© BELGAIMAGE

Net nu Trump nucleair akkoord opblaast: 400.000 Belgen kwamen exact 35 jaar geleden op straat tegen kernbommen

Het is vandaag 35 jaar geleden dat de grootste betoging ooit door de straten van Brussel trok. De derde antirakettenmanifestatie, op 23 oktober 1983, lokte 400.000 mensen. Nu president Trump het nucleair akkoord met Rusland wil opblazen, is dat jubileum actueler dan ooit.

Patrick Vincent

“Ik zie me nog staan op de trappen van de Beurs. Die massa bleef maar toestromen, uren aan een stuk. Na een tijdje gaven we het tellen op. Het was gewoonweg niet bij te houden.”

Jos Geysels, toen 31 en verantwoordelijk voor de interne ordedienst van de betoging, denkt nog altijd met veel plezier terug aan die 23ste oktober. “Het weer was fantastisch. En ook al waren de mensen echt kwaad, de sfeer was totaal niet grimmig. Integendeel. Veel ouders brachten hun kleine kinderen mee. Ik zie ze nog lopen achter hun poussettes. We betoogden tegen kernwapens, maar vooral vóór de vrede.”

Nonnen en priesters

De wereld zat volop in de greep van de koude oorlog tussen de twee naoorlogse machtsblokken, op dat ogenblik gepersonifieerd door de Amerikaanse president Ronald Reagan en Joeri Andropov, de secretaris-generaal van de Communistische Partij van de Sovjet-Unie. De NAVO had besloten om kernwapens te installeren in West-Europa als de Sovjets hun SS20’s niet zouden ontmantelen. De rooms-blauwe regering Martens V had officieel ingestemd met dat besluit van de NAVO, maar was intern verdeeld. Terwijl Louis Michel, de toenmalige voorzitter van de Franstalige liberalen, nog riep dat de vredesbeweging volledig was geïnfiltreerd door de communisten en in de kaart speelde van de Sovjets, sloten vele CVP-verkozenen, vooral van ACW-vleugel, zich bij de betoging aan. Vooraanstaande partijleden als Jean-Luc Dehaene en Miet Smet en latere kopstukken als Luc Van den Brande stapten mee op, naast alle linkse partijen, de milieubeweging én de Volksunie. De reporter van onze krant zag ook opvallend grote groepen nonnen, priesters en missionarissen, die overal op applaus onthaald werden. De kerkelijke overheid liet de klokken van Sint-Goedele feestelijk luiden boven de massa manifestanten.

Betogers eisten de ontmanteling van de Sovjet-Russische SS20-raketten en het verbod op de plaatsing van Amerikaanse kernwapens als de PershingII-raket op de luchtmachtbasissen van Kleine Brogel en Florennes. “Ook de klassieke Vlaamse beweging betoogde mee voor de vrede”, zegt Geysels, die een paar jaar later politiek secretaris van de Groenen werd. “Je zag naast vakbondsvlaggen veel Vlaamse leeuwen wapperen. Extreem-rechts was dan weer pro kernwapens. Ik herinner me nog Vlaams Blok-stickers met de leuze ‘Liever een raket in de tuin dan een Rus in de keuken.’ Maar meer dan een tiental tegenbetogers daagden er niet op. Incidenten waren er niet. We hadden 800 vrijwilligers kunnen optrommelen voor de ordedienst, maar we hebben nooit zo weinig werk gehad. Met die massa.”

Nog geen sociale media

De betoging ging uit van het VAKA, het Vlaams Actiecomité tegen Atoomwapens. Die was gegroeid uit de Volkshogeschool Elcker-Ik en stond onder leiding van André Bogaert en Hugo Ongena. Die laatste, ondertussen 85, herinnert zich naast die wonderlijke dag zelf, vooral nog de intense voorbereidingen ervan. “In die tijd had je nog geen sociale media om mensen te mobiliseren. We deden dat met drie man en een paardenkop, onder andere door overal in het land voordrachten te gaan geven over de dreiging van die kernwapens. Stencils draaien, dat duurde uren en uren. En ’s nachts gingen we op pad om affiches te plakken, hoogst illegaal allemaal. We konden wel rekenen op veel vrijwilligers, onder andere bij de vakbonden en organisaties als Oxfam. Die verspreidden de stencils.”

(Lees verder onder de foto.)

© UIG via Getty Images

Het ongeziene succes van de betoging had volgens Ongena te maken met het partijoverschrijdende karakter ervan. “De socialistische en katholieke zuilen hadden toen nog een echte impact op het volk”, zegt Ongena, die ook op zijn leeftijd nog steeds lezingen organiseert voor Elcker-ik. “Maar ook de communisten en het grootste gedeelte van de Vlaamse beweging liep mee.”

Kernkop zou Antwerpen van de kaart vegen

Voor het eerst kwam ook de jeugd massaal op straat. Tienduizenden jongeren in uniformen van scouts, Chiro en KSA stapten door Brussel. “Ook zij waren in de ban van de angst”, zegt Ongena. “De huidige jongere generaties kunnen zich dat misschien moeilijk voorstellen, maar de mensen waren toen echt bang. De dreiging van die kernwapens was reëel. Op elke ietwat grote stad in Europa stond een SS20 gericht. Eén dergelijke kernkop en Antwerpen was van de kaart geveegd.”

De betoging was ook uniek in de zin dat er drie verschillende startpunten waren uitgekozen. Manifestanten uit de provincies Antwerpen, Limburg en Luik vertrokken aan het station van Schaarbeek. West-Vlamingen, Vlaams-Brabanders en Henegouwers vertrokken dan weer in Brussel-Zuid. En de betogers uit Oost-Vlaanderen, Waals Brabant en Namen stapten vanaf Brussel- Centraal. Het eindpunt van de drie kilometerslange stoeten was het Noordstation. “Die dag was de facto een autoloze zondag in Brussel”, lacht Geysels. “Geen enkele auto kon door. Er was bovendien zoveel volk komen opdagen dat een hoop manifestanten nog altijd aan de vertrekstations stonden toen het al donker werd”, zegt Geysels. “Zij zijn nooit in Brussel-Noord geraakt.”

Zestig extra treinen

De NMBS had zestig extra treinen ingelegd vanuit het hele land. Aan het totaalcijfer van 400.000 betogers zijn de organisatoren gekomen door een berekening te maken van het aantal verkochte treintickets en het aantal bussen dat die dag was afgehuurd om naar Brussel te karren. De rijkswacht schatte het aantal, traditiegetrouw, veel lager in, op 120.000 betogers. “Maar dat was nonsens”, zegt Geysels. “Dat gaven ze achteraf zelf ook toe.”

Die dag was Brussel niet de enige plek waar tegen de kernwapenwedloop en het besluit van de NAVO werd betoogd. Overal in Europa kwamen mensen op straat. De Gazet van Antwerpen van 24 oktober 1983 maakte gewag van 1,3 miljoen Duitsers alleen al. Bij onze oosterburen was het de eerste keer sinds de dagen dat de nazi’s aan de macht waren dat nog zoveel mensen op straat gekomen waren.

In Hamburg kwam het, in tegenstelling tot in Brussel, wel tot incidenten. Betogers probeerden de distributie van Bild Zeitung te beletten. Die tabloid stond bekend als rabiate communistenvreter en was voor de kernwapens. Toen het gebouw van de uitgeverij Springer bestormd werd, moest de politie ingrijpen met het waterkanon. Maar in het zuiden vormden manifestanten dan weer een 108 kilometer lange menselijke ketting op de snelweg tussen Stuttgart en Neu-Ulm. In die tijd was dat een wereldrecord.

Verrassend veel aandacht in Rusland

Op de Russische staatszender kregen de betogingen in heel Europa verrassend veel aandacht, zij het dat die het protest vooral als een anti-Amerikaanse manifestatie probeerde te framen en de spandoeken tegen de Russische SS20’s netjes buiten beeld liet.

Kort na de betoging probeerde Guy Verhofstadt, de toen nog prille en nog niet in het parlement verkozen voorzitter van de PVV, de historische opkomst in Brussel te relativeren door te stellen dat er weliswaar veel volk was gekomen, maar dat er nog veel meer volk was thuisgebleven.

Uiteindelijk kwamen de raketten er toch. Twee jaar later, in maart 1985, zag de jonge Jos Geysels vanop de publiekstribune in de Kamer van Volksvertegenwoordigers hoe premier Wilfried Martens het parlement buitenspel zette en aankondigde dat de kernwapens zeker zouden geplaatst worden, terwijl ze op dat moment al onderweg waren. “Dat vond ik toen zo schandalig dat ik ter plaatse tegen André Bogaert heb gezegd: ‘Als het zo zit, wil ik niet langer toekijken vanop deze tribune, maar wil ik daar beneden staan en zelf mee beslissen.’ Die raketten hebben mijn goesting om zélf in de politiek te stappen aangewakkerd.”