Direct naar artikelinhoud
Diëten

Dumpen, die dieetboeken: het gaat niet om wat u eet, maar om hoeveel u eet

Erg weinig koolhydraten of geen vetten eten zijn dieethypes die het commercieel erg goed doen maar waarvoor weinig wetenschappelijke basis is.

Het moet maar eens gedaan zijn: de dieetoorlog die al jaren woedt tussen het koolhydraatarme en het vetarme ‘kamp’. “De kwaliteit van die vetten en koolhydraten heeft veel meer belang dan een hele voedingsgroep mijden”, stellen voedingswetenschappers in Science.

Of ze op zullen kunnen tegen Rihanna en Kim Kardashian is zeer de vraag, maar Amerikaanse voedingsprofessoren bepleiten in het wetenschappelijke topblad Science om te stoppen met de ‘dieetoorlog’.

Dat is de verbeten strijd tussen aanhangers van een eetpatroon met veel vetten en eiwitten (zoals in kaas, eieren, olie, noten, vlees en vette vis) en nauwelijks tot geen koolhydraten (zoals in brood, pasta, aardappelen, suiker) en de aanhangers van eetpatronen met weinig vetten en redelijk wat koolhydraten. Kardashian en Rihanna promoten het eerste, dat tegenwoordig het ‘ketogene’ dieet heet maar eerder al bekend was als ‘Montignac’ en ‘Atkins’.

“Over de vraag wat de beste verhouding van vetten en koolhydraten is om af te vallen woedt al decennia een verhitte discussie die meer verwarring dan inzicht brengt”, zo stellen voedingsprofessor David Ludwig (Harvard University) en zijn collega’s.

     
Koolhydraten
: verschillende soorten ‘snelle’ en ‘trage’ suikers in fruit, peulvruchten, brood, aardappelen, pasta, rijst, alcohol en producten met suiker. Ze leveren makkelijkst en snel de belangrijkste energie in ons lichaam.

Vetten: zitten in zuivel, vlees, olie, noten, eieren, vette vis en leveren trager energie aan ons lichaam. Een teveel aan energie zet ons lichaam om in vet.

Eiwitten: bouwstenen van ons lichaam in veel dierlijke maar ook plantaardige producten, van biefstuk en kip tot noten, vis, eieren, yoghurt en tofu.
      

Dat moet volgens hen maar eens stoppen. “Want als je in het onderzoek maar voldoende selectief uitzoekt wat in je kraam past, kun je perfect tot twee tegenstrijdige conclusies komen”, zegt Ludwig.

Op basis van hun analyse van bestaand onderzoek zien de auteurs dat er zowel voor het ene als voor het andere dieetkamp iets te zeggen valt en dat beide methodes telkens ook weer nadelen hebben. Ze zetten ook op een rij waar consensus over is en wat vragen zijn die nog open liggen.

De belangrijkste boodschap daarbij is dat niet een keuze tegen of voor vetten of koolhydraten essentieel is voor een gezond gewicht, wel de kwaliteit van de vetten en koolhydraten die je eet.

Biologische verschillen

“Verzadigde vetten zoals in zuivel en vlees vaker vervangen door onverzadigde zoals in noten en plantaardige olie en geraffineerde koolhydraten zoals pure witte suiker vervangen door ongeraffineerde koolhydraten zoals in volle granen is veel belangrijker dan de verhouding tussen hoeveel vetten en koolhydraten”, stelt coauteur Walter Willett.

Ook is er consensus over dat het ene lichaam anders reageert op een dieet dan het andere, omdat er biologische verschillen zijn. Eén dieet kan met andere woorden nooit voor iedereen werken.

Wat nog niet duidelijk is, is de vraag of een verschillende verhouding tussen vetten en koolhydraten in je eetplan ook de verhouding tussen vet en spieren in je lichaam en je energieverbranding beïnvloedt. Ook is nog onduidelijk wat de gezondheidseffecten op lange termijn zijn van vooral koolhydraten schrappen of vetten schrappen.

‘Stoppen met deze oorlog betekent dan ook vooral stoppen met de commercialisering ervan’
Patrick Mullie, voedingsdeskundige VUB

De conclusies sluiten aan bij die van voedingsprofessor Fred Brouns (Universiteit van Maastricht), die in juni in European Journal of Nutrition een analyse publiceerde waaruit blijkt dat ieder dieet op korte termijn wel doet vermageren, maar dat methodes waarbij je alle vet of koolhydraten bant op lange termijn niet vol te houden zijn.

Bankrekening

Voedingsdeskundige Patrick Mullie (VUB) sluit zich daarbij aan. “Ook de Hoge Gezondheidsraad bepleit de gulden middenweg, maar dat verkoopt niet goed. Stoppen met deze oorlog betekent dan ook vooral stoppen met de commercialisering ervan.”

Volgens hoogleraar voeding en gezondheid Theo Niewold (KUL) ontbreekt er ook een cruciaal element in wat Ludwig en co. zeggen. “Wat mij altijd weer verbaast, is die sterke nadruk op de chemische samenstelling van de voeding, terwijl het belangrijkste probleem ligt in de hoeveelheid die we eten. Er bestaan geen voedingscomponenten die op zich schadelijk zijn, het gaat om schadelijke hoeveelheden. Maar die boodschap is blijkbaar te eenvoudig en niet sensationeel genoeg. Zolang dat geloof in goede en slechte voedingsstoffen heerst, komen we geen stap verder, maar komen er enkel meer dieetboeken. Die zijn enkel goed voor de bankrekening van de auteur.”

Bankrekening
Beeld Thinkstock

Er is consensus over:

- Veel vet eten leidt tot obesitas, diabetes, hartziektes en mogelijk kanker.

- Geraffineerde of bewerkte ‘snelle’ koolhydraten (zoals in wit brood, koekjes en snoeprepen) hebben een negatief effect op het metabolisme.

- De relatieve hoeveelheid vet of koolhydraten heeft weinig belang voor de gezondheid. Belangrijker is de kwaliteit van de vetten en koolhydraten die je eet: onverzadigde, vooral plantaardige vetten zoals in noten en olijfolie zijn beter dan verzadigde en onbewerkte; ‘volle’ koolhydraten (zoals in volkorenbrood) zijn beter dan ‘snelle’ suikers.
     

Er is nog onduidelijkheid over:

- De voordelen van ‘ketogene’ diëten waarbij je zeer weinig koolhydraten en vooral vetten eet.

- Of verschillende verhoudingen tussen koolhydraten en vetten leiden tot minder vetweefsel en meer spierweefsel en meer energieverbranding.

-De optimale hoeveelheid van specifieke soorten vet in erg koolhydraatarme diëten