© Carl Rothiers

Hooverphonic brengt eerste plaat uit met nieuwe zangeres Luka (17): “Ze maakt echt het verschil”

Een nieuwe plaat, een nieuwe zangeres. Nadat Hooverphonic de voorbije jaren zonder vast gezicht op het podium stond, is Luka Cruysberghs inmiddels al de zesde vaste zangeres van het Waaslandse gezelschap. Alex Callier – de creatieve motor achter de groep – kijkt de toekomst optimistisch tegemoet.

Bart Steenhaut

Toen Luka vorig jaar onder aanvoering van coach Alex Callier The Voice Van Vlaanderen won, was het een uitgemaakte zaak dat de 17-jarige zangeres het nieuwe gezicht van Hooverphonic zou worden. Tenminste: zo dacht iedereen, behalve Callier. Die vond haar te jong. “We waren samen een single aan het maken, maar ze was nog schoolplichtig. Niet handig als je ook op tournee wil.”

Van alle songs die Callier haar doorstuurde pikte ze er net dat ene nummer uit dat ze eigenlijk niet mocht kiezen. “Dat vond ik gemeen”, lacht de jonge Luka Cruysberghs. Ze voelde zich alsof ze een feestmaaltijd kreeg voorgeschoteld waar niet van geproefd mocht worden. “Romantic was inderdaad voor Hooverphonic bedoeld”, vertelt Callier. “Ik had het voordien al door drie verschillende zangeressen laten inzingen, maar geen van hen kon me overtuigen. Uiteindelijk hebben we Luka laten proberen, en eerlijk is eerlijk: het klonk meteen tien keer beter. Toen hebben we haar onder de radar al onze oude nummers laten instuderen. Zelfs de grootste critici in onze entourage bleken unaniem lovend. Et voilà! Ze heeft talent, dus dan moet je alle andere pragmatische overwegingen – zoals leeftijd – aan de kant schuiven. Geike was ook pas 17 toen we ermee in de Verenigde Staten op tournee gingen. Het verschil is dat ik toen zélf niet veel ouder was. Dat ligt nu uiteraard wel wat anders. We hebben veel meer ervaring en zijn niet meer de wilde feestbeesten van vroeger. Dat is voor ons allemaal een pluspunt, denk ik.”

Luka, je wordt in de recente clips nadrukkelijk uitgespeeld, en staat ook prominent op de hoes van de nieuwe cd. Hoe voelt het om in het middelpunt van de belangstelling te staan?

Cruysberghs: “Prettig, natuurlijk. Het is wat surrealistisch. Wie kan zeggen dat zijn eerste show in Londen was, en de tweede in New York? Die hoesfoto is gemaakt op Highway 1 tussen San Francisco en Los Angeles. Het voelt als een droom die uitkomt. Ik was ook helemaal niet zenuwachtig voor die buitenlandse optredens. Dat zal straks in België wel anders zijn, als ik op de eerste rij vrienden of familie zie staan.”

Beetje raar dat jullie nu plots optreden in Amerika. Ik herinner me dat Noémie destijds ook graag in de States wilde touren, maar telkens botste op een njet.

Callier: “Je hoeft er geen groots carrièreplan achter te zoeken. We kregen gewoon een aanbod van een lokale promotor die ons graag wilde boeken, en wij waren benieuwd of Hooverphonic daar nog volk zou trekken. Dat bleek het geval: alle clubs zaten vol. Tegelijk werd het ons meteen weer duidelijk waarom we haast nooit aan de andere kant van de wereld touren: die Amerikaanse optredens kostten een rib uit ons lijf. Alleen voor een werkvisum moet je al 10.000 euro op tafel leggen. Zelfs als de zalen uitverkocht zijn, kunnen we dat nooit terugverdienen. Niettemin was het leuk om vast te stellen dat we daar nog steeds een publiek hebben, en de meeste fans elk nummer woord voor woord konden meezingen. Daar bleek wat voor een schizofrene groep Hooverphonic is. In België behoren we al jaren tot de mainstream, maar in de States beschouwen ze ons als een undergroundbandje. We hadden er zelfs groupies die allerlei oneerbare voorstellen deden. Daar zijn we uiteraard niet op ingegaan. In San Francisco kwamen we wél in een café terecht waar onze platen nog op de jukebox stonden, naast Stromae, Balthazar en Milow. Dan voel ik me toch een beetje trots. We wisten via sociale media wel dat we in Amerika fans hadden, maar toch: sommigen onder hen hadden ons twintig jaar geleden nog live gezien toen we ginds op tournee waren met Fiona Apple, en hadden honderden kilometers gereden om erbij te kunnen zijn. Onvoorstelbaar.”

(Lees verder onder de foto.)

© RR

In 2020 viert Hooverphonic haar zilveren jubileum. 25 jaar klinkt oud, maar het succes van de jongste singles Uptight en Romantic geeft aan dat jullie de vinger na al die jaren nog steeds aan de pols hebben.

Callier: “Elke keer als we met iets nieuws komen, ben ik zenuwachtig. Zal het publiek mee zijn? Verdragen de fans alwéér een nieuw gezicht op het podium? Maar dat de nummers aanslaan, duidt er toch op dat we actueel blijven. En dat we een fantastische zangeres gevonden hebben die het verschil maakt. Dit is een nieuw hoofdstuk in een boek dat toch al een zekere dikte heeft. Al geef ik grif toe dat er wel een beetje twijfel was, vooraf. De dag dat Romantic uitkwam, zaten we in Londen. Toen heb ik toch regelmatig de reacties op sociale media gecheckt. Die waren gelukkig unaniem positief. Voor hetzelfde geld had iedereen ons uitgebraakt. We geloven zélf heel hard in wat we doen, maar dat wil nog niet zeggen dat het publiek ons daarin volgt. We hebben geen glazen bol, dus in die zin is een nieuwe plaat uitbrengen enorm stresserend. Nog steeds.”

Luka, hoe vertrouwd was je met het repertoire van Hooverphonic?

Cruysberghs: “Ik kende de groep wel, en ik had een paar cd’s. De Best Of. En een liveplaat. Maar intussen is de achterstand weggewerkt.”

Vind je het niet raar om met mensen in een groep te zitten die je vader – of in het geval van Raymond – haast je grootvader zouden kunnen zijn?

Cruysberghs: “Ik heb nooit met muzikanten van mijn eigen leeftijd in de groep gezeten, dus ik kan niet vergelijken. Ik besef natuurlijk wel dat het een ongebruikelijke situatie is. Maar ik zie er vooral de voordelen van in: ik kan veel leren van de ervaring die Alex en Raymond hebben opgedaan. Het dwingt me ook om sneller volwassen te worden. Ik besef dat het een luxe is om als meisje van 17 in zo’n band te mogen zitten. Weinig meisjes van mijn leeftijd hebben al in de Lotto Arena gezongen. Al zoek ik wél naar een balans tussen Luka Hooverphonic en Luka Vrije Tijd. Ik ben nooit de meest serieuze geweest, maar nu moet dat wel.”

Callier: “Dat moet niet. Het enige wat van je verwacht wordt is dat je goed zingt. Backstage hoeft het allemaal niet zo serieus te zijn. Maar je hebt natuurlijk wél een band en een entourage waar je mee verantwoordelijk voor bent. En over die leeftijd: popmuziek houdt je jong. Ik word 46, maar zie er jonger uit. Make-upmeisjes vertellen me altijd dat ik een heel goeie huid heb.”

Hoe komt het dat elke zangeres die weggaat bij Hooverphonic er achteraf niet in slaagt om op eigen kracht ook maar een fractie van het succes te evenaren?

Callier: “Omdat je méér moet kunnen dan alleen zingen. Het eerste wat ik tegen mijn team in The Voice gezegd heb was: jullie kunnen zingen. Et alors? Noem me tien goeie zangers die met een slecht nummer een hit gemaakt hebben. Die ga je ver moeten zoeken. Het omgekeerde is veel evidenter. Kortom: je kan de straat plaveien met goeie zangeressen. Als je ze dan ook nog een goed nummer geeft, zit je gebeiteld. Wie vertrekt bij Hooverphonic en een soloplaat maakt, moet een verdomd goeie songschrijver achter de hand hebben. En het moet ver genoeg afstaan van wat wij doen. Kijk naar Roisin Murphy. Die stapt op bij Moloko maar brengt vervolgens Overpowered uit. Topnummer. En helemaal anders dan wat ze voordien deed. Gevolg: een hit. Burning – die single van Noémie – heeft het al bij al ook niet slecht gedaan. En als ik morgen een Hooverphonic-plaat uitbreng onder een andere naam, zal die het ook moeilijk hebben. Zelfs al staat er krèk dezelfde muziek op. Je mag de kracht van het merk niet onderschatten.”

Op zich is het zonde dat geen van jullie vorige zangeressen een solocarrière kon uitbouwen naast Hooverphonic.

Callier: “Wij hebben nooit iemand verboden om naast de groep andere dingen te doen. Als je dat ei wil leggen, dóé dat dan. Alleen vonden ze het allemaal noodzakelijk om te vertrekken. Luka zit in een zetel, en ze zou wel gek zijn om deze unieke kans niet met beide handen te grijpen. Ik ben weliswaar zelfzeker, maar ik heb mezelf nooit overschat. Ik wéét wat ik kan, maar ik weet ook dat die groep, die naam, ergens voor staat. Ik kan bij wijze van hobby dus wel platen naast Hooverphonic uitbrengen, maar die zullen nooit dezelfde impact hebben.

Kortom: als je één keer in een groep als deze kan zitten, heb je al heel veel gekregen. Als je dat vergeet te waarderen, moet je achteraf op de blaren zitten. Zo simpel is het. De som van de delen – goeie stem, goeie songwriter, goeie productie – is groter dan al de delen apart.”

Wat zoek je eigenlijk in een stem voor Hooverphonic?

Callier: “Een stem die kan raken. Die emotioneel en lyrisch is. Ik wil iemand die kan zingen als een cello, en niet als een trompet. Hooverphonic heeft altijd vloeiende, melodieuze zanglijnen. En dat kan Luka. De plaat is trouwens heel raar tot stand gekomen. Eigenlijk waren we aan drie platen bezig: een triphopplaat, een Motown-achtige popplaat én een Morricone-plaat. Die waren allemaal zo goed als klaar, maar op aangeven van Luka zijn we ze op een gegeven moment beginnen combineren. Ze heeft uit elk van de platen haar favoriete nummers gepikt, en dat is Looking For Stars geworden. Onze vorige plaat was héél eclectisch, een combinatie van singles eigenlijk. Als reactie daarop wilde ik kort na elkaar drie cd’s met elk een heel eigen sfeer uitbrengen. Het heeft me wat moeite gekost om dat idee te laten schieten, maar op die manier heeft zij nu wel meer affiniteit met de songs.”

Hooverphonic is een van die bands die op élke zender worden gedraaid, van Mint over Contact en Classic 21 tot Radio 2 en Studio Brussel. Op dat vlak bezetten jullie een unieke positie.

Callier: “We zijn Hotshot op Studio Brussel, maar worden ook genomineerd voor de Zomerhit van Radio 2. Weinig artiesten doen ons dat na. Dat komt omdat we vanaf Eden nooit té right of center geworden zijn. Uptight klinkt catchy en poppy, maar er is toch een hoek af. Dat komt omdat ik zélf uitsluitend naar alternatieve muziek luister. En we hebben een herkenbare sound. We vernieuwen en evolueren, maar nooit te drastisch. Dat evenwicht behouden is een oefening op zich. In de muziekgeschiedenis heb ik het meeste respect voor Serge Gainsbourg en David Bowie, zangers met een uitgesproken stem. Ze verzonnen voor elke plaat een nieuw interieur, met hun stem als fantastische stoel er middenin. Omdat ze wisten dat de mensen het beu zouden raken als ze die stoel telkens in hetzelfde kader presenteerden. Wij werken omgekeerd. De stoel verandert, maar het interieur blijft hetzelfde. Dat is de enige manier om een lange carrière uit te bouwen.”

Looking For Starsis uit bij Universal. Op vrijdag 28 december speelt Hooverphonic in de Lotto Arena.