24 aangiften van jonge slachtoffers digitale ontucht Hagenaar
Ibrahim A. deed zich volgens het Openbaar Ministerie voor als een modellenscout en vroeg zijn jonge slachtoffers om naaktfoto's te sturen en video's waarop ze seksuele handelingen met zichzelf verrichten. "We hebben het over een volwassen man die via de digitale weg ontucht heeft gepleegd met kinderen. De man benaderde de jonge slachtoffers via TikTok, Instagram en Snapchat", zei de aanklaagster.
De zaak begon in januari 2022 in België, toen een vader van een 9-jarig meisje aangifte deed van onlinemisbruik. Het meisje had haar zusje verteld dat ze naaktfoto's had gestuurd naar de vermeende modellenscout. De Belgische politie kwam op basis van het IP-adres uit in Nederland. De Nederlandse politie herkende de werkwijze van de verdachte, omdat er al meer meldingen waren gedaan en er ook al een aangifte lag. Toen is besloten de man in Nederland te vervolgen.
Verspreiding beelden
De man zou de beelden ook hebben verspreid. Hij werd op 6 februari aangehouden en heeft bekend. A. zegt volledig mee te werken aan het politieonderzoek en stemt ook in met psychologisch onderzoek. De politie probeert zoveel mogelijk slachtoffers te identificeren en hun ouders te benaderen.
De officier van justitie noemde het van maatschappelijk belang om ouders van jonge kinderen te waarschuwen voor sexting. "Het thema is actueel en relevant. Het OM vindt het belangrijk om ouders te informeren en weerbaar te maken", zei de officier.
Reactie verdachte
De verdachte zei tegen de rechter het moeilijk te vinden de juiste woorden te vinden. "Het dringt steeds meer bij me door. Ik sta stil bij wat ik heb gedaan. Ik hoop dat het voor de slachtoffers duidelijk is dat er nu een einde is gekomen aan een periode van angst en onzekerheid."
De verdachte betuigde ook spijt aan de jonge slachtoffers, "dat ik om idiote en onnozele reden misbruik van ze heb gemaakt." Hij beschouwt het strafproces voor zichzelf als "een nieuw begin" en zegt zich volledig neer te leggen bij een straf.
De zaak gaat op 11 juli verder. Het OM verwacht de zaak dit jaar nog inhoudelijk te kunnen behandelen.
