racisten te bestempelen, want ik ken bijzonder veel bedrijfsleiders die wél kansen creëren voor Belgen van verschillende afkomst. Er zijn zo veel mensen die wél voor cohesie zorgen. Vooral die verhalen moeten verteld worden.

'Waarom ontketenen we telkens weer een Derde Wereldoorlog rond die hoofddoek van veertig vierkante centimeter? Terwijl we amper praten over de vrouwenbesnijdenis die in België nog steeds voorkomt'
Jamila Channouf

“Maar ook de echte problemen moet je benoemen. Waarom ontketenen we telkens weer een Derde Wereldoorlog rond die hoofddoek van ocharme veertig vierkante centimeter? Terwijl we amper praten over de weerzinwekkende praktijk van de vrouwenbesnijdenis die in België nog steeds voorkomt. Ook over zoiets afschuwelijks praten als vrouwenbesnijdenis werkt verbindend: omdat zowel Vlaamse vrouwen als Vlaams-Marokkaanse vrouwen dit verschrikkelijk vinden en front kunnen vormen.”

Het typeert Channouf: in plaats van de oplossingen in allerlei wetenschappelijke theorieën en hyperbolen te zoeken, houdt ze van de eenvoud. “Dat is het nu net: in plaats van dit thema oneindig ingewikkeld, emotioneel en polariserend te maken, zouden we het beter normaliseren. Problemen rustig vastnemen, ze langs alle kanten bekijken, er met elkaar over praten.” We kunnen dat aan, zegt Channouf: “We kennen elkaar al veel beter dan we denken. Ondertussen leven de burgers al jaren met de zogezegde ‘andere’. We delen een verleden en zelfs een toekomst, de Aldi, de Brico, de Primark, scholen, pleinen en stadsparken, ook de dode slachtoffers die vielen in Zaventem en Maalbeek: een bonte mengeling.”