© Photo News

Antwerp houdt leider Club Brugge in bedwang, maar blijft met lege handen achter: “Op fysiek vlak waren we sterker”

Na stunts tegen Zulte Waregem, AA Gent en Anderlecht was het dit keer net niet voor Antwerp. Na een slechte eerste helft kon het leider Club Brugge toch in verlegenheid brengen, maar de efficiëntie ontbrak. “Jammer, want op het einde toonden we echt powerplay.”

DAVID VAN DEN BROECK,, STIJN DRUANT

Speciale man toch, die Laszlo Bölöni. Zo’n half uur na de match kwam hij de perszaal van Jan Breydel binnen en nam voorin plaats op zijn stoel. Iets te vroeg, want van collega Ivan Leko was nog geen spoor. Waarop Bölöni de perschef van Antwerp, door de micro, vraagt waarom hij er alleen zit. “Er moet nog gewacht worden op Leko”, klinkt het. “Oké, maar niet te lang. Ik voel me geïntimideerd door die mensen voor mij.” Dertig seconden later vertrekt hij, waarna Leko toch arriveert en op zijn beurt twee minuten moet wachten op Bölöni.

© BELGA

Zijn (volledig correcte) analyse klonk als volgt. “Ik heb een groot gevecht gezien, maar geen groot spektakel”, aldus de Roemeen. Getuige ook het doelpunt van Bruggeverdediger Decarli, dat niks met academisch voetbal te maken had, maar wel met geluk en alertheid. “In de eerste helft werden we gedomineerd. We waren te laat in de duels, tweede op de bal en maakten te veel technische fouten. Misschien waren we onder de indruk van de tegenstander, zoals de scheidsrechter ook onder de indruk leek van het ongelooflijke Brugse publiek. Maar na rust was er meer evenwicht, en op het einde van de rit verdienden we zeker een gelijkspel. Daar kregen we ook de kansen voor, maar we hebben onszelf niet beloond. Toch kan ik trots terugblikken op de prestatie van mijn spelers.”

Spartaans regime

Met dank aan zijn organisatie - al had hij met Owusu in steun van Oulare net een aanvallende verrassing in petto - en zijn spartaans regime. Want dat Antwerp gistermiddag Club Brugge op eigen veld het zo moeilijk kon maken, is het gevolg van Bölöni’s loodzware seizoensvoorbereiding. De meest ervaren spelers wisten afgelopen zomer niet wat hen overkwam, maar moeten nu toegeven dat het harde (loop)werk geloond heeft. We zijn elf speeldagen ver en Antwerp toont zich fysiek sterker dan de fiere en eenzame leider in eerste klasse: straffe kost.

© Photo News

Maar dat sterke laatste halfuur leverde dus geen punten op, en dat zorgde toch wel voor ontgoocheling bij de spelers.

“Voor rust was het oorlog en kwamen we overal een stapje tekort, die vier gele kaarten bewijzen dat ook”, zei Geoffry Hairemans, die het zelf ook knap lastig had. “Maar op basis van onze tweede helft had er zeker meer ingezeten. We waren fysiek sterk, stonden ons mannetje in de duels en zorgden voor heel wat druk en kansen - twee keer Haroun, en Oulare met een kopbal. Jammer dat geen enkele binnen ging.”

Bang gemaakt

Faris Haroun, die er mee voor zorgde dat Hans Vanaken onzichtbaar was, baalde evenzeer. “We verdienden hier minstens een punt. Het laatste halfuur hebben we hen bang gemaakt. Tactisch klopte het plaatje sowieso en in het slot gingen we op fysiek vlak over Brugge. Op powerplay kwamen we ook aan kansen, maar we hebben ze niet afgemaakt. Jammer, want eigenlijk was er tussen beide teams geen verschil te zien.”

Donderdag een nieuwe kans, in eigen huis, opnieuw tegen een topclub. Nu ja, Standard staat drie punten achter Antwerp. Bölöni zal tegen zijn ex-club, waarmee hij in 2009 nog de titel pakte, zelf extra gebrand zijn op een stunt.