Direct naar artikelinhoud

Fosfatenroulette bij de bioboer. Het kan

.

Margriet Oostveen in Spankeren
Beeld de Volkskrant

Hans Nieuwenburg had zijn leven lang een kantoorbaan en werd op zijn vijftigste (!) wat hij altijd wilde worden: boer. In maart 2015 kon hij na jaren van dubbele banen eindelijk een bescheiden boerderij kopen. Twee jaar later zit hij als biologische melkveehouder klem tussen het melkquotum van vroeger en het fosfaatreductieplan van nu.

Wie doet zoiets dan ook op zijn vijftigste? En in deze tijd? Hans dus. Interessanter is de vraag wat zijn uitgestelde droom zegt over het Nederlandse landbouwbeleid. Nederland is de tweede voedselexporteur ter wereld en 'onze agro-foodsector kan een belangrijke bijdrage leveren aan duurzame voedselvoorziening voor een groeiende wereldbevolking', zo staat het fier in het nieuwe regeerakkoord. Dat ís ook zo, we halen er internationale media mee. Maar in het regeerakkoord staat ook: 'Het beleid is erop gericht dit potentieel te benutten, binnen de geldende natuur- en milieunormen'. Dat klinkt eerder alsof Schiphol de wereld wil vervoeren binnen dezelfde geluidsnormen.

Kostbare subsidies

Hoe relatief duurzaamheid in Nederland is kun je zien aan de pech van Hans Nieuwenburg. Een biologische melkveehouder voldoet aan de strengste voorwaarden. Zo mag hij niet meer mest produceren dan hij op eigen grond kwijt kan. Er is dus niet één biologische boer in Nederland die bijdraagt aan de overproductie van fosfaat. Maar door de slechte timing in zijn leven dreigt Hans het nu voor de tweede keer af te leggen tegen de grotere gangbare boeren die bleven uitbreiden en kostbare subsidies binnen harkten.

Hij is geboren op een boerderij in Ellecom, een paar kilometer westwaarts. Zijn vader werkte daar als loonwerker. Hans kwam jaren terug op die boerderij. Dit wilde hij, niets anders, daarom ging hij naar de middelbare agrarische school. Maar toen hij daar zijn diploma haalde was er geen werk: de Europese melkquota waren net ingevoerd, om een eind te maken aan door de EU gesubsidieerde melkplassen. Veel Nederlandse melkveehouders moesten inkrimpen en voor een dromende jongen zonder boerenfamilie, net van de landbouwschool, was er niets meer te doen.

Tanja en Hans Nieuwenburg

Tachtig koeien

Ruim dertig jaar later, in 2015, zou het melkquotum worden afgeschaft. Hans was intussen getrouwd met zijn vrouw Tanja, die in de thuiszorg werkte. In 2015 vonden zij ook de ideale boerderij in Spankeren waar zij alles beter wilden doen wat tegenwoordig beter kan. Een kleine zorgboerderij zou het worden. Volledig biologisch. Tachtig koeien vonden ze genoeg. Net als de buurman, die niet eens biologisch is. Die menselijke maat lijkt hier haast gedicteerd door het prachtig glooiend landschap van kleine weilanden, omzoomd door eiken.

De koeien waren er niet meteen, want Hans moest eerst de grond omschakelen naar biologisch, en het duurt twee jaar voordat gangbare weidegrond dat certificaat krijgt. Nu grazen er 68 magere koeien van het Jersey-ras. Ook al doelbewust gekozen, omdat Jerseys een lage carbon footprint hebben: hoogwaardige melk op weinig voer, dus weinig fosfaten.

Een Jersey-koe

Bescheiden boerenambitie

Net in het jaar dat Hans en Tanja hun boerderij kochten, schoten de landelijke mestproductie en de fosfaatuitstoot door het afschaffen van het melkquotum omhoog, omdat veel boeren prompt gingen uitbreiden. Nederland dreigde nu het EU- plafond voor fosfaatuitstoot te overschrijden. Tweeëndertig jaar nadat het melkquotum dat de bescheiden boerenambitie van de jonge Hans Nieuwenburg voortijdig had geknakt, kwam staatssecretaris Martijn van Dam (PvdA) daarom halsoverkop met de 'fosfaatreductieregeling' op de proppen. Die bepaalde dit jaar dat melkveehouders hun koeien moeten terugbrengen naar het niveau van 2 juli 2015. Wie het niet ging redden moest zijn teveel aan vee laten slachten of maar fosfaatrechten kopen van iemand die ze niet allemaal gebruikte. Opnieuw stroomde de subsidie rijkelijk: de staatssecretaris gaf honderden boeren 1.200 euro per koe op voorwaarde dat ze hun boerderij sloten.

Alleen: op peildatum 2 juli 2015 had Hans Nieuwenburg nog helemaal geen koeien, want hij was nog naar biologisch aan het omschakelen. Daarna kocht hij zijn eerste achtenzestig Jersey-koeien - toen dat nog gewoon mocht. Maar ze liepen nog niet in de wei, of de fosfatenroulette van Van Dam brak los.

Een Jersey-koe met lage carbon footprint

Duurzaamheid

En waarom die haast van de staatssecretaris? Niet voor de natuur, maar omdat Nederland meer mest en fosfaten mag produceren dan andere boeren in de EU. Deze toestemming van de norm af te wijken, de 'derogatie', staat op het spel. De handel dus.

Honderden melkveehouders die doelbewust miljoenen staken in de uitbreiding van hun bedrijf zodra het einde van het melkquotum in zicht kwam, stapten al naar de rechter. De paar biologische onder hen kregen gelijk. Toch ging de staatssecretaris daartegen in beroep, en dat dient volgende week. Want zodra de handel op het spel staat verliest de duurzaamheid. Zo is ons landbouwbeleid.