Direct naar artikelinhoud
analysetroonrede

Rutte III reikt oppositie nadrukkelijk de hand met optimistische Troonrede

Het derde kabinet-Rutte zal op steun van de oppositie zijn aangewezen bij het doorvoeren van belangrijke hervorming en. Dat zal lastig worden: de pijn van de dividend-belasting wil maar niet wijken, analyseert Raoul du Pré.

Minister Wopke Hoekstra van Financiën en premier Mark Rutte na het aanbieden van het koffertje met de rijksbegroting en de Miljoenennota.Beeld ANP - Bart Maat

Onder een onzeker politiek gesternte begint het derde kabinet-Rutte aan z’n tweede jaar. Het reikte dinsdag in de Troonrede de oppositie nadrukkelijk de hand, maar die liet nauwelijks ruimte voor toenadering zolang de afschaffing van de dividendbelasting niet van tafel verdwijnt. Daarmee is de toon gezet voor de Algemene Politieke Beschouwingen die woensdagochtend beginnen.

In de eerste Troonrede die onder hun gezamenlijke hoede tot stand kwam, trokken VVD, CDA, D66 en ChristenUnie de lijn van hun regeerakkoord door: met een moeilijk te duiden mix van belastingverschuivingen, miljardeninvesteringen in de publieke sector en veel nadruk op het gedeelde besef van ‘waar we vandaan komen’ hoopt Rutte III het zelfvertrouwen van de natie te versterken.

Een gedeeld besef van de nationale geschiedenis moet bijdragen aan meer onderling begrip in de samenleving. Daarom wordt er geïnvesteerd in cultuur en nationaal erfgoed. De koning memoreerde in de Troonrede hoe Nederland na de Tweede Wereldoorlog is opgebouwd ‘tot een sterk land’, gebouwd op gelijkwaardigheid, tolerantie, vrijheid en rechtszekerheid. ‘Het verhaal van Nederland is een verhaal van vooruitgang en verbetering. De richting is omhoog en vooruit.’

Wopke Hoekstra voegde aan die mix van ambities nog zijn eigen missie als minister van Financiën toe. Bij het aanbieden van zijn eerste Miljoenennota aan de Tweede Kamer haalde hij herinneringen op aan Roald Engelbregt Amundsen, die in 1911 als eerste ontdekkingsreiziger de Zuidpool bereikte. Dat lukte dankzij een uitmuntende voorbereiding en omdat hij vooraf rekening hield met alle mogelijke tegenslagen.

Zo wil Hoekstra de schatkist beheren. Hij bejubelde het begrotingsoverschot van 1 procent (‘voor het vierde jaar op rij, dat is in zestig jaar niet voorgekomen’), de ‘historische lage werkloosheid’ en de koopkrachtstijging voor 96 procent van de bevolking. Tegelijkertijd verweerde hij zich bij voorbaat tegen de roep om meer investeringen in de publieke sector, die in de Tweede Kamer en daarbuiten deze week zeker zal klinken. ‘Laten we onszelf bevrijden van de gedachte dat we de financiële teugels zouden kunnen laten vieren’, aldus de bewindsman. ‘Juist nu moeten we reserves aanleggen.’

Voor het eerst toonde het kabinet zich openlijk bewust van de eigen politieke kwetsbaarheid, nu het in de komende maanden dan toch vaart hoopt te maken met de grote dossiers uit het regeerakkoord. Met minieme meerderheden in beide Kamers van het parlement wordt het ingewikkeld om de energietransitie, de pensioenhervorming en de modernisering van de arbeidsmarkt volgend jaar te stutten. In de Eerste Kamer dreigt het in de lente bovendien nog problematischer te worden: niet één peiling wijst erop dat de coalitie daar haar meerderheid behoudt en effectief kan blijven regeren.

Maar de Troonrede verwees vol goede moed naar het kabinet-Ruijs de Beerenbrouck, dat precies honderd jaar geleden onder vergelijkbare omstandigheden aantrad en er desondanks in slaagde de 8-urige werkdag en het vrouwenkiesrecht in te voeren. De minister-president hoopt dan ook dat de oppositie net als onder zijn vorige kabinet weer open staat voor samenwerking. Toen bouwde hij de alliantie uit tot een vijfpartijencoalitie van VVD, PvdA, D66, ChristenUnie en SGP. Nu hopen de coalitiepartners vooral op partijen als PvdA, GroenLinks en opnieuw de SGP: ‘Samen met u wil de regering werken.’

Maar die oproep betekent niet dat het kabinet bereid is de meest omstreden bouwsteen van het regeerakkoord, de afschaffing van de dividendbelasting, bij wijze van toenadering te laten vallen. Dat plan maakt integraal deel uit van een pakket om de lasten te verschuiven, benadrukte de Troonrede: ‘Met fiscale maatregelen vergroten we de aantrekkingskracht van ons land voor grote en kleine bedrijven. De vennootschapsbelasting wordt lager, de dividendbelasting afgeschaft. Belastingontwijking gaan we tegen.’ 

Rutte zelf was de rest van de dag druk met het verdedigen van het plan in elke microfoon die hem werd voorgehouden. De oppositie, van links tot rechts, reageert dan ook zeer terughoudend. Niemand buiten de coalitie wil met het dividendplan worden geassocieerd. Daardoor zit de deur naar intensieve samenwerking zo goed als dicht. 

Daarbij zal het Rutte niet zijn ontgaan dat na een jaar regeren ook binnen de coalitie de dividendpijn maar niet wil wijken. CU-leider Segers heeft een nieuwe metafoor om aan zijn achterban duidelijk te maken dat regeren een kwestie van geven en nemen is. Hij vergelijkt het nu met het kopen van een cd van zijn geliefde U2: ‘Op elk album staan wel een paar nummers die je niet leuk vindt.’

Lees meer over Prinsjesdag

De belangrijkste kabinetsplannen op een rij: iedereen gaat erop vooruit
Iedereen gaat erop vooruit. Dat is de boodschap van de Miljoenennota die de regering dinsdag heeft gepresenteerd. ‘Mensen moeten concreet merken dat het goed gaat. Thuis, op het werk en in de wijk’, zei koning Willem-Alexander in zijn Troonrede. Dit zijn de belangrijkste kabinetsplannen op een rij.

Premier Mark Rutte: ‘Als ik over mijn populariteit nadenk, doe ik mijn werk niet’
Premier Mark Rutte ontvangt op Prinsjesdag traditiegetrouw de schrijvende pers voor een groepsgesprek in het Torentje. Tien lastige vragen over zijn derde kabinet.

Hoeveel verandert jouw koopkracht?
Volgend jaar gaan we er gemiddeld flink in koopkracht op vooruit. Maar lang niet alle huishoudens profiteren evenveel. Bekijk hier wat je kunt verwachten voor jouw inkomensgroep.