Direct naar artikelinhoud
Column

Huilende mannen breken het pantser van de macho’s

Willem Vissers

Gelukkig mogen mannen tegenwoordig huilen. Anders zou het een aparte bedoening zijn geweest, dat hele voetbal met al dat afscheid in de laatste weekenden van het seizoen. Ze lieten dalen vol tranen.

Bram van Polen zei al in de aanloop dat zijn vrouw hoopte dat hij zou huilen bij zijn afscheid van PEC Zwolle, al was het omdat ze wel eens tranen van haar Bram wilde zien. Hij hield zich goed, tot het moment waarop zijn schattige dochters het veld op drentelden. Ja, toen rolden de tranen onophoudelijk over zijn gebronsde wangen.

Trent Alexander-Arnold van Liverpool zei dat hij nooit huilt, dat hij het zich in elk geval niet kon herinneren, maar nu de verslaggever hem op het veld had gevraagd naar de betekenis van de vertrekkende trainer Jürgen Klopp, liet hij alles lopen. Klopp had alles veranderd voor de jongen uit het armere deel van de stad, tot en met het leven van zijn familie. En assistent-trainer Pepijn Lijnders, normaal rad van tong, sloeg dicht toen ze hem vroegen naar Klopp. Ogen gesloten. Bijten om tranen tegen te houden. Voelen dat het vergeefse moeite is. Hij is de wereld voor me, hakkelde Lijnders, tussen veel gestamel van uh en yeah.

Klopp zelf hield zijn emoties ogenschijnlijk redelijk in bedwang, in zijn overrompelende, dagenlang durende afscheidsshow, tussen de zingende aankondiging van Arne Slot als zijn opvolger en danspassen tijdens het slotfeest door. Het is nu eenmaal de tijd van uitvergrote, uitgeserveerde, openbaar gedeelde emoties, zeker in de sport. Van huilende mannen ook, in het volkstheater voetbal, waarin machismo smelt als eenmaal een barst in het pantser van stoerheid is geslagen.

Al dat afscheid in een vluchtige wereld. Groots gebracht, zeker als iemand wat langer bij een club is gebleven, als uitzondering, als bijna zeldzaamheid. Klopp werkte negen jaar bij Liverpool. Van Polen en Mark van der Maarel waren iconen van clubtrouw bij PEC Zwolle en FC Utrecht. Arne Slot was dan slechts drie jaar trainer bij Feyenoord, maar in die drie jaar voltrok zich de metamorfose. Een tranendal waard.

Emoties, overal. Bij het opwachten van elftallen na succes, of het nu in Waalwijk was of in Enschede, soms begeleid door kilometerslange optochten naar het stadion, van heinde en ver te zien door de ontstoken fakkels, want wat is een leven zonder brandende fakkels? Het is godsdienst, maar dan anders. En overal zijn korte filmpjes, boordevol gevoel, met vertraagde beelden, met getrek aan emoties. Ja, nog even, nog één vraag, dan gebeurt het. Even duwen nog en, ja hoor, tranen, hoera. Zie hier: de huilende man.

Maar de bitterste, mooiste tranen op het erepodium van emoties waren de onzichtbare waterlanders van het mannetje van de radio, bij het afscheid van Van Polen. Routinier Andy Houtkamp van de NOS gaat na de sportzomer met pensioen, zag een leven vol topsport aan zich voorbij trekken toen de sympathieke Van Polen en diens dochters in zijn gezichtsveld verschenen. Zijn stem brak toen hij vertelde hoe mooi dit allemaal was.

Al die huilende mannen, ze maken de wereld een beetje zachter.

Over de auteur
Willem Vissers is voetbalverslaggever van de Volkskrant en schrijft elke week een sportcolumn. Columnisten hebben de vrijheid hun mening te geven en hoeven zich niet te houden aan de journalistieke regels voor objectiviteit. Lees hier onze richtlijnen.

.