Ochtendmens Peter Van de Veire presenteert zondag slotshow ‘Iedereen Tegen Kanker’: “Een liveshow zou wel wat vaker mogen”

De temperaturen pieken dit weekend, de zomer is in aantocht. Terwijl de televisiezenders stilaan overschakelen op zomermodus, moet Peter Van de Veire (46) nog even een tandje bijsteken. Over een week is hij opnieuw één van de stemmen van Marathonradio op MNM, maar reeds deze zondag presenteert hij op Eén de slotshow van Kom Op Tegen Kanker. “Mijn werk is behoorlijk intensief. Ik kan dit enkel volhouden door mezelf een stevige discipline op te leggen”, zegt Van de Veire. “In het begin deed ik dat niet, en ging mijn lichaam in alarmfase.”

Tom Vets

Kom Op Tegen Kanker bestaat reeds dertig jaar. De voorbije campagnes brachten ongeveer 170 miljoen euro op. Bij de meest recente editie werd ruim 28 miljoen euro ingezameld. Voor de traditionele slotshow zet Eén Steven Van Herreweghe, Danira Boukhriss en Peter Van de Veire in. “Kom Op Tegen Kanker is een mindset voor mij. Er is véél minder ruimte voor gekke toestanden en de joligheid die je van mij verwacht”, zegt Van de Veire. “Dat maakt dit programma meteen ook interessant. Maar denk nu niet dat het een sombere show over de dood gaat worden. Vooral de hoop staat centraal. Kanker is niet langer meer je doodvonnis. Enkele jaren geleden was de overlevingskans bij jonge kankerpatiëntjes twintig procent. Ondertussen is dat gestegen tot tachtig procent.”

Om de actie te steunen is Wim De Vilder uit een vliegtuig gesprongen, Kristel Verbeke poetste een vuil kot, en Dieter Coppens poseerde naakt. Wat heb jij gedaan?

“Ik heb samen met Danira Boukhriss de ramen gelapt van het kinderziekenhuis in Gent. Op zo’n gammele hoogtewerker die op het hoogtepunt 24 meter boven de grond hing. Voor mij was dat geen echte uitdaging, behalve dat ze mij zo’n pak hadden aangetrokken van sneeuwman Olaf uit de Disney-film ‘Frozen’. Maar voor Danira was dat een heuse beproeving omdat ze hoogtevrees heeft. Ze heeft een donkere huid, maar toen we op die stellage stonden, zag ze toch enkele tinten witter.” (lacht)

“Ach, we moeten niet klagen. We werden er geconfronteerd met kinderen achter de ramen die nooit naar buiten mogen. En dan komen wij daar de onnozelaar uithangen. Voor hen was dat een dag vol beleving, want we zijn ook nog bij hen op de kamer geweest. Het deed deugd wat licht te brengen in die ellendige periode die ze meemaken.

© BELGA

Hoe vaak krijg je als BV de vraag om een goed doel te steunen?

“Constant. Als ik op alle vragen inga, ben ik nooit meer thuis. Mijn probleem is vooral dat ik moeilijk nee kan zeggen. Ook op andere vlakken trouwens. Maar bij goede doelen probeer ik daar toch een duidelijke lijn in te trekken. Niet alleen voor mezelf, maar ook voor de goede doelen waarvoor ik me wél inzet. Want als ik honderd keer per jaar een gesigneerd T-shirt ga veilen om een organisatie te steunen, zal dat op den duur ook niks meer opbrengen. Iedereen heeft er dan al eentje.”

“Ik steun wel bewust Het Heldenhuis, een project van vrienden in Eeklo. Ze hebben een autistische zoon. Samen met vrienden hebben ze een Huis opgericht waar jongeren met een beperking terecht kunnen als ze volwassen zijn.”

Meer dan 40.000 Belgen per jaar krijgen te horen dat ze kanker hebben. Hoe vaak werd jij al met de ziekte geconfronteerd?

“De jongste tijd is mijn omgeving gespaard gebleven van kanker. Maar er is een periode geweest in mijn jeugd dat twee tantes van mij vrij snel zijn gestorven door een agressieve vorm van borstkanker. Een heel gezin stond machteloos en werd uit elkaar gerukt. Die mensen hebben hun leven helemaal moeten herinrichten.”

Sta je meer stil bij zulke dingen nu je ouder bent?

“Ja, ik weet dat de kans bestaat dat kanker me misschien ook staat te wachten. Ik besef ook dat ik me als man beter moet laten screenen. Ik laat me af en toe wel onderzoeken. Onlangs had ik nog die navelbreuk. Toen liet ik extra onderzoeken doen. Net als andere mannen dringt een prostaatonderzoek zich ook op. Dat is geen prettig en vooral pijnlijk onderzoek, maar het kan zoveel leed voorkomen.”

Let je meer op je gezondheid sinds je ochtendradio maakt?

“Dat kan niet anders. Tot in de vroege uurtjes uitgaan, gaat niet meer. Gelukkig heb ik er ook geen behoefte meer aan. Ik let ook op mijn voeding. Soms met tegenzin, want ik hou ontzettend van eten. ’s Ochtends heb je vaak een ijl gevoel, en is het heel verleidelijk om te gaan snacken. Ik beweeg graag, maar sporten doe ik liever niet. En van vroeg gaan slapen ben ik ook geen fan. Maar het moet.”

“Ik herinner me nog de eerste twee weken dat ik de ochtendshow deed op Studio Brussel. Dat was in april 2006. Ik deed in de namiddag geen dutje, lag ’s avonds behoorlijk laat in bed en deed gewoon verder met mijn leven zoals voorheen. Ik dacht: ‘Is het dat maar?’ Alles ging supervlot. Maar toen ging mijn lichaam in alarmfase en kreeg ik een serieuze klop. Toen besefte ik dat ik geen superman was. Ik doe die ochtendshows al twaalf jaar en dat is zowat een unicum in Vlaanderen. Ik kan wel tegen een stootje, maar ik moet het niet overdrijven. De afgelopen jaren leg ik mezelf qua rusten voldoende discipline op. Er gaat zelden een dag voorbij zonder powernap. Al slaap je maar een kwartiertje of een halfuur, het geeft toch weer wat extra energie. Soms is het vervelend dat ik er tijd voor moet maken tussen het andere werk, maar het moet. Anders merk ik op den duur dat ik niet meer helder denk.”

Begin je ook humeurig te worden als je te moe bent?

“Absoluut. Ik kan dan veel minder prikkels aan. Ook minder mensen en dito opmerkingen. Dan moet ik er echt op letten dat ik op sommige momenten op mijn tong bijt om mensen niet tegen mij in het harnas te jagen. Ik weet uit ervaring dat als mensen opmerkingen geven, ik dan veel meer in de verdediging ga. Ik ben van nature een zeer positief mens, maar die is dan even verder weg.” (lacht)

Je hebt er momenteel al negen maanden ochtendshow opzitten. Hoe fris zit je nog in het hoofd?

“Ik voel het wel. Zeker omdat het ‘Songfestival’ en ‘Iedereen Tegen Kanker’ er ook nog doorgefietst komen. Maar ik kan doorbijten omdat ik weet dat het voorlopige einde weer in zicht is. Het is zoals je een marathon loopt. Als het goed gaat, wil je een goede toptijd neerzetten. Dan geef je de laatste 200 meter niet meer op. Die eindsprint geeft opnieuw energie. Als het dan vakantie is, doe ik ook echt geen kloten op reis. Enkel ergens aan het zwembad liggen of lekker eten. Nee, dan ga ik geen bergen beklimmen ofzo.” (lacht)

Met ‘Iedereen Tegen Kanker’ kom je weer live op tv. Ook ‘Steracteur Sterartiest’ was live, maar daarvoor was het héél lang geleden. Té lang naar je goesting?

“Het zou inderdaad wel wat vaker mogen. Maar ik snap ook dat zenderbazen geen oneindig budget meer hebben. Programma’s als ‘Peter Live’ kostten destijds behoorlijk wat geld. Dergelijke shows nu voortdurend maken is te kostelijk, en daarom maakt men andere keuzes. Alle begrip daarvoor. Maar ik ben blij met wat men aanreikt.”

Ben je deze zomer ook weer op post met ‘Vlaanderen Feest’ en ‘Zomerhit’?

“Op 11 juli doe ik sowieso ‘Vlaanderen Feest’. De kans is groot dat ik ‘Zomerhit’ niet meer doe: dat heeft helemaal niks te maken met het fameuze envelopjes-incident van twee zomers geleden (waarbij Milow verkeerdelijk tot winnaar werd uitgeroepen, red.). Maar Eén en Radio 2 willen een neutraler persoon voor de show, omdat ik nogal MNM-gekleurd ben. ‘Zomerhit’ is tenslotte een programma dat nauw verbonden is met Radio 2.”

Je doet binnenkort ook terug ‘Marathonradio’. Was het een evidentie om je daarvoor weer in te zetten?

“Mijn baas zegt dat ik de vader ben van ‘Marathonradio’, en stelt het op prijs dat ik weer present ben. Enerzijds is het fijn dat ze er zo over denken, maar op de dag dat ze het programma aan andere mensen geven, zal ik er absoluut niet om treuren. Onderschat dat niet hoor. We zijn met drie (naast Peter presenteren ook Julie Van den Steen en Brahim, red.), maar dat zijn uitzendblokken van tien tot veertien uur. Overdag valt het nog mee, omdat je dan normaal wakker bent. Maar die nachten zijn de hel, omdat het geen logisch ritme voor je lichaam en geest is. Maar dat is net de reden waarom we het doen. Tenslotte zijn er een pak studenten die ook ’s nachts volop blokken. Ik snap trouwens niet dat mensen zoveel stof op zo’n korte tijd moeten instuderen en weer uitbraken. Het is alsof je elke ochtend een boterham met kaas eet, en nu plots een hele bol kaas naar binnen moet spelen. Het zal wel z’n redenen hebben, maar ik vind het toch niet zo gezond. Zie het als een vorm van solidariteit dat we non-stop radio maken.”

Zou jij het nog kunnen om een cursus te blokken voor een examen?

“Ik weet het niet. Vorig jaar ben ik nog uitgedaagd om in één nacht een blokfluitstukje in te studeren. Dat was leuk, want ik had dat nooit eerder gedaan. Ik denk dat de slaagkans zou afhangen van de inhoud van de leerstof. Als het iets is met chemie of fysica: vergeet het dan al maar. Dat is een no-go zone voor mij. (lacht) Ik was daar vroeger echt slecht in. Ik had er geen inzicht voor en het interesseerde me niet. Maar iets geschiedkundig, of de geschiedenis van de radio tot in de details, geef ik een kans.”

Was jij vroeger een goede student?

“Eerlijk? Niet echt. Ik was een behoorlijke student als de leerstof me interesseerde. Ik heb Latijn-wiskunde gestudeerd, en ik herinner me nog dat wiskunde niet evident was. Maar het was wel fijn omdat ik voelde dat mijn hersenen het aangenaam vonden. Ik voelde die chemische verbindingen als het ware knetteren. Maar om nu te zeggen dat ik ervan genoot om in een examenperiode te zitten, da’s flink overdreven.”

“Naarmate het ouder worden, daalde de interesse voor school. Ik vond de Chiro veel interessanter dan een schoolboek. Ik herinner me nog hoe ik een examenperiode volledig om zeep heb geholpen door alleen maar bezig te zijn met de voorbereiding van de speelpleinwerking. Plots leek ik zeeën van tijd te hebben om dat te doen. (lachje) Ik ontwierp T-shirts, ging materiaal halen, belegde vergaderingen, maakte uitnodigingen… Ik had daar zoveel deugd van. Alles was goed om maar niet te studeren.”

Is het eigenlijk niet contradictorisch dat je radio maakt voor studenten tijdens de blok? Ik kon vroeger geen lawaai verdragen als ik studeerde.

“Awel, ik heb dat ook nooit gesnapt. Het enige waar ik naar luisterde en waarvan ik ontzettend rustig werd, was het ‘Eenzame Hartenbureau’ met Edwin Ysebaert op Radio 2. Dat was altijd op zondag. Vrouwen die werden afgeslagen door hun man, en ondanks alles toch bij hem bleven… of andere relationeel onheil. Het klinkt redelijk pervers, maar ik werd daar altijd kalm van omdat ik telkens hoorde dat er mensen waren die veel grotere problemen hadden. Ik haalde er geen genot uit, maar het gaf me weer nieuwe moed om door te gaan met blokken.”

Het is intussen zes jaar geleden dat je 185 uur aan één stuk marathonradio maakte. Ga je dat record ooit nog scherper stellen?

“Nee. Dat is zeker. Ondertussen ligt dat record al een stuk hoger. Toen een Amerikaan vrij snel na mijn record het aantal uren scherper stelde, was ik daar een beetje boos om. Toen zag ik het zitten om het misschien nog eens te doen. Maar dan ben ik alles op een rij beginnen zetten. Ik herinner me dat ik die laatste dagen in een roes presenteerde. Ik leek wel gek in mijn hoofd. Ik zag dingen die er niet waren, voelde me ellendig. Ik heb daarna bijna een week moeten slapen en lichamelijk zal dat ook z’n impact hebben gehad. Waarom zou ik dat mezelf nog eens aandoen? Ik word er niet jonger op, en de mensen zijn dat na een paar dagen alweer vergeten. De impact zou nu nog extremer zijn. Dus nee, bedankt.”

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Lees meer