Direct naar artikelinhoud
Opinie

Geef steden sleutelrol in aanpak van vroegtijdig schoolverlaten en kleuterparticipatie

Elke DecruynaereBeeld Photo News

Elke Decruynaere (Groen) is schepen van Onderwijs, Opvoeding en Jeugd in Gent.

De inzet van lokale verkiezingen wordt weleens weggezet als getouwtrek over losliggende tegels en hondenpoep. Maar als anderstalige kleuters te vaak thuiszitten in plaats van op school, zoals psycholoog Wouter Duyck aanklaagt op de voorpagina van de weekendkrant (DM 23/6), moeten we een ambitieus onderwijsbeleid dan niet tot inzet maken van de gemeenteraadsverkiezingen?

Het is waar, een stad als Gent of Antwerpen kan niet eigenhandig de leerplichtleeftijd verlagen. En toch: steden en gemeenten zijn goedgeplaatst om kleuterparticipatie en vroegtijdig schoolverlaten aan te pakken. We kennen de realiteit van wijken, de kansen van scholen en kunnen leerkrachten een sterker kader geven.

We kunnen daarbij beter doen dan simplistische uitspraken die alle ouders met een migratieachtergrond culpabiliseert of een hele beroepsgroep stigmatiseert. Laten we kiezen voor een onderwijsbeleid dat de kracht van lokale besturen erkent en ondersteunt.

Steden en gemeenten kunnen de sleutel zijn om kleuterparticipatie en vroegtijdig schoolverlaten echt aan te pakken. Laten we kiezen voor een onderwijsbeleid dat uitgaat van de kracht van lokale besturen en hen daar ook een echt mandaat toe geeft.

Steden en gemeenten kennen de realiteit van wijken, de kansen van scholen en kunnen leerkrachten een sterker kader geven

Sterke steden hebben sterke scholen nodig

De brugfiguren versterken al twintig jaar de Gentse basisscholen, door de brug te slaan tussen ouders en school verhogen zij de betrokkenheid van ouders die hier zelf nooit school liepen of slechte ervaringen hadden. De helft van alle Gentse basisscholen kan intussen op een eigen brugfiguur rekenen. Sinds 2014 werken ze ook op onze middelbare scholen. Tal van andere steden zijn intussen gestart met brugfiguren.

Of neem de Brede School-werking. Met een focus op wat Wouter Duyck helaas “de Molenbeek-scholen” noemt, vormt deze werking een netwerk rond scholen. Van wijkgezondheidscentra tot sportclubs, van opera tot huistaakbegeleiding, tijdens en na de lesuren vergroten ze de blik op de wereld van kinderen die vaak amper hun wijk verlaten.

In 2016 richtten we het Onderwijscentrum Gent op. Die stadsdienst werkt voor alle scholen. Je komt er te weten hoe je van meertaligheid een troef maakt en geen handicap. Er wordt expertise opgebouwd en gedeeld over vroegtijdig schoolverlaten en er komen mooie samenwerkingen tot stand met cultuurhuizen of met het OCMW dat ervoor zorgt dat die lege boterhamdozen toch gevuld raken.

De helft van alle Gentse basisscholen kan intussen op een eigen brugfiguur rekenen. Sinds 2014 werken ze ook op onze middelbare scholen

Steden nemen het voortouw

Want het is net lokaal dat je kan detecteren waar precies het probleem zit. Er zijn scholen met een hoog percentage anderstalige kleuters die wél goed scoren op kleuterparticipatie. Hun successen delen doe je het best op lokaal niveau tussen vergelijkbare scholen. Wil een school beroep doen op een van onze brugfiguren? Dan rekenen we op vooruitgang in hun resultaten.

Nederland is kampioen in de aanpak van vroegtijdig schoolverlaten. Hun succesformule? Een intense samenwerking met lokale besturen. Die krijgen bijna dag op dag de spijbelcijfers van alle leerlingen door, om maar één voorbeeld te geven. Het contrast met Vlaanderen is groot.

Lokale besturen krijgen vandaag niet de middelen of het vertrouwen van de Vlaamse overheid om een ambitieus onderwijsbeleid te voeren. Op het budget voor flankerend onderwijsbeleid werd deze legislatuur zelfs bespaard. Het is jaren wachten op accurate en snelle spijbelcijfers waarmee we meteen en gericht aan de slag kunnen.

Tegelijk slaagt de Vlaamse regering er niet in om onze scholen perspectief te bieden. Het inschrijvingsbeleid, de hervorming van het secundair, het loopbaanpact voor leerkrachten, het M-decreet of de eindtermen: op heel belangrijke dossiers laat de Vlaamse regering het afweten. Daarmee heeft de geloofwaardigheid van “het beleid in Brussel” een grote deuk gekregen.

Wat als... we samen onze schouders onder de scholen zetten in plaats van opnieuw scholen en leerkrachten in een grootstedelijke context in de hoek te zetten? Geruggensteund door de Vlaamse Regering, in goede samenwerking met alle scholen en de lokale gemeenschap is veel meer mogelijk.

Het inschrijvingsbeleid, de hervorming van het secundair, het loopbaanpact voor leerkrachten, het M-decreet of de eindtermen: op heel belangrijke dossiers laat de Vlaamse regering het afweten

Tot slot: nà de verkiezingen krijgt het lokale onderwijsbeleid wél overal uitvoerig aandacht. Want dan worden de budgetten opgemaakt. Het is waar, zelf onderwijs organiseren weegt zwaar op de stadskas. Steden als Mechelen en Oostende trokken zich eerder al terug. Is dat de oplossing? We kunnen beter doen, we moeten beter doen. Laten we onderwijs, écht degelijk onderwijs, daarom een thema te maken van de gemeenteraadsverkiezingen.