Het historische Kolenspoor is een verbinding tussen de verschillende mijnsites die allemaal een nieuwe invulling hebben gekregen 25 jaar na de sluiting van de laatste Limburgse mijn. Over een afstand van 70 kilometer verbindt het Maasmechelen met Beringen.

Het kan volgens de provincie een vruchtbare bodem vormen voor nieuwe economische ontwikkelingen. “Naast het realiseren van een recreatieve fietsverbinding en een fietssnelweg moet er plaats zijn voor het uittesten van innovatieve concepten rond mobiliteit. De provincie ziet in de ontwikkeling van het Kolenspoor strategisch economische en bovenlokale kansen voor de regio”, aldus Inge Moors.

In de nabijheid van het Kolenspoor liggen broedplaatsen voor nieuwe economie zoals incubatoren, centra voor onderwijs, creativiteit en maakeconomie, toeristische attracties en poorten tot natuurgebieden. “Deze activiteiten kunnen versterkt en verbonden worden zodat nieuwe economische stromen ontstaan. Het kan uitgroeien tot een topregio die bekend staat om zijn baanbrekende rol op vlak van groene sectoren zoals vrijetijdseconomie, cleantech, fietsen, natuur, circulaire economie en water. Ten derde zien we het Kolenspoor als het groenstedelijk gebied van de 21ste eeuw als de plek voor ontwikkeling van ontmoetingsfuncties en sociale innovatie”, besluit Moors.