Na enkele publieke missers schopt Morrissey weer op de vertrouwde schenen: dit vindt onze man van zijn nieuwe soloplaat

© Sam Rayner

Geen Morrissey-plaat zonder een fikse dosis politiek. Op Low in High School, zijn elfde soloworp, krabbelt de zanger van The Smiths overeind na enkele publieke missers en schopt hij weer op de vertrouwde schenen van staatsleiders en despoten. Dat, samen met een dozijn oerdegelijke songs, mag Morrissey weer uw liefde opleveren. Of tilt u nog steeds zo zwaar aan zijn ban op paardenworst?

Dennis Van Goethem

MORRISSEY - ‘Low in High School’

“A landmark record.” Zo christende zoetgevooisde zeurkous Morrissey vooraf zijn nieuwste boorling. Een baanbrekende plaat, als antigif voor een muziekindustrie “die ­gemonitord wordt om politieke boodschappen te filteren”. Nou. Ook de concullega’s over het ­Kanaal waarschuwden al voor “zijn meest geladen, controversiële en agressieve werk”. Ze nemen dezer dagen tekstflarden als “exit! exit! exit!” en “this country makes me sick” vrij persoonlijk, die Brexiteers. Goed nieuws voor het neutrale vastelandvolk: Low in High School is gewoon gefundenes Fressen voor Morrissey-fans. Gepeperde britpop die het verder durft te zoeken, hier en daar een snuif dramatiek en een very ­pissed off guy achter de micro.

Straf dat Morrissey onze sympathie nog kan kietelen na enkele, wel ja, ­ambigue uitspraken. Hij is en blijft de fucking frontman van The fucking Smiths – daar kom je bij ons ver mee – maar de steunpijler van het Britse anti-establishment week de laatste jaren lelijk af naar rechts. Hij noemde Nigel ­Farage zonder blozen een toffe pee en zei dat hij migranten liever vandaag dan morgen buiten gebonjourd zag. Zonder ironie. Ook het halve UK floot zijn goudhaantje uit toen hij na de aanslag in Manchester de overheid een sneer gaf. The Smiths­gitarist Johnny Marr verslikte zich zo hard in Morrisseys onfrisse woorden dat hij een reünie met dikke stift van zijn to do-list schrapte. En wij zijn dat verbod op paardenworst tijdens de Lokerse Feesten van 2011 ook nog niet vergeten. Blasfemie!

Maar met Low in High School lijkt Morrissey ze weer op een ­rijtje te hebben. Naar zijn doen, toch. Een blik op de hoes zegt ­genoeg: een sippe knul die met bijl en protestbord klaarstaat om de monarchie een kopje kleiner te maken. Morrissey schopt als vanouds tegen de schenen, spoort de jeugd aan hetzelfde te doen en vraagt om oorlog in te ruilen voor zoete liefde. De idealist leeft nog.

(lees verder onder de foto)

Protestzanger, geen beleidvoerder

Als je zijn teksten mag geloven, staat the Moz weer op het punt z’n schoenzolen op te vreten bij het zien van zo veel geklooi in de wereld. Presidenten – u raadt wel wie – en oliemagnaten krijgen een pak slaag in All The Young People Must Fall In Love, en ook de media hebben het verkorven. “I recommend you to stop watching the news, ‘cause it contrives to frighten you”, adviseert hij in Spend The Day In Bed. Opener My Love, I’d Do Anything is een marslied voor kwade Britse meutes – “society is hell!” – maar de Morrissey die vroeger Thatcher nog richting guillotine zong, is op zijn 58ste milder voor huidig premier May. Want zelf heeft hij de antwoorden ook niet, geeft hij toe. Een protestzanger is geen ­beleidvoerder. En als de oplossing van iemand moet komen, dan van het gepeupel.­­ ­Parce que l’état, ce n’est pas Morrissey, c’est nous.

#MeToo

Alle galspuwerij op een stokje, met Low in High School vertoeft Morrissey in een genietbare staat. Niet op het niveau van meesterworp World Peace is None of Your Business, maar zeker de evenknie van Years of Refusal. Ook mooi, toch? De band frunnikt dit keer meer aan nerveuze synthesizers dan stevige gitaren-in-huppelpas – mooiste exponent daarvan is I Wish You Lonely –, In Your Lap blijft een ingetogen pianoballade. Het buitenbeentje heet When You Open Your Legs. Die smokkelt ­kitscherige gipsy binnen op de plaat, maar valt uit de toon in het rijtje van politieke songs. The Girl From Tel-Aviv Who Wouldn’t Kneel doet dat niet en heult met sterke ­vrouwen in het Midden-Oosten. #MeToo, ook hier.

Geladen en agressief is het album zeker, controversieel een stuk minder dan gevreesd. Enkel de slotsong, die de lei van Israël nogal ongenuanceerd schoonveegt, helt op het randje. Maar grosso modo toont Morrissey zich weer een charming man. Als ie voortaan z’n mond houdt over ­Farage, tenminste.

Lees meer

Hoofdpunten

Keuze van de redactie

Video