De renners kregen in de eendagskoers in de stralende zon een parkoers van 202 kilometer met 3.000 hoogtemeters voor de kiezen. Mede door die vele hoogtemeters speelden de klassieke sprinters geen rol van betekenis.
Meerdere renners plaatsten aanvallen, maar alleen die van vluchter Jan Christen leek succesvol. Hij snelde op 35 kilometer voor de meet weg bij het peloton en koerste af op de zege, tot hij 2,5 kilometer voor de finish werd teruggehaald.
De etappe eindigde vervolgens in een massasprint, waarin Van Gils de sterkste was. Hij knokte zich vlak voor de streep nog langs Alex Aranburu, die tweede werd. Riley Sheehan eindigde als derde.
Voor Van Gils is het de grootste zege in zijn loopbaan. De Belg boekte zijn eerste World Tour-zege, na eerdere overwinningen in kleinere koersen.