“Je moet aan je dak werken als de zon schijnt”, vindt netmanager Jan Van Biesen. De hertekening van Studio Brussel vertrekt dus niet vanuit een identiteitscrisis of paniekvoetbal omdat de luisteraars afhaken. Integendeel: uit de meest recente luistercijfers (inzet), die gisteren werden bekendgemaakt, blijkt dat de zender met 21,7 procent marktaandeel leider is binnen het doelpubliek van 25 tot 44 jaar. Er is zelfs een lichte stijging, met 0,4 procent.

Maar Van Biesen wil anticiperen en de toekomst veiligstellen. “Want de context van de media verandert razendsnel. Kijk maar naar de komst van spelers als Spotify en YouTube. En het mediagebruik is tegenwoordig mobile first, met de gsm als venster op de wereld. En dan moet je mee.” Daarom begon de zender net voor de zomer aan een grote denkoefening. Om de inhoud te hertekenen en die komend voorjaar met een nieuwe, prikkelende look and feel in de etalage te zetten.

Van Biesen noemt het “een reboot”. “We zullen niet bruuskeren, want een groot deel van de programma’s en formats komt terug. Maar er zullen ook nieuwigheden zijn.” Dat er dus een stoelendans aankomt in het zendschema en onder de presentatoren, lijkt evident. Maar daar wil hij liever nog niet op ingaan.

Meer schuren

Studio Brussel mag scherper, vindt Van Biesen. “Meer schuren”, ook. Muziek blijft de absolute prioriteit, maar het aanbod wordt diverser. “We worden uiteraard geen jazz-zender, maar er komt meer variatie. Er zullen ook vaker nieuwe dingen te ontdekken zijn. We willen een gids zijn voor onze luisteraars, want die hebben tegenwoordig alle muziek binnen handbereik. Het kaf van het koren scheiden en breed gaan: metal, hiphop en de nieuwste gitaarplaat zullen elkaar meer dan ooit afwisselen. Het gevoel leefde dat we nu iets te veel aan de verwachtingen voldeden, maar wij willen geen passe-partout-radio zijn die gewoon een afspeellijst afhaspelt.”

Belangrijk is ook dat het nieuwe logo niet gewoon een sticker wordt die je overal opplakt, maar eveneens een merknaam die verder gaat dan de radiozender alleen. Crossmediaal, zoals dat heet met een nette marketingterm, en heel dynamisch. Want de sociale media, het wereldwijde web en evenementen worden minstens even belangrijk. En dat vraagt deels om andere content.

Verrijking

“We willen geen flauw infotainment brengen, maar ook geen nieuwszender worden zoals Radio 1. We zullen de actualiteit ook niet uitleggen, zoals MNM doet. We gaan ervan uit dat de Studio Brussel-luisteraar mee is met de wereld en de krant leest. Wel willen we vaker minder evidente thema’s uitwerken. Zoals we deden met onze videoreeks ‘18 in ’18’, over jongeren die voor het eerst moesten gaan stemmen. En we zullen ook vaker onderwerpen op de agenda zetten door samen te werken met de nieuwsdienst. Het leven van onze luisteraars verrijken, noem ik dat.”