Direct naar artikelinhoud
Opinie

Laten we het noodlot recht in de ogen kijken

Thomas Verheyen is doctoraatsonderzoeker aan de UGent, gespecialiseerd in ongevallenrecht.Beeld rv

Thomas Verheyen is doctoraatsonderzoeker aan de UGent, gepecialiseerd in ongevallenrecht.

Een winterstorm. Een banale maar fatale val. Het noodlot komt in vele gedaanten. In 'Laten we het noodlot omarmen' beschrijft Bart Eeckhout naar aanleiding van het Eén-programma Mij overkomt het niet onze cultuur van angst, controledwang en risicoaversie. Zo proberen beleidsmakers ons met regulering en waarschuwingsverplichtingen in te dekken tegen elk denkbaar gevaar. Door te proberen het noodlot te ontlopen, storten we ons volgens Eeckhout net als Oedipus mogelijk in het ongeluk. Hij verkiest de reactie van Orestes, die het noodlot omarmde en zijn moeder vermoordde om de moord op zijn vader te wreken.

Maar wat betekent het om als maatschappij, en dus niet als individu, het noodlot te omarmen? De mythe van Orestes illustreert hoe het noodlot ons soms voor verscheurende keuzes plaatst - keuzes waarbij nietsdoen onmogelijk lijkt. In zo'n geval is de juiste houding om het noodlot recht in de ogen te kijken en te beslissen, al bestaat er geen volledig juiste oplossing.

Laten we even focussen op de rechter, die beroepshalve beslist in naam van de maatschappij. U bent rechter in een eenvoudige, maar noodlottige zaak: een kleuter met een longontsteking krijgt een antibioticum. Het kind geneest van de longontsteking, maar wordt door het medicijn blijvend doof. De bijsluiter vermeldde echter enkel het risico op tijdelijke doofheid. Nochtans kende de producent de minimale kans op permanente doofheid. De ouders zijn geschokt en dagvaarden de producent voor uw rechtbank.

Hoe beslist u? Het is onmogelijk geen medelijden te hebben met de kleuter en zijn omgeving. Zoals Eeckhout aangeeft, is onze natuurlijke reactie om naar een schuldige te zoeken: de producent. Hij heeft niet gewaarschuwd voor een risico dat hij kende. Bovendien is de schadevergoeding peanuts voor zo'n multinational. De neiging is dan ook groot om de geneesmiddelenproducent aansprakelijk te stellen. Tot in het Europees Hof van Justitie, de hoogste bevoegde rechter, zien we die tendens.

Bekijk nu even de andere kant van het verhaal. Wat als de ouders het risico op permanente doofheid hadden gekend? Zouden ze de dokter vriendelijk hebben bedankt en de behandeling geweigerd? Allicht niet. Dat wil zeggen dat het noodlot door die waarschuwing niet zou zijn afgewend.

'Onze rechters en beleidsmakers hebben de vrijheid niet om, zoals Oedipus, zichzelf de ogen uit te steken en figuurlijk de andere kant op te kijken'

Noodlot in de ogen kijken

Dit is een probleem, om de volgende reden. Als u de producent toch aansprakelijk stelt wegens het ontbreken van de informatie, spoort u hem aan om nutteloze waarschuwingen toe te voegen aan de bijsluiter. Dan eindigen we bij dikke handleidingen die niemand leest. Daardoor krijgt noodzakelijke informatie over de grootste gevaren minder kracht en vinden er meer ongevallen plaats - en dus meer tragedies. Dit fenomeen is uitgebreid beschreven in de wetenschappelijke literatuur.

U staat dus voor een dilemma. Net zoals onze politici met militairen en extra controles in Zaventem 'tonen dat de regering waakt', kunt u als rechter tonen dat de zwakken in onze samenleving beschermd worden en de kleuter vergoeden. Het neveneffect is dat u daarmee mogelijk het risico op latere tragedies vergroot. Het alternatief, niets doen, betekent de dove kleuter in de kou laten staan.

We worden als maatschappij dagelijks met keuzes als deze geconfronteerd. Wat is de gepaste reactie van beleidsmakers? Het noodlot omarmen? Het omarmen van het noodlot suggereert gelatenheid - blind hopen op windstilte. Het voorbeeld van de kleuter toont echter dat niets doen vaak onmogelijk is. Onze rechters en beleidsmakers hebben de vrijheid niet om, zoals Oedipus, zichzelf de ogen uit te steken en figuurlijk de andere kant op te kijken.

Daarin verschilt het maatschappelijke niveau fundamenteel van ons persoonlijke leven. Voor onze gemoedsrust kan het wijs zijn het noodlot te omarmen. Maar van onze beleidsmakers en rechters mogen we het omgekeerde verwachten: dat ze het noodlot recht in de ogen kijken, alle belangen in overweging nemen en dan de moeilijke, en onvermijdelijk tragische beslissing nemen die hen in het aanschijn van het noodlot de juiste lijkt.